35 483 Regels over inburgering in de Nederlandse samenleving (Wet inburgering 20..)

Nr. 64 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 november 2020

In deze brief wordt ingegaan op de door uw Kamer aangenomen motie van de leden Segers, Van Meenen, Van den Berge, Peters en Stoffer van 29 juni 20201. In de motie wordt de regering verzocht om in gesprek te gaan met de betrokken roc’s en de MBO Raad en te borgen dat goed, toegankelijk en betrouwbaar inburgeringsonderwijs mogelijk blijft. Uw Kamer geeft vier redenen aan voor deze motie:

  • 1) Mbo-scholen inburgering geven inburgeringsonderwijs zonder winstoogmerk.

  • 2) Mbo-scholen inburgering spelen een belangrijke rol in het verkleinen van de afstand tussen een beroepsopleiding en daadwerkelijke inburgering voor nieuwkomers.

  • 3) Als gevolg van de coronacrisis zijn de kosten van het inburgeringsonderwijs hoger dan de baten en regelgeving verbiedt het roc’s dit te compenseren met gelden die bedoeld zijn voor regulier beroepsonderwijs.

  • 4) Mbo-scholen inburgering kunnen geen gebruik maken van de NOW-regeling.

Naar aanleiding van de motie heb ik mogelijkheden onderzocht gericht op behoud van Mbo-scholen inburgering, zodat voldoende aanbod van inburgeringsonderwijs voor de huidige inburgeraars en inburgeraars in het nieuwe inburgeringsstelsel gegarandeerd blijft. Naar aanleiding van dit onderzoek bericht ik uw Kamer dat compensatie aan Mbo-scholen inburgering wordt toegekend voor de periode vergelijkbaar met NOW 1.0 en NOW 2.0. Compensatie voor de periode NOW 1.0 is evident omdat taalscholen toen – net als alle andere scholen – dicht moesten door het coronavirus. Compensatie vergelijkbaar met de periode NOW 2.0 ligt ook voor de hand. Er was lang onduidelijk of taalscholen weer open mochten en taalscholen hadden tijd nodig om hun bedrijfsvoering aan te passen aan een mengvorm van klassikale lessen en digitale lessen.

Met financiële compensatie wordt voorkomen dat Mbo-scholen inburgering hun activiteiten moeten stoppen vanwege te hoge kosten en de gevolgen daarvan op hun bedrijfsvoering. Het feit dat inmiddels één Mbo-school inburgering stopt met inburgeringsactiviteiten en een andere Mbo-school overweegt te stoppen met ingang van 1 januari 2021, geeft de noodzaak van financiële ondersteuning aan. Bovendien ontstaat door het uitblijven van financiële compensatie een ongelijk speelveld tussen Mbo-scholen inburgering en taalscholen.

Mbo-scholen inburgering kunnen geen aanspraak maken op de NOW omdat zij doorgaans niet beschikken over een eigen BV. Zij vormen in zijn algemeenheid een gezamenlijke economische eenheid met de publieke tak van deze scholen ondergebracht in een stichting, waardoor ze de NOW niet kunnen benutten. Met de totale gezamenlijke economische eenheid wordt niet voldaan aan de eis van de NOW van een omzetverlies van 20% of meer.

Het is ook niet mogelijk voor Mbo-scholen inburgering om publiek onderwijsgeld in te zetten voor financiering van private activiteiten (zie OCW-notitie Helderheid). De onderwijsinspectie handhaaft als instellingen publieke onderwijsmiddelen voor inburgeringsonderwijs inzetten.

Voor het huidige en nieuwe inburgeringsstelsel is het van belang dat de Mbo-scholen inburgering taallessen blijven aanbieden. Als Mbo-scholen inburgering hiermee stoppen, ontstaan problemen met de onderwijsroute, omdat Mbo-scholen inburgering het beste de aansluiting op vervolgopleidingen kunnen organiseren, alsook voor de B1 route waar zij goede combinaties met praktijkleren mogelijk kunnen maken.

Mbo-scholen inburgering zijn nodig zodat gemeenten een goed inburgeringaanbod kunnen organiseren. Indien het aanbod van de onderwijsroute achterblijft bij de vraag, kan dit ertoe leiden dat inburgeraars vertragingen oplopen in het voldoen aan de inburgeringsvereisten.

Er wordt nu gewerkt aan een subsidieregeling voor Mbo-scholen inburgering voor de maanden maart 2020 tot en met september 2020. Met een subsidieregeling wordt het voortbestaan van Mbo-scholen inburgering bevorderd en kunnen Mbo-scholen inburgering de huidige inburgeraars en nieuwkomers goed inburgeringsaanbod blijven aanbieden, zodat zij straks volledig kunnen deelnemen aan de maatschappij en participeren op de arbeidsmarkt. De budgettaire gevolgen van deze regeling worden tijdens de voorjaarsbesluitvorming van dekking voorzien binnen de begroting van SZW.

Met de regeling wordt beoogd om aanbieders die essentieel zijn voor de infrastructuur van het inburgeringsonderwijs te compenseren voor het feit dat ze geen beroep kunnen doen op de NOW. Dit betekent dat de financiële compensatie van de nieuwe subsidieregeling niet hoger mag zijn dan de NOW. Daarnaast is de subsidieregeling uitsluitend van toepassing op Mbo-scholen inburgering die geen beroep kunnen doen op de NOW. Andere taalscholen (waaronder 2 Mbo-scholen inburgering met een andere rechtsvorm) die aanspraak hebben gemaakt op de NOW komen dus niet in aanmerking voor de nieuwe subsidieregeling. Een laatste voor de hand liggende voorwaarde is dat de subsidie daadwerkelijk bij de tak Mbo-scholen inburgering terechtkomt en niet wordt ingezet bij de publieke tak van de Mbo scholen. Indien deze middelen toch ingezet worden bij de publieke tak zal dit tot terugvordering van de subsidie leiden.

Ik verwacht dat de nieuwe subsidieregeling eind 2020 gereed is, zodat deze begin januari 2021 van kracht kan worden. Uw Kamer zal geïnformeerd worden over de uitvoering van de subsidieregeling.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees


X Noot
1

Kamerstuk 35 483, nr. 48.

Naar boven