35 054 Wijziging van de Omgevingswet en enkele andere wetten met het oog op de beheersing van geluid afkomstig van wegen, spoorwegen en industrieterreinen (Aanvullingswet geluid Omgevingswet)

O VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 12 januari 2024

De leden van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving1 hadden kennisgenomen van de brief van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat van 5 oktober 20232, waarin de Staatssecretaris vragen beantwoordde die waren gesteld omtrent de reactie van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en van de Staatssecretaris op het gebruikelijke halfjaarlijkse toezeggingenrappel van de Eerste Kamer. De leden van de fractie van de BBB wensten de regering naar aanleiding hiervan vragen te stellen over de uitvoering van toezegging T028923.

Naar aanleiding hiervan is op 21 november 2023 een brief gestuurd aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat.

De Staatssecretaris heeft op 9 januari 2024 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving, Dragstra

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR INFRASTRUCTUUR, WATERSTAAT EN OMGEVING

Aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat

Den Haag, 21 november 2023

De leden van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving hebben met belangstelling kennisgenomen van uw brief van 5 oktober 20234, waarin u vragen beantwoordt die zijn gesteld omtrent de reactie van de Minister van Infrastructuur en Waterstaat en van uzelf op het gebruikelijke halfjaarlijkse toezeggingenrappel van de Eerste Kamer. De leden van de fractie van de BBB wensen de regering naar aanleiding hiervan de volgende vervolgvragen te stellen over de uitvoering van toezegging T028925.

De leden van de fractie van de BBB nemen in aanmerking dat piekgeluiden overdag storend kunnen zijn – en zelfs schadelijk voor de gezondheid – voor mensen die juist overdag moeten slapen omdat zij onregelmatige werktijden hebben (continudiensten, nachtwerk et cetera) en mensen die bijvoorbeeld in de verpleging, beveiliging of ‘s nachts aan onze infrastructuur werken. Daarnaast werken steeds meer mensen (deels) thuis en ook zij moeten zich kunnen concentreren en ongestoord kunnen werken. De leden van de fractie van de BBB stellen vast dat de normen die door lokale, regionale of landelijke overheden in dit kader gehanteerd worden niet altijd actueel en toepasbaar zijn. Deze leden wijzen er daarnaast op dat er in Nederland inmiddels meer dan 125 procedures aanhangig zijn gemaakt over de geluidsoverlast (een hard en uniek geluid) die wordt veroorzaakt door het spelen van de racketsport padel. Deze sport is in Frankrijk inmiddels als buitensport verboden. De leden van de fractie van de BBB concluderen dat de huidige geluidsnormen niet toepasbaar zijn op het beoordelen van de geluidshinder die wordt veroorzaakt door het beoefenen van deze sport.

De leden van de fractie van de BBB constateren dat het bovenstaande ertoe heeft geleid dat de Nederlandse Stichting Geluidshinder (NSG), onder andere samen met de Koninklijke Nederlandse Lawn Tennisbond (KNLTB) en de Vereniging van Padelbaanbouwers Nederland (VPN), een gezamenlijke handreiking heeft opgesteld waarin zij adviseert om geluidsnormen alsmede afstanden tussen de geluidsbronnen en woningen te hanteren. De leden van de fractie van de BBB leggen de regering hierover de volgende vragen voor:

  • 1. Is de regering bekend met het aantal conflicten en gerechtelijke procedures die in ons land gevoerd zijn en worden over de geluidshinder die deze betrekkelijk jonge racketbuitensport veroorzaakt?

  • 2. Is de regering bekend met het bijzondere pulsgeluid dat het spelen van padel veroorzaakt? En is de regering het met deze leden eens dat dit geluid qua aard en volume zeker als hinderlijk piekgeluid kan worden aangemerkt voor de omwonende rond deze padelbanen?

  • 3. Is de regering bekend met de Handreiking Padel en Geluid «Een praktisch handvat dat partijen kan helpen bij een juiste afweging en inpasbaarheid» van januari 20236 die op initiatief van de KNLTB en in samenwerking met vertegenwoordigers van betrokken partijen en geluidspecialisten is opgesteld als kader voor de weging van geluidsnormen in de samenleving tussen padelbanen en omwonenden?

  • 4. Is de regering bereid om deze handreiking te beoordelen en zo mogelijk als toetskader van het normenkader onder de Omgevingswet op te nemen, waaraan de omgevingsdiensten aanvragen voor de aanleg van nieuwe padelbanen toetsen?

  • 5. Is de regering bekend met het feit dat de Omgevingswet en het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) – naar de leden van de fractie van de BBB kunnen overzien – bij de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de aanleg van een padelbaan niet voorziet in, noch een passend toetskader biedt voor de geluidsnormering?

De leden van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag binnen vier weken na dagtekening van deze brief.

De voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving, E. Kemperman

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 januari 2024

Naar aanleiding van de beantwoording van vragen die door de Eerste Kamer waren gesteld over toezegging T028927 heeft de fractie van de BBB nadere vragen gesteld over het geluid van padelbanen. Hierbij ontvangt u de beantwoording van deze nadere vragen.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen

173906.17U

(ingezonden 21 november 2023)

Vragen van de Eerste Kamerfractie van de BBB aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de uitvoering van toezegging T02892. De leden van de fractie van de BBB constateren dat de Nederlandse Stichting Geluidshinder (NSG), onder andere samen met de Koninklijke Nederlandse Lawn Tennisbond (KNLTB) en de Vereniging van Padelbaanbouwers Nederland (VPN), een gezamenlijke handreiking heeft opgesteld waarin zij adviseert om geluidsnormen alsmede afstanden tussen de geluidsbronnen en woningen te hanteren.

1.

Is de regering bekend met het aantal conflicten en gerechtelijke procedures die in ons land gevoerd zijn en worden over de geluidshinder die deze betrekkelijk jonge racketbuitensport veroorzaakt?

Antwoord vraag 1:

Ik ben niet bekend met een eenduidige registratie van het aantal rechterlijke procedures in verband met padelbanen. Uit de aandacht die de afgelopen tijd in de media aan dit onderwerp is gegeven, komt het beeld naar voren dat dit inderdaad op steeds meer plaatsen speelt.

2.

Is de regering bekend met het bijzondere pulsgeluid dat het spelen van padel veroorzaakt? En is de regering het met deze leden eens dat dit geluid qua aard en volume zeker als hinderlijk piekgeluid kan worden aangemerkt voor de omwonende rond deze padelbanen?

Antwoord vraag 2:

Ja, de regering is bekend met dit specifieke type geluid. Verschillende soorten activiteiten brengen verschillende typen geluid voort, en bekend is dat daarbij ook verschillen optreden in de mate van hinderlijkheid die omwonenden ervaren. Deze kennis kan ook doorwerken in regels – normhoogte en soort regels – die het bevoegd gezag kan stellen voor verschillende activiteiten.

3.

Is de regering bekend met de Handreiking Padel en Geluid «Een praktisch handvat dat partijen kan helpen bij een juiste afweging en inpasbaarheid» van januari 2023 die op initiatief van de KNLTB en in samenwerking met vertegenwoordigers van betrokken partijen en geluidspecialisten is opgesteld als kader voor de weging van geluidsnormen in de samenleving tussen padelbanen en omwonenden?

Antwoord vraag 3:

Ja

4.

Is de regering bereid om deze handreiking te beoordelen en zo mogelijk als toetskader van het normenkader onder de Omgevingswet op te nemen, waaraan de omgevingsdiensten aanvragen voor de aanleg van nieuwe padelbanen toetsen?

Antwoord vraag 4:

Onder de Omgevingswet bepaalt niet het Rijk de normen of regels voor dergelijke activiteiten. De verantwoordelijkheid en bevoegdheid daarvoor berust bij het gemeentebestuur, dat een afweging maakt op basis van de concrete lokale situatie en omstandigheden. De regelgeving onder de Omgevingswet bevat hiervoor onder andere standaardwaarden als vertrekpunt, aan de hand waarvan het gemeentebestuur de lokale afweging kan maken over de aanvaardbaarheid van het geluid van activiteiten voor omwonenden, en over de regels waarmee die aanvaardbaarheid geborgd wordt in het gemeentelijke omgevingsplan. Bij het maken van die bestuurlijke afweging kan een handreiking als deze een nuttig handvat vormen. Ook die keuze is aan het gemeentebestuur.

5.

Is de regering bekend met het feit dat de Omgevingswet en het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) – naar de leden van de fractie van de BBB kunnen overzien – bij de aanvraag van een omgevingsvergunning voor de aanleg van een padelbaan niet voorziet in, noch een passend toetskader biedt voor de geluidsnormering?

Antwoord vraag 5:

Zoals in antwoord op vraag 4 is beschreven, is het aan het gemeentebestuur om regels voor het geluid op te nemen in het omgevingsplan als onderdeel van het bredere kader voor het ruimtelijk toelaten van activiteiten. Totdat die regels in het omgevingsplan zijn opgenomen, gelden direct vanaf inwerkingtreding van de Omgevingswet de geluidregels die via de bruidsschat in het omgevingsplan zijn ingevoegd. Daardoor wordt het geldende kader voor het geluid van activiteiten daarin opgenomen. Het omgevingsplan wordt ontsloten via het DSO. Als de padelbaan niet voldoet aan de regels van het omgevingsplan, bijvoorbeeld vanwege piekgeluid, kan de exploitant een aanvraag indienen voor het afwijken van het omgevingsplan (een zgn. buitenplanse omgevingsplanactiviteit). Het bevoegd gezag dat die aanvraag beoordeelt, kan daarbij de genoemde handreiking hanteren.


X Noot
1

Samenstelling:

Van Wijk (BBB), Kemperman (BBB) (voorzitter), Van Langen (BBB), Jaspers (BBB), Thijssen (GroenLinks-PvdA), Kluit (GroenLinks-PvdA), Crone (GroenLinks-PvdA), Janssen-van Helvoort (GroenLinks-PvdA), Martens (GroenLinks-PvdA), Klip-Martin (VVD), Meijer (VVD), Kaljouw (VVD), Rietkerk (CDA) (ondervoorzitter), Prins (CDA), Van Meenen (D66), Aerdts (D66), Bezaan (PVV), Nicolaï (PvdD), Nanninga (JA21), Janssen (SP), Holterhues (CU), Dessing (FVD), De Vries (SGP), Hartog (Volt), Van Rooijen (50PLUS), Van der Goot (OPNL)

X Noot
2

Kamerstukken I 2023/24, 36 200 XII, D.

X Noot
3

Toezegging T02892, ziet op de effecten van piekgeluiden overdag op de gezondheid te betrekken bij de brief inzake het rapport over de WHO-normen die wordt gestuurd ter uitvoering van de motie-Schonis.

X Noot
4

Kamerstukken I 2023/24, 36 200 XII, D.

X Noot
5

Toezegging T02892, ziet op de effecten van piekgeluiden overdag op de gezondheid te betrekken bij de brief inzake het rapport over de WHO-normen die wordt gestuurd ter uitvoering van de motie-Schonis.

X Noot
7

Toezegging T02892 ziet op de beantwoording van vragen over de gezondheidseffecten van piekgeluiden overdag in relatie tot de brief over de doorwerking van de WHO-richtlijnen voor omgevingsgeluid.

Naar boven