Kamervragen zonder Antwoord
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vraag | Datum indiening |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 2013Z00945 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vraag | Datum indiening |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2012-2013 | 2013Z00945 |
Bent u bekend met het artikel waarin de voormalige voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid aangeeft dat de spanningen tussen de Onderzoeksraad en ministeries hoog kunnen oplopen?1
Deelt u het belang van een onafhankelijke Onderzoeksraad voor het vormen van een zuiver beeld van de feiten van een voorval en het trekken van objectieve conclusies?
Kan de wettelijke ophanging van de Onderzoeksraad als zelfstandig bestuursorgaan onder het ministerie van Veiligheid en Justitie voor spanningen met het ministerie zorgen en risico’s veroorzaken voor de vereiste onafhankelijke positie van de Onderzoeksraad? Is het niet zo dat het buitengewoon ingewikkeld kan worden om een onafhankelijk onderzoek uit te voeren naar de dienst waarmee je tegelijk ook onderhandelingen moet voeren over het budget? Zo nee, waarom niet?
Hoe garandeert u de onafhankelijkheid van de Onderzoeksraad als het ministerie van Veiligheid en Justitie betrokken wordt bij een onderzoeksonderwerp van de Onderzoeksraad? Hoe voorkomt u dat zo’n onderzoek invloed kan hebben op de financiële positie van de Onderzoeksraad?
Is het voor de legitimiteit en het gezag van de Onderzoeksraad niet noodzakelijk om te beschikken over voldoende eigen budget en een eigen gekwalificeerde staf? Is het hiervoor een volledige rechtspersoonlijkheid van de Onderzoeksraad niet wenselijkheid?
Bent u bereid om de schijn van externe beïnvloeding of de mogelijke risico’s voor de onafhankelijkheid van de Onderzoeksraad te voorkomen door een herziening in de ophanging van de Onderzoeksraad?
Wat zijn de voor- en nadelen als de Onderzoeksraad wordt opgehangen aan het parlement of een college wordt met vergelijkbare structuur als de Algemene Rekenkamer? Zou zo’n ophanging de risico’s voor de onafhankelijke positie van de Onderzoeksraad en de schijn van externe beïnvloeding verminderen?
Herinnert u zich de kritiek van de voormalige voorzitter van de Onderzoeksraad op de benoemingswijze van zijn opvolger?2
Deelt u de mening dat de benoemingsprocedure van de leden van de Onderzoeksraad ook moet gebeuren vanuit het perspectief van volledige onafhankelijkheid van de raad en zonder schijn van politieke benoemingen door het kabinet?
Herinnert u zich uw afspraak met de nieuwe voorzitter van de Onderzoeksraad om de benoemingsprocedure zowel ten aanzien van de leden als van de voorzitter op mogelijke onvolkomenheden te bezien?3
Bent u nog steeds bereid om bij de volgende evaluatie van de Rijkswet Onderzoeksraad in 2013 een eventuele versterking van de rol van de Kamer bij de benoemingswijze van de leden van de Onderzoeksraad te betrekken?
Klopt het dat per 1 februari 2013 de benoemingstermijn van de leden van de Onderzoeksraad mr. A. Brouwer-Korf, prof. dr. ing. F.J.H. Mertens en dr. ir. J.P. Visser zal verstrijken? Klopt het dat op 1 februari 2013 prof. dr. P.L. Meurs als nieuw raadslid zal worden genoemd en pr.dr. E.R. Muller tot vice-voorzitter van de Onderzoeksraad wordt benoemd?
Klopt het dat de nieuwe voorzitter van de Onderzoeksraad voornemens is om door te gaan met maar drie leden? Hoe verhoudt dit voornemen zich met artikel 6, eerste lid, van de Rijkswet Onderzoeksraad, dat bepaalt dat de raad uit vijf permanenten leden bestaat?
Betekent het voornemen van de nieuwe voorzitter van de Onderzoeksplan dat u van plan bent om het aantal leden van de Onderzoeksraad te herzien? Hoe gaat u garanderen dat de Onderzoeksraad aan de huidige wettelijke vereiste van vijf permanenten leden voldoet? Kunt u de Kamer volledig en vooraf informeren over de sollicitatieprocedure van de twee nog ontbrekende permanenten leden, zodat de benoemingsprocedure tegen het licht gehouden kan worden?
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kv-tk-2013Z00945.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.