35 000 XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2019

35 000 XV Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2019

Nr. 130 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 juni 2019

In deze brief informeer ik u over de voortgang van de aangekondigde maatregelen ter voorkoming van gezondheidsrisico’s bij blootstelling aan chroom-6. Ik doe dit mede namens de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Minister en Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Staatssecretaris van Defensie, de Minister en Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, de Minister voor Rechtsbescherming en de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Onder coördinatie van het Ministerie van VWS hebben de departementen de voortgang van de maatregelen besproken, informatie uitgewisseld en bezien of en welke aanvullende maatregelen nodig waren. Deze brief geeft een overzicht van de uitgevoerde en lopende acties en welke departementen hierbij betrokken zijn.

Consumentenbeleid

Het RIVM heeft in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een verkennend onderzoek gedaan om inzicht te geven of de consumentenveiligheid afdoende gewaarborgd is. Dat onderzoek heb ik op 19 april 2019 aan uw Kamer aangeboden.1 De conclusies van het RIVM waren geruststellend. Het RIVM heeft op basis van het onderzoek geadviseerd geen nader onderzoek uit te voeren naar de blootstelling van consumenten aan chroom-6.

In deze Kamerbrief heb ik ook aangegeven dat ik het RIVM de opdracht zou geven om een verkenning te doen of er zich mogelijke risico’s voordoen in medische implantaten. Ik verwacht dat deze verkenning deze zomer kan worden afgerond, waarna ik zal bezien of er aanleiding is voor een vervolgonderzoek.

Ook heb ik het RIVM de opdracht gegeven om consumenten beter op de hoogte te stellen van de potentiële risico’s via de website waarzitwatin.nl. Het gaat dan met name om het vergroten van het bewustzijn dat chroom-6 soms kan ontstaan bij hoog energetische werkzaamheden aan verchroomde of met chroom behandelde voorwerpen. Naar verwachting zal het laatste kwartaal van dit jaar de informatie beschikbaar zijn op de website.

Tenslotte heb ik in de brief van 19 april jl. aangegeven dat RIVM gaat uitzoeken of het feit dat in de REACH verordening de productgroep «kunstenaarsverf» is uitgezonderd van het verbod van kankerverwekkende verbindingen in consumentenproducten kan leiden tot consumentenblootstelling aan chroom-6 (Kamerstuk 35 000 XVI, nr. 127). Ook hierover is het laatste kwartaal van het jaar meer bekend.

 

Onderwerp

Gereed

Tweede Kamer

Verantwoordelijk ministerie

1.

Onderzoek RIVM: risico’s voor consumenten

Verzonden op 19 april 2019

Brief met rapport

VWS

2.

Vervolgbrief consumentenbeleid:

– Waarzitwatin.nl

– Medische implantaten

– Kunstschildersverf

Laatste kwartaal 2019

Brief

VWS

Samenvatting consumentenbeleid

De risico’s voor consumenten zijn beperkt. Enkele resterende acties lopen en zullen eind van het jaar zijn afgerond.

Arbeidsomstandighedenbeleid en toezicht

Voortgangsbrief gevaarlijke stoffen

Ten aanzien van de activiteiten op chroom 6, alsmede een aantal eerder aangekondigde ontwikkelingen binnen het gevaarlijke stoffen-beleid, heeft de Staatssecretaris van SZW u onlangs in de voortgangsbrief gevaarlijke stoffen afzonderlijk geïnformeerd (18 juni 2019)(Kamerstuk 25 883, nr. 347). Hierna wordt meer specifiek ingegaan op de uitvoering van de Kabinetsreactie op het onderzoek chroom-6 Tilburg.

Kabinetsappreciatie «Door het stof»

Op 5 maart 2019 heeft uw Kamer de kabinetsappreciatie ontvangen over het onderzoeksrapport over werklozen in Tilburg die tijdens een re-integratietraject in contact zijn gekomen met chroom-6 (Kamerstuk 25 883, nr. 342). In dezelfde brief heeft de Staatssecretaris van SZW aangegeven hoe opvolging wordt gegeven aan een drietal aanbevelingen (zorg voor kennisdeling, bekendheid en professionele begeleiding; vergemakkelijk toekomstige schadeafhandeling; en versterk handhaving) van de Commissie Tilburg, en bent u geïnformeerd over de situatie in andere bedrijfstakken.2 Hieronder gaat de Staatssecretaris van SZW verder in op deze aanbevelingen en een aantal overige toezeggingen.

Kennisdeling, bekendheid en professionele begeleiding

De Staatssecretaris van SZW heeft in de brief van 21 december 20183 aangekondigd chroom-6 expliciet mee te zullen nemen in het Programma Preventie Beroepsziekten dat zich richt op werken met gevaarlijke stoffen.

Sindsdien is een factsheet chroom-6 ontwikkeld en gepubliceerd op het Arboportaal.4 Deze factsheet geeft op toegankelijke wijze informatie over in welke sectoren en bij welke werkzaamheden er een risico is op blootstelling aan chroom-6. Verder wordt uitleg gegeven over de symptomen die hierbij kunnen optreden, het ziektebeeld en de beschermende maatregelen die volgens het STOP-principe genomen kunnen worden.

Ook is er een focusgroep chroom-6 opgericht bestaande uit diverse overheidswerkgevers en ProRail waarin gewerkt wordt aan de totstandkoming van een gezamenlijk protocol over veilige werkwijzen, dat na toetsing door de Inspectie SZW via het programma Preventie Beroepsziekten beschikbaar zal komen voor andere partijen. Het programma zal in samenwerking met de focusgroep en andere partijen in het najaar een bijeenkomst organiseren om de sector Rijk te ondersteunen in hun rol van werkgever en opdrachtgever in situaties waar gewerkt wordt met chroom-6.5 De nadruk ligt in deze bijeenkomst op kennisdeling en het bieden van concrete handelingsperspectieven zodat opdrachtgevers en werkgevers weten welke maatregelen ze kunnen treffen en op welke wijze ze dit kunnen doen.

Ten aanzien van de professionele begeleiding heeft de Staatssecretaris van SZW eerder aangegeven de rol van de deskundigen te zullen betrekken bij het onderzoek naar de knelpunten bij het proces van totstandkoming van de RI&E. Dit onderzoek vindt plaats in het kader van verbeteringen van het functioneren en de inrichting van de arbobeleidscyclus waarvan de Staatssecretaris van SZW de uitkomsten begin volgend jaar aan uw Kamer zal sturen.

Inventarisatie chroom-6

Uw Kamer heeft verzocht om een overzicht van andere bedrijfstakken waar chroom-6 is toegepast.6 In de bijlage bij de brief van 5 maart 2019 heeft u een eerste overzicht van de Inspectie SZW ontvangen (bijlage bij Kamerstuk 25 883, nr. 342). De Staatssecretaris van SZW heeft voorts toegezegd de reeds aanwezige kennis op het gebied van toepassingen en bewerkingen met chroom-6 samen te laten brengen en indien nodig aan te laten vullen. Op dit moment wordt, met betrokkenheid van de Inspectie SZW, invulling gegeven aan deze toezegging. De resultaten worden nog dit jaar verwacht.

Commissie Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten

De Staatssecretaris van SZW heeft de aanbevelingen van de Commissie Tilburg ten aanzien van het vergemakkelijken van toekomstige schadeafhandeling overgenomen en zal nog voor het zomerreces een Commissie «Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten» installeren.

Toezicht en handhaving

In haar brief van 5 maart en de voortgangsbrief gevaarlijke stoffen heeft de Staatssecretaris van SZW uiteengezet hoe zij invulling gaat geven aan de aanbeveling «versterking handhaving» (Kamerstuk 25 883, nr. 342). Daarbij heeft de Inspectie SZW een aantal maatregelen aangekondigd waar momenteel opvolging aan wordt gegeven. Onderdeel daarvan is de intensivering van het toezicht op gevaarlijke stoffen. De stand van zaken daarvan komt aan bod in de eerdergenoemde voortgangsbrief gevaarlijke stoffen.

 

Onderwerp

Gereed

Tweede Kamer

Verantwoordelijk ministerie

3.

Reactie op advies van de commissie Tilburg chroom-6 en de situatie in andere branches

Verzonden op 5 maart 2019

Brief (Kamerstuk 25 883, nr. 342)

SZW

4.

Kamervragen Gijs van Dijk (PvdA) ingediend 7 februari 2019

Beantwoord op 6 maart 2019

Antwoorden op Kamervragen (Aanhangsel Handelingen II 2018/19, nr. 1744)

SZW en I&W

5.

Voortgangsbrief gevaarlijke stoffen

18 juni 2019

Brief (Kamerstuk 25 883, nr. 347)

SZW

6.

Instelling Commissie Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten

18 juni 2019

Brief

SZW

7.

Inventarisatie chroom-6 toepassingen

Eind 2019

Rapport en brief

SZW

8.

Advies Commissie Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten

Eind 2019

Rapport en aanbiedingsbrief

SZW

9.

Kabinetsreactie Advies Commissie vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten

Eerste helft 2020

Brief

SZW

Samenvatting arbeidsomstandighedenbeleid en toezicht

Op dit moment wordt opvolging gegeven aan zowel de aanbevelingen van de Commissie Tilburg, als een aantal toezeggingen die de Staatssecretaris van SZW u eerder heeft gedaan.7 U bent onlangs geïnformeerd over de ontwikkelingen rondom chroom-6 en gevaarlijke stoffen in de voortgangsbrief gevaarlijke stoffen (Kamerstuk 25 883, nr. 347). De Commissie Vergemakkelijking Schadeafhandeling bij Beroepsziekten wordt voor de zomer ingesteld en zal naar verwachting haar advies eind 2019 opleveren. De Staatssecretaris van SZW zal begin 2020 het advies naar uw Kamer sturen, voorzien van een kabinetsreactie.

Rijksoverheid als werkgever en opdrachtgever

Het Rijk als werkgever

Het Ministerie van BZK is in gesprek met departementen binnen de sector Rijk en vakbonden over een overkoepelende aanpak waar het gaat om onderzoek naar blootstelling aan gezondheid schadende stoffen, in het bijzonder chroom-6. Het is de wens van de bonden om tot centrale processtappen te komen. Deze processtappen zijn uitgewerkt en worden ingebracht in het sectoroverleg Rijk. Bij overeenstemming zullen historische onderzoeken binnen de sector Rijk langs dezelfde processtappen worden ingericht. Momenteel doet ieder departement dat op eigen wijze. U wordt verderop in deze brief geïnformeerd over de (lopende) onderzoeken. In het najaar zullen rijkswerkgevers en vakbonden spreken over een eventuele Rijksbrede uitkeringsregeling.

Bij werkzaamheden waarbij de kans bestaat dat chroom-6 vrijkomt en blootstelling kan optreden, nemen werkgevers binnen de sector Rijk preventieve beheersmaatregelen. De werkgever moet zeker stellen dat de medewerker het werk gezond en veilig kan uitvoeren. Dit geldt ook bij uitbesteding van werkzaamheden. Gewerkt is aan een gezamenlijk protocol aan de hand van het vastgoed van het Rijk. Hierover volgt onderstaand meer.

Het Rijk als werk- en opdrachtgever

Overheidspartijen Rijksvastgoedbedrijf en Rijkswaterstaat, werken samen met ProRail aan een gezamenlijk protocol over het veilige bewerken van chroom-6-houdende coatings en verven. Dit gebeurt samen met externe deskundige arbeidshygiënisten en toxicologen. Een eerste versie van het protocol is ingediend voor toetsing door de Inspectie van SZW. Versie 1.0 is gebaseerd op bestaande meetgegevens voor zover die voorhanden waren, indien niet voor handen op een vaste redeneerlijn. Deze eerste versie van het protocol zal op korte termijn extern worden gepubliceerd. Alle deelnemers aan de Raad voor Vastgoed rijksoverheid (RVR)8 gaan na interne besluitvorming hetzelfde protocol hanteren. Na vaststelling zal het protocol beschikbaar worden gesteld aan departementen ter aanscherping van de beheersmaatregelen. Het protocol wordt door Rijkswaterstaat ook getoetst voor bruikbaarheid op onroerend goed. Via het SZW-programma Preventie Beroepsziekten zal het ook beschikbaar komen voor andere partijen. De Minister van BZK zal een brief aan uw Kamer sturen over het protocol met daarin de uitwerking veilig werken bij departementen zodra deze definitief is.

Tevens wordt een database ontwikkeld waarin de gemeten blootstelling tijdens de verschillende uitvoeringsmethoden aan chroom-6 wordt opgenomen. Om het protocol verder te ontwikkelen, heeft Rijkswaterstaat in de maand mei onderzoek gedaan op de Waalbrug. Op de Waalbrug heeft Rijkswaterstaat de stofemissie van verschillende bewerkingsmethoden gemeten en de effectiviteit van de methoden bekeken. Het betreft zowel methoden voor grootschalige verwijdering van verflagen (zoals op het brugdeel) als methoden voor meer kleinschalige verwijdering (bijv. van leuningen). De onderzoeken aan de Waalbrug zijn eind mei afgerond. De onderzoeksresultaten verwachten we begin juli. De nieuwe meetgegevens worden gebruikt voor versie 2.0 van het protocol.

Momenteel zijn er complicaties met de afvoer van chroom-6-houdend afval afkomstig van projecten van de rijksopdrachtgevers. Eindverwerkers van deze afvalstof geven aan dat zij niet weten hoe het afval te verwerken en/of dat ze niet de juiste faciliteiten hebben. Rijkswaterstaat is op dit moment in gesprek met afvalverwerkers over de veilige verwerking van de verschillende afvalstromen. Uw kamer zal hierover nader worden geïnformeerd wanneer er meer informatie bekend is.

In bepaalde gevallen kunnen chroom-6 houdende verbindingen nog worden gebruikt. Dit mag alleen als er een autorisatie is afgegeven (of via een geldige lopende autorisatie aanvraag). Ook in producten/materieel kan het nog zijn verwerkt, zelfs in nieuw aan te schaffen materieel.

Te allen tijde wordt van leveranciers geëist dat ze, conform EU regelgeving, aangeven waar een concentratie groter dan 0,1 gewichtsprocent chroom-6 van een component wordt toegepast in hun producten. Van concentraties kleiner dan 0,1 gewichtsprocent bestaat echter geen informatieplicht voor de leverancier. Het kabinet zal nader verkennen wat de consequenties zijn en of een Rijksbrede beleidslijn kan worden ontwikkeld

Historische onderzoeken

Rijkswaterstaat hanteert sinds 1998 het beleid dat chroom-6 vrije verven worden toegepast tijdens conservering. In het verleden is echter veelvuldig chroom-6 gebruikt op objecten. Daarom verricht Rijkswaterstaat historische onderzoeken naar mogelijke blootstelling van eigen medewerkers.

Rijkswaterstaat onderzoekt momenteel hoe er in het verleden in eigen beheer is omgegaan met conserveringswerkzaamheden aan boord van schepen van de Rijksrederij en met het onderhouden van boeien door de voormalige betonningsdienst. Verder zal Rijkswaterstaat een onderzoek starten naar medewerkers die betrokken zijn geweest bij de kwaliteitscontrole van conserveringen en valt het niet uit te sluiten dat in de voormalige regio’s/districten van Rijkswaterstaat in eigen beheer kleinschalige conserveringswerkzaamheden zijn uitgevoerd. Wanneer hierover meer bekend is zal de Minister van Infrastructuur en Waterstaat direct de desbetreffende (voormalig) medewerkers en vervolgens uw Kamer nader informeren.

Voor eigen medewerkers die gezondheidsklachten hebben, heeft Rijkswaterstaat een meldpunt. Er zijn op dit meldpunt enkele meldingen binnengekomen. Of deze klachten ook daadwerkelijk chroom-6 gerelateerd zijn, wordt op dit moment verder onderzocht. Met de betrokken medewerkers worden gesprekken gevoerd. Hierover kunnen, in verband met privacyoverwegingen, nog geen uitspraken gedaan worden.

De Staatssecretaris van Defensie heeft in haar brief van 5 maart jongstleden de Kamer geïnformeerd9 over een aantal aspecten aangaande de vervolgonderzoeken door het RIVM, de Regeling Uitkering chroom-6 Defensie en de nazorg voor (oud-)medewerkers en nabestaanden van de POMS-locaties.

Het RIVM onderzoekt in opdracht van het Ministerie van Defensie of het haalbaar is om via epidemiologisch onderzoek onder (oud-)medewerkers vast te stellen of bepaalde ziekten vaker voorkomen bij mensen die zijn blootgesteld aan chroom-6. Het RIVM verwacht het resultaat van dit haalbaarheidsonderzoek in de zomer 2019 aan de Paritaire Commissie chroom-6 Defensie te kunnen aanbieden. Op basis hiervan zal worden besloten op welke wijze het vervolgonderzoek naar de gezondheidsrisico’s als gevolg van blootstelling aan chroom-6 op de andere defensielocaties dan de voormalige POMS-locaties, waarvoor het onderzoek in juni 2018 is voltooid, zal worden uitgevoerd.

Het RIVM onderzoekt in opdracht van Defensie of er sinds het onderzoek op de POMS-locaties nieuwe wetenschappelijke studies zijn verschenen over het verband tussen chroom-6-blootstelling en ziekten of aandoeningen. Het RIVM is medio 2018 begonnen met een eerste actualisatie waarvan de resultaten in de zomer 2019 worden verwacht. Indien daar aanleiding toe is, zal de lijst met ziektes en aandoeningen uit het onderzoek op de POMS-locaties worden aangepast.

Defensie continueert de nazorg voor de (oud-)medewerkers die zijn blootgesteld aan chroom-6 en mogelijk als gevolg daarvan gezondheidsklachten hebben. De nazorg dient zoveel als mogelijk te zijn toegesneden op de hulpvraag van de (oud-)medewerkers en hun nabestaanden en wordt indien nodig aangepast. De Staatssecretaris van Defensie heeft in de Kamerbrief van 5 maart jongstleden gemeld een onafhankelijke commissie in te stellen die moet adviseren bij geschillen in de bezwaarfase inzake de uitvoering van de Uitkeringsregeling. Ze zal uw Kamer hierover medio 2019 per brief informeren. Defensie heeft het RIVM verzocht een onafhankelijk deskundigenadvies op te laten stellen aangaande mogelijk aanvullende nazorgmaatregelen gericht op het wegnemen of verminderen van de zorgen en ongerustheid bij (oud-)medewerkers die wel zijn blootgesteld aan chroom-6. Het RIVM verwacht rond de zomer van 2019 het advies van het deskundigenberaad te kunnen aanbieden.

In opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid heeft het RIVM een verkennend onderzoek verricht naar de signalen dat medewerkers in enkele penitentiaire inrichtingen in het verleden mogelijk zijn blootgesteld aan doses chroom-6 hoger dan de hiervoor geldende grenswaarden. Dat onderzoek heeft de Minister voor Rechtsbescherming op 12 februari 2019 uw Kamer aangeboden.10 Het RIVM heeft als onafhankelijk instituut in de door DJI beschikbaar gestelde documenten geen bevestiging gevonden dat de, op het moment van de monstername geldende, wettelijke grenswaarde voor chroom-6 werd overschreden. Er is geen inhoudelijke aanleiding voor vervolgonderzoek. Met de vakbonden vindt informatie-uitwisseling plaats over het onderzoek.

 

Onderwerp

Gereed

Tweede Kamer

Verantwoordelijk ministerie

10.

Toezeggingen AO Personeel Defensie chroom-6

Medio 2019

Brief

Defensie

11.

Afspraken met vakbonden over gezamenlijke werkwijze historisch onderzoek

Voorjaar 2019

Brief

BZK

12.

Uitwerking veilig werken bij de departementen

Zomer 2019

Brief

BZK, mede namens I&W, J&V, LNV en Defensie

13.

Vervolgonderzoek (oud-)defensielocaties

Na de zomer van 2019, daarna zal de Kamer periodiek geïnformeerd worden

Brief

Defensie

14.

Historisch onderzoek naar o.a. de Rijksrederij, de voormalige markeringsdienst en de conserveringsdeskundigen die kwaliteitscontroles uitvoerden.

Eind 2019

I&W zal de Kamer periodiek informeren over de onderzoeken.

Rapport en brief

I&W

15.

Verwerking verschillende afvalstromen

De Kamer wordt geïnformeerd wanneer meer informatie bekend is.

Brief

I&W

Samenvatting

Het overleg tussen Rijkswerkgevers en vakbonden over gezamenlijke processtappen in historisch onderzoek chroom-6 loopt. Overheidspartijen Rijksvastgoedbedrijf en Rijkswaterstaat hebben samengewerkt met ProRail aan een gezamenlijk protocol over veilige werkwijzen. Dit protocol is ter toetsing bij de Inspectie van SZW voorgelegd. Op basis van de onderzoeksresultaten op de Waalbrug zal het protocol geactualiseerd worden.

Tot slot

In deze brief heb ik u een overzicht gegeven van de acties die nog lopen en welke brieven u nog kunt verwachten. Alle betrokken departementen hebben maatregelen genomen die passend zijn bij hun rol en verantwoordelijkheid. Ik hoop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben.

De Minister voor Medische Zorg, B.J. Bruins


X Noot
2

Kamerstuk 25 883, nr. 342.

X Noot
5

Conform toezegging in TK brief 21 december 2018, Kamerstukken 35 000 XVI en 35 000 XV, nr. 119.

X Noot
6

Handelingen II 2018/19, nr. 48, item 6.

X Noot
8

De leden van de RVR zijn: Rijksvastgoedbedrijf, Rijkswaterstaat, Ministerie van Veiligheid en Justitie, ProRail, Nationale Politie, Staatsbosbeheer en COA. Agendaleden zijn: Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed en Ministerie van Defensie.

X Noot
9

Kamerstuk 35 000 X, nr. 105.

X Noot
10

Kamerstuk 24 587, nr. 745.

Naar boven