Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 november 2019
In het debat over de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heb ik toegezegd met een schriftelijk oordeel te komen over de gewijzigde
motie van de leden Den Boer, Van der Molen en Van der Graaf.1 Middels deze brief informeer ik u over de appreciatie van de motie.
Appreciatie motie
De motie verzoekt de regering om het samenwerkingsrecht samen met de VNG nader uit
te werken in een modelverordening en dit recht te stimuleren in het samenwerkingsprogramma
Democratie in Actie. Ik beschouw deze motie als een ondersteuning en aanvulling van
mijn beleid. Daarom laat ik het oordeel over de motie aan uw Kamer.
Uitdaagrecht en samenwerkingsrecht in de Nederlandse context
Nederland kent een lange politiek-bestuurlijke traditie van samenwerken. Ik constateer
dat op veel plekken in ons land initiatiefnemers samen met gemeenten op zoek gaan
naar manieren waarop collectieve voorzieningen het beste kunnen worden uitgevoerd.
Soms leidt dit tot het feitelijk overnemen van publieke taken, al dan niet met bijbehorend
budget, en soms leidt dit tot afspraken over samenwerking bij het uitvoeren van publieke
taken tussen inwoners en gemeente. In de Nederlandse context is dit een continuüm
en geen strikte scheiding. Daarom maak ik geen specifiek onderscheid tussen het uitdaagrecht
en het samenwerkingsrecht. In maart 2020 organiseer ik een conferentie om nader in
te gaan op de positie van het uitdaagrecht en het samenwerkingsrecht binnen de Nederlandse
context.
Modelverordening en stimuleringsmaatregelen
De onderhavige motie roept op het samenwerkingsrecht samen met de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten (VNG) uit te werken in een modelverordening en dit recht te stimuleren in
het samenwerkingsprogramma Democratie in Actie.
Zoals ik eerder in de brief aan uw Kamer van 14 december 20182 aankondigde, ben ik in samenwerking met de VNG en gemeenten een modelverordening
ten aanzien van het uitdaagrecht aan het uitwerken. Het samenwerkingsrecht zal onderdeel
uitmaken van deze modelverordening. De verwachting is dat deze modelverordening eind
2019 beschikbaar is.
Binnen het samenwerkingsprogramma Democratie in Actie zet ik mij samen met de VNG
en de beroeps- en belangenverenigingen in om het uitdaagrecht en het samenwerkingsrecht
te stimuleren. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om het ondersteunen van gemeenten als
zij op belemmeringen stuiten, maar ook om het delen van kennis en het delen van goede
voorbeelden.
Tot slot
Tijdens de begroting heb ik met u gesproken over de Engelstalige benaming van het
uitdaagrecht (het «Right to Challenge») en het samenwerkingsrecht (het «Right to Cooperate»).
De suggestie van uw Kamer dit aan te passen naar de Nederlandse taal, neem ik over.
Vooralsnog hanteer ik daarvoor het uitdaagrecht en het samenwerkingsrecht. Graag bekijk
ik nog of deze benamingen de lading voldoende dekken.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops