Vragen van de leden Gesthuizen en Van Bommel (beiden SP) aan de minister van Veiligheid en Justitie over het bericht «FBI-agenten hacken mee met de Nederlandse politie» en de detentieomstandigheden van de Nederlander in de Verenigde Staten (ingezonden 22 maart 2013).

Vraag 1

Herinnert u zich eerdere vragen over de uitlevering van de Nederlander D. S. vanuit Roemenië aan de Verenigde Staten?1 Blijft u er bij dat in Nederland geen opsporingshandelingen zijn verricht en dat Nederland niet op de hoogte was van de voorgenomen aanhouding van betrokkene in Roemenië?

Vraag 2

Kloppen de feiten in de berichtgeving over deze zaak in Vrij Nederland?2 Zo nee, welke onderdelen uit deze reconstructie kloppen niet?

Vraag 3

Wat is uw reactie op de brief van de advocaat van betrokkene?3

Vraag 4

Wat is in deze zaak nu precies de rol van Nederland geweest? Is Nederland op de hoogte gesteld van het feit dat tegen D. S. in de Verenigde Staten een formele aanklacht is ingediend op 16 maart, al dan niet toevallig enkele dagen voor zijn vertrek naar Roemenië? Zo ja, wat is er in die tussenliggende dagen aan formeel of informeel overleg geweest met de Amerikaanse autoriteiten over deze zaak? Zo nee, wat zegt dat over de strafrechtelijke samenwerking tussen Nederland en de Verenigde Staten als dergelijke informatie over de aanstaande aanhouding van een onderdaan niet wordt gedeeld?

Vraag 5

Zijn er in deze zaak door de Amerikaanse autoriteiten zonder toestemming van Nederland opsporingshandelingen verricht? Welke consequenties verbindt u hieraan?

Vraag 6

Bent u bereid de door deze advocaat gevraagde transparantie over de opsporing in deze zaak te verschaffen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 7

Deelt u de zorg over de detentieomstandigheden van betrokkene, gelet op het langdurige verblijf in de isoleercel?4 Bent u bereid bij uw Amerikaanse ambtgenoot aan te dringen op een voortvarende afhandeling en goedkeuring van een in te dienen verzoek op grond van de Wet Overdracht Tenuitvoerlegging Strafvonnissen (WOTS), zodat hij zo snel mogelijk naar Nederland terug kan keren? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Is het waar dat sprake is van een «embedded»-programma5 waarin «veel intensiever (...) dan gebruikelijk» wordt samengewerkt met buitenlandse politiediensten? Zijn inderdaad Amerikaanse cyberagenten fulltime aanwezig bij de High Tech Crime Unit? Zo ja, op welke rechtsbasis is sprake van een dergelijke samenwerking? Is een dergelijke samenwerking omgekeerd ook denkbaar? Kunnen Nederlands medewerkers van inlichtingendiensten op een dergelijke manier meedraaien bij Amerikaanse opsporingsinstanties?

Naar boven