Vragen van de leden Gesthuizen (SP), Recourt (PvdA) en Van der Steur (VVD) aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over het Europees arrestatiebevel in relatief kleine strafzaken (ingezonden 25 oktober 2011).

Vraag 1

Herinnert u zich uw eerdere antwoorden op vragen1 over het bericht «Sjaak vlucht voor Poolse rechter»?2 Bent u op de hoogte van de actuele stand van zaken in de procedure van de heer E, waarbij nog steeds overlevering dreigt voor verdenking van een misdrijf van 200 Poolse zloty, ongeveer 25 euro?

Vraag 2

Bent u, indachtig de motie waarin de Kamer heeft uitgesproken van mening te zijn dat het Europees arrestatiebevel niet bedoeld is voor gevallen waar het relatief kleine strafbare feiten betreft3, van mening dat er in de zaak van de heer E, sprake is van verdenking van een relatief klein strafbaar feit? Waarom heeft Polen geen gebruik gemaakt van alternatieven, zoals het in een andere lidstaat horen van verdachte? Hoe valt een terughoudend gebruik van het Europees arrestatiebevel te rijmen met de nog immer dreigende overlevering van deze Nederlander aan Polen?

Vraag 3

Herinnert u zich uw eerdere antwoorden op vragen, waarin u stelt dat Polen beterschap belooft en dat er hoopvolle maatregelen worden genomen? Wat heeft het inmiddels opgeleverd dat het Poolse ministerie van Justitie de Poolse gerechten heeft gewezen op het feit dat het uitvaardigen van een Europees arrestatiebevel (EAB) een middel is dat in het algemeen pas zou moeten worden toegepast nadat andere methoden om de verdachte/veroordeelde op te sporen niet tot resultaat hebben geleid, en dat ook de proportionaliteit bij alle Poolse justitiële autoriteiten aan de orde is gesteld?4

Vraag 4

Welke mogelijkheden heeft u om de Poolse justitiële autoriteiten dan wel uw ambtsgenoot in Polen aan te spreken op het feit dat nog steeds overlevering wordt gevraagd voor relatief kleine strafbare feiten, en een alternatief te bespreken voor deze en mogelijk andere dreigende overleveringen?

Vraag 5

Indien Polen vast zou blijven houden aan de overlevering, in hoeverre is het Openbaar Ministerie dan bereid in overleg te treden met de Poolse Justitie teneinde de voorlopige hechtenis van de betrokken persoon niet langer te laten duren dan strikt noodzakelijk?


X Noot
1

Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, Aanhangsel van de Handelingen nummer 1259.

X Noot
2

http://archief.nrc.nl/index.php/2010/November/20/Binnenland/05/Sjaak+vlucht+voor+de+Poolse+rechter/check=Y/identify=Y

X Noot
3

Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, 32 317, nr. 36.

X Noot
4

Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, Aanhangsel van de Handelingen nummer 2686

Naar boven