C Parlementair Onderzoek Privatisering/Verzelfstandiging Overheidsdiensten

AA VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 8 april 2015

De vaste commissie voor Economische Zaken1 heeft kennisgenomen van de brief van de Minister van Economische Zaken van 3 maart 20152 inzake het voornemen tot verstatelijking van Verispect B.V. Naar aanleiding daarvan is aan de Minister op 20 maart 2015 een brief gestuurd.

De Minister heeft op 7 april 2015 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken, De Boer

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Minister van Economische Zaken

Den Haag, 20 maart 2015

De vaste commissie voor Economische Zaken heeft met belangstelling kennisgenomen van uw brief van 3 maart 20153 inzake het voornemen tot verstatelijking van Verispect B.V.

Uw brief geeft de leden van de PvdA-fractie aanleiding tot het stellen van de volgende vragen. De leden van de SP-fractie sluiten zich bij de gestelde vragen aan.

De leden van de PvdA-fractie constateren dat in uw brief het besliskader voor privatiseringen en verzelfstandigingen uit het rapport «Verbinding verbroken?'4 niet wordt nagelopen ten aanzien van de voorgenomen verstatelijking. Deze leden verzoeken u dit alsnog te doen en de Kamer over de uitkomst te informeren.

Ten aanzien van de voorbereidingen voorafgaand aan de parlementaire besluitvorming geeft u aan dat er geen onomkeerbare stappen worden gezet. Evenwel herinneren deze leden zich dat de besluitvorming in de Eerste Kamer in dossiers als de opheffing van de PBO's en de instelling van de ACM5 niet meer in alle vrijheid besproken leek te kunnen worden. Graag vernemen zij welke noodzaak er in dit geval is om al vooruitlopend op de besluitvorming in deze Kamer stappen te nemen. Het verdient volgens deze leden de voorkeur om eerst het parlementaire proces te doorlopen. Welk onoverkomelijk bezwaar heeft u om te wachten met voorbereidende stappen totdat de leden van de Eerste Kamer besloten hebben over de wetswijziging?

Voorts vragen deze leden hoeveel personeelsleden van Verispect B.V. geen vast dienstverband hebben.

Ten slotte merken deze leden op dat in de brief alleen wordt ingegaan op de publieke taken van Verispect B.V. ten aanzien van weeg- en meetinstrumenten en verkoop van edelmetalen, terwijl op de website van Verispect B.V. ook melding gemaakt wordt van toezicht op de leeftijdscontrole bij films en games en taken voor beleidsvoorbereiding en advisering. Graag ontvangen zij een vergelijkend overzicht, waarin zowel de huidige als de voorgenomen toekomstige taken van Verispect B.V. zijn opgenomen.

De leden van de vaste commissie voor Economische Zaken zien uw reactie graag uiterlijk 17 april 2015 tegemoet.

De Voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken, E.M. Kneppers-Heijnert

BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 april 2015

Bij brief van 20 maart 2015 heeft de vaste commissie voor Economische Zaken enkele vragen gesteld inzake het voornemen tot verstatelijking van Verispect B.V. De vragen betroffen het besliskader uit «Verbinding verbroken»; de noodzaak tot het treffen van voorbereidingen; het aantal personeelsleden zonder vast dienstverband en de taakovergang van Verispect B.V. naar Agentschap Telecom (AT). Hierbij stuur ik uw Kamer de antwoorden op deze vragen.

1. Besliskader «Verbinding verbroken»

De leden van de fractie van de PvdA en de SP constateerden dat het besliskader uit het rapport «Verbinding verbroken» (Kamerstukken I, 2012–2013, C, A) niet is nagelopen en verzochten mij dit alsnog te doen. Het voornoemde rapport biedt tezamen met het besliskader een waardevol toetsingsinstrument bij een voorgenomen privatisering of verzelfstandiging teneinde de kwaliteit van de besluitvorming te borgen. Bij het onderhavige voornemen tot de verstatelijking van Verispect B.V. is echter geen sprake van een privatisering of verzelfstandiging, maar van de omgekeerde situatie: het toezicht wordt weggehaald bij een marktpartij en ondergebracht bij de overheid. «Verbinding verbroken» ziet niet op dergelijke situaties en het besliskader is daarom niet toepasbaar op deze voorgenomen maatregel. Zou dit besliskader hebben bestaan ten tijde van de verzelfstandiging van het IJkwezen (in zekere zin de voorloper van Verispect B.V.), dan was waarschijnlijk een andere beslissing genomen. In die zin zijn de kennis en ervaring die de afgelopen jaren zijn opgedaan, en die hebben geleid tot «Verbinding verbroken», een contribuerende factor geweest aan het voornemen om de taken van Verispect B.V. weer onder volledige ministeriële verantwoordelijkheid te laten uitvoeren.

2. Noodzaak tot treffen voorbereidingen

Enkele leden uitten de vrees dat als gevolg van aan de besluitvorming in de Eerste Kamer voorafgaande voorbereidingen het wetsvoorstel mogelijk niet meer in alle vrijheid besproken zou kunnen worden.

Ik ben mij er terdege van bewust dat het geheel en al aan uw Kamer is dit wetsvoorstel, dat nu ter behandeling aan de ministerraad voorligt, straks integraal op zijn merites te beoordelen en vervolgens al dan niet over te gaan tot aanvaarding. Slechts een beoordeling in alle vrijheid kan daarbij recht doen aan de grondwettelijk gewaarborgde positie van uw Kamer in het wetgevingsproces.

Zoals door de Minister van Veiligheid en Justitie namens het kabinet in zijn brief van 19 maart 2013 (Kamerstukken II 2012/13, 33 400 VI, E) aangegeven kan het bij projecten met ingrijpende organisatorische wijzigingen uit oogpunt van goed bestuur en behoorlijk wetgevingsbeleid echter wenselijk zijn bepaalde voorbereidingen te treffen. Bij een wetsvoorstel dat strekt tot overgang van een toezichtstaak van een private naar een publieke toezichthouder waarbij ook het personeel mee overgaat, is dit mijns inziens aan de orde. Zo hecht ik er veel waarde aan om de eventuele onzekerheid bij het personeel over hun toekomstige positie zo kort mogelijk te laten duren. Ook meer in den brede reken ik het tot mijn verantwoordelijkheid om in het belang van een zo ongestoord mogelijke uitvoering van de taken te bevorderen dat, mocht uw Kamer het wetsvoorstel aannemen, de betrokken organisaties zodanig voorbereid zijn dat de overgang van het toezicht kort daarna een feit is. Nu in dit verband slechts de dringend gewenste maar niet onomkeerbare stappen gezet zullen worden en ik mij voorts ter verdediging van het wetsvoorstel in uw Kamer te zijner tijd niet zal beroepen op (kosten van) reeds getroffen voorbereidingen, hoeft voor afbreuk aan de vrijheid van uw Kamer om het wetsvoorstel te beoordelen naar mijn mening niet te worden gevreesd.

3. Personeelsleden zonder vast dienstverband

Ook heeft uw Kamer gevraagd naar het aantal personeelsleden van Verispect B.V. zonder vast dienstverband. Op dit moment zijn drie personeelsleden van Verispect B.V. werkzaam op basis van een tijdelijke dienstbetrekking.

4. Taakovergang

Tot slot merkt uw Kamer op dat in de brief alleen wordt ingegaan op de publieke taken van Verispect BV ten aanzien van weeg- en meetinstrumenten en verkoop van edelmetalen, terwijl op de website van Verispect BV ook melding wordt gemaakt van toezicht op de leeftijdscontrole bij films en games en taken voor beleidsvoorbereiding en advisering, en dat u graag een vergelijkend overzicht ontvangt waarin zowel de huidige als de voorgenomen toekomstige taken van Verispect B.V. zijn opgenomen. In mijn brief ben ik ingegaan op de taken van Verispect B.V. die het meest in het oog springen. De overige taken, die uitgevoerd worden voor het Ministerie van Veiligheid en Justitie (toezicht op de registratie- en legitimatieplicht voor de inkoop en verkoop van metalen en toezicht op de naleving van leeftijdsgrenzen van films en games) en de taken aangaande beleidsondersteuning, zullen desalniettemin ook overgaan naar AT. Hiermee zal dus het volledige takenpakket van Verispect B.V. worden overgedragen aan de beoogde nieuwe toezichthouder, Agentschap Telecom.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Samenstelling: Holdijk (SGP), Kneppers-Heijnert (VVD), (voorzitter), Terpstra (CDA), Sylvester (PvdA), Essers (CDA), Thissen (GL), Nagel (50PLUS), Elzinga (SP), Huijbregts-Schiedon (VVD), Koffeman (PvdD), Reuten (SP), Schaap (VVD), Flierman (CDA), Hoekstra (CDA), Van Boxtel (D66), Backer (D66), Vos (GL), De Lange (OSF), Schrijver (PvdA), Postema (PvdA), Vlietstra (PvdA), (vicevoorzitter), Van Strien (PVV), Faber-van de Klashorst (PVV), Ester (CU), Bröcker (VVD), Beckers (VVD), Van Beek (PVV), Gerkens (SP) en Koning (PvdA).

X Noot
2

Kamerstukken I, 2014–2015, C, Z.

X Noot
3

Kamerstukken I, 2014–2015, C, Z.

X Noot
4

Kamerstukken I, 2012–2013, C, A.

X Noot
5

Zie de Kamerdossiers 32 615 en 33 186 op www.eerstekamer.nl.

Naar boven