6 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Dan is nu aan de orde de regeling van werkzaamheden. Ik stel voor toestemming te verlenen voor het houden van het volgende notaoverleg met stenografisch verslag:

  • -op maandag 18 februari 2019 van 14.15 uur tot 18.15 uur van de vaste commissie voor Defensie over de nota Defensie Industrie Strategie (31125, nr. 92).

Ik deel mee dat de volgende aangehouden moties zijn vervallen: 35000-XII- 11; 29477-498; 35000-VIII-47; 35000-VIII-51; 35000-VIII-53; 35000-VIII-71; 28286-996; 35000-XIV-26; 32793-303; 34775-XIII-145; 27923-331; 35000-XII-8; 35000-XII-9; 32813-240; 28286-1001; 35000-XIV-13; 32849-148 en 32849-149.

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 27529-166; 27529-167; 27529-164; 31765-353; 27529-160; 27529-161; 27529-162; 27529-158; 33532-84; 31789-96; 2018Z18941; 28165-297; 28165-287; 31800-5; 34857-16; 35095-XVI-3; 31936-552; 33529-551; 28165-299; 30950-159 en 35000-XV-86.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden: 29452-227; 29628-797 en 24077-421.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Gegevensuitwisseling in de zorg/gegevensbescherming, met als eerste spreker mevrouw Van den Berg namens het CDA;

  • -het VAO Strategisch Plan Verkeersveiligheid, met als eerste spreker mevrouw Van Brenk namens 50PLUS.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan de heer Asscher namens de PvdA. Wiens telefoon hoor ik?

De heer Asscher (PvdA):

De telefoon van Van Rooijen ligt hier nog volgens mij, dus die kan het niet zijn!

Mevrouw de voorzitter. Het conceptklimaatakkoord heeft geleid tot enorme spanning in de coalitie en tot grote woorden. Er is gedreigd met een kabinetsval, terwijl het gaat om een van de grote opgaven voor Nederland. Wij vinden dat dat debat moet worden gevoerd met de hoofdpersonen: de minister-president én de fractievoorzitters. Daarom is het debat gisteren uitgesteld. Ik verzoek u nu het debat volgende week weer in te plannen met een warme uitnodiging naar alle betrokkenen, die precies weten over wie ik het heb. Ik doe u dat verzoek namens de voltallige oppositie, alsmede namens de heer Dijkhoff, fractievoorzitter van de VVD.

De voorzitter:

Het gaat er dus om om een bestaand debat zo snel mogelijk in te plannen.

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Voorzitter, enkele woorden daarover, want ik heb gisteren ook de spectaculaire ontwikkeling gezien. Ik hecht toch even aan de start. We zijn een parlement dat de regering controleert en fracties kiezen of ze aan een debat meedoen en, zo ja, middels welke voorzitter. Dat wil ik wel vasthouden. Voor de CDA-fractie geldt dat het gisteren geplande debat ging en gaat over een belangrijk onderwerp maar dat het echte klimaatdebat nog moet komen. Wat betreft het andere onderwerp dat de heer Asscher noemde, heb ik zelf in de mondelinge vragen ook al stevige vragen gesteld. Dan is het vervolgens op zichzelf een keuze van de fractie. We hebben best wel het gebruik dat het kan zijn dat we zeggen: nee, we willen een debat met alle fractievoorzitters. Dan hebben we niet een regeling nodig; ik dacht even: we krijgen nog als fractie het stenografisch verslag toegestuurd met het verzoek daarop te reageren. Maar er kan — dat wil ik ook graag vasthouden — van tevoren ook gewoon even gebeld worden. Ik heb tegenwoordig WhatsApp, sms, mail ...

De heer Asscher (PvdA):

Een hele goedemorgen.

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Een hele goedemorgen, meneer Buma. Dan kan gevraagd worden: is het een idee om dat met de fractievoorzitters te doen? Dan vind ik het van mijn kant niet meer dan hoffelijk om dat ook te doen, ook al zou ik er misschien zelf niet voor kiezen. Nou, dat wilde ik even van tevoren zeggen. Dat neemt niet weg dat ik natuurlijk aan het debat deel zal nemen, in eigen persoon.

De voorzitter:

Dus u steunt het verzoek om het debat zo snel mogelijk in te plannen.

De heer Jetten (D66):

Voorzitter. Ook namens D66 weer alle steun om dit debat te voeren. We hadden ook niet voor niets het debat van gisterenavond zelf aangevraagd. Een ontwerpklimaatakkoord met meer dan 600 maatregelen, waar honderden organisaties aan hebben gewerkt, moet je ook inhoudelijk bespreken. Jammer dat dat gisterenavond niet kon met alle inhoudelijke woordvoerders die daarvoor klaarstonden. Wat mij betreft gaan we het nu alsnog doen. Het kan wat mij betreft al meteen vanavond en anders doen we het volgende week.

De heer Segers (ChristenUnie):

Ik sluit mij hierbij aan, ook bij de woorden van collega Buma. Volgens mij heeft de heer Asscher ook mijn nummer. Dus de volgende keer: bel even en dan kunnen we het wat sneller regelen. Hoe dan ook, steun voor het verzoek. Wanneer het ook wordt ingepland, ik zal er zijn.

De voorzitter:

Meneer Asscher, u heeft een meerderheid voor het zo snel mogelijk plannen van het debat.

De heer Asscher (PvdA):

Mooi zo.

De voorzitter:

Dus we gaan kijken of dat volgende week lukt. Dank u wel.

Dan geef ik nu het woord aan de heer Laçin namens de SP.

De heer Laçin (SP):

Voorzitter. In december vroeg ik een debat aan over de milieueffectrapportage van Schiphol. Toen kreeg ik steun van de coalitie en de oppositie met het verzoek om te wachten totdat de Omgevingsraad met het advies zou komen. Dat advies is gisteren gekomen, dus ik wil u vragen ...

De voorzitter:

Meneer Laçin, heel even, want u gaat harder praten. Dat heeft ermee te maken dat het hier rustig moet zijn. Heel even.

U mag opnieuw een verzoek doen; dat vindt u helemaal niet erg.

De heer Laçin (SP):

Nee, nee, ik neem alle tijd.

Voorzitter. In december vroeg ik een debat aan over de milieueffectrapportage en de toekomst van Schiphol. Die aanvraag kreeg een meerderheid van de coalitie én van de oppositie, met het verzoek om te wachten totdat de Omgevingsraad Schiphol met het advies zou komen. Dat is gisteren gekomen. Daarom wil ik u verzoeken om het debat zo snel mogelijk in te plannen, in ieder geval vóór de krokusvakantie, met de reactie van de minister op het ORS-advies en als het mogelijk is de definitieve MER vanuit Schiphol.

De voorzitter:

Wie hierover? Het gaat erover een bestaand debat zo snel mogelijk in te plannen. De heer Paternotte, D66.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. Volgens mij klopt het niet wat de heer Laçin zegt. De ORS is niet met een advies gekomen. Hans Alders is met een advies gekomen, terwijl ons verzoek was om niet met een Aldersadvies maar een Alderstafeladvies te komen. Dus wat ons betreft ligt er op dit moment niks. Dat lijkt me alle reden om met Hans Alders in gesprek te gaan, maar er is op dit moment niets om het debat over te voeren. Dus wij geven geen steun aan het verzoek.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Mijn fractie is van mening dat de kwestie nu ligt waar die behoort te liggen, namelijk op de tafel van de politiek. Daarom van harte steun voor dit verzoek.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun voor het verzoek, voorzitter.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Een meerderheid van de ORS stemt niet in met het document dat de heer Alders naar buiten heeft gebracht, dus voor mij ligt er niks. Ik wacht af totdat de minister die gaat over luchtvaart ons gaat melden hoe ze nou denkt draagvlak te kunnen krijgen bij de omwonenden van Schiphol.

De heer Amhaouch (CDA):

Voorzitter. De Kamer heeft gisteravond een brief gekregen, volgens mij heel duidelijk, dat de minister zelf aan zet is en dat ze nog met de ORS gaat praten. Laten we dat afwachten, dus geen steun.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Steun.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer Van Aalst (PVV):

Steun.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Steun voor het verzoek, maar ik zou wel graag willen dat de minister zo snel mogelijk reageert hoe ze nu verdergaat, zodat wij zo snel mogelijk met die informatie het debat kunnen voeren.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Schiphol heeft nog geen MER ingediend en daar wacht ik eerst op.

De heer Öztürk (DENK):

Wij wachten daar niet op. Steun voor het verzoek.

De heer Baudet (FvD):

Steun.

De heer Laçin (SP):

Voorzitter. Steun van de voltallige oppositie. Wat gisteren is gebeurd: de ORS heeft geadviseerd dat ze dus geen gedragen advies kunnen uitbrengen. Dát is het advies. De opdracht is teruggegeven.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid. Dank u wel.

De heer Laçin (SP):

Dus ja, de woorden van de heer Paternotte kloppen niet.

De voorzitter:

Nee, nee, nee, nee. Dank u wel.

De heer Laçin (SP):

Ik verwacht zo snel mogelijk een reactie van de minister en ik wil ook van de minister dat zij druk op Schiphol zet om zo snel mogelijk met de definitieve MER te komen.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Kuzu namens DENK.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Ik doe het verzoek om het reeds ingeplande dertigledendebat op nr. 45 op de lijst, aangevraagd door de collega's van de SP mevrouw Beckerman en de heer Van Kent, te vervroegen naar aanleiding van het nieuwsbericht van vandaag in verschillende media, dat in 2004 ruim 800 mensen zijn blootgesteld aan de gevaarlijke stof chroom-6. Wij zouden daar graag een debat over voeren en zouden er graag een reactie op willen hebben: een kabinetsappreciatie van de minister voor Medische Zorg en de staatssecretaris van Sociale Zaken op het onderzoeksrapport dat vandaag naar buiten gaat komen en op de berichten in de media.

De voorzitter:

Het gaat toch om een meerderheidsdebat?

De heer Kuzu (DENK):

Het gaat om het omzetten van een dertigledendebat in een meerderheidsdebat.

De voorzitter:

Volgens mij is het een meerderheidsdebat.

De heer Kuzu (DENK):

Het debat moet in ieder geval zo spoedig mogelijk worden gehouden.

De voorzitter:

Ja, het is een meerderheidsdebat.

De heer Kuzu (DENK):

Dat klopt, voorzitter. Het debat moet zo spoedig mogelijk worden gehouden nadat de kabinetsappreciatie binnen is.

De voorzitter:

Oké.

De heer Wiersma (VVD):

Voorzitter. Het verzoek is om dit verzoek samen te voegen met het debat dat al op de lijst staat en het in te plannen. Ik kan dat steunen onder de voorwaarde dat de toegezegde onderzoeken zijn verschenen. Ik wil die onderzoeken eerst zien en ik wil dat ze in die brief worden meegenomen. Dan kunnen we het debat voeren. Dus steun, maar wel de toegezegde onderzoeken afwachten.

De voorzitter:

Dat kan toch nog maanden duren?

De heer Wiersma (VVD):

Het is toegezegd dat die onderzoeken vóór het debat zullen worden toegestuurd. Als die onderzoeken er niet zijn, steun ik het verzoek niet.

De voorzitter:

Een korte toelichting van de heer Kuzu.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Vandaag komt er een belangrijk rapport naar buiten.

De voorzitter:

Hoe weet u dat?

De heer Kuzu (DENK):

Omdat dat in verschillende media staat, voorzitter.

De voorzitter:

U leest ook alles.

De heer Kuzu (DENK):

Niet altijd, maar vandaag komt in ieder geval dat onderzoeksrapport naar buiten. Ik denk dat we op basis van dat belangrijke rapport al een heel eind kunnen komen, vooral gezien het feit dat deze situatie zich al sinds 2004 voordoet. We hebben het dus over vijftien jaar. Hoe veel onderzoek hebben we nog nodig? Laten we dat debat voeren.

De voorzitter:

Helder, meneer Kuzu. De heer Wiersma, even kort.

De heer Wiersma (VVD):

Ik steun het verzoek. Ik zeg er alleen bij dat er onderzoeken zijn die worden meegenomen in de brief. Als de heer Kuzu het met mij eens is dat we die brief moeten afwachten en dan het debat moeten inplannen, dan vind ik het goed.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter. Het is wel prettig om die andere onderzoeken ook te hebben. Het lijkt me goed om te vragen om in die brief op te nemen wat het tijdpad van die andere onderzoeken is, zodat we een reëel beeld krijgen van het moment dat het debat ingepland kan worden.

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter, ook steun van D66. Dit is de zoveelste vervelende casus waar mensen echt slachtoffer zijn. Ik heb één verzoek voor de brief waarom is gevraagd. Ik zou van de staatssecretaris van Sociale Zaken willen weten of zij iets van een overzicht heeft van andere bedrijfstakken en voorbeelden waar dit ook speelt. We worden nu om het halfjaar geconfronteerd met een vervelende casus. Kan de staatssecretaris ons zicht geven op hoe vaak dit überhaupt voorkomt?

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Wij steunen dit verzoek, ook omdat het tijd wordt om nu op te treden. Je kunt onderzoek blijven doen, maar wij willen graag tempo.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Ik steun het verzoek van de heer Kuzu.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Steun.

De heer Van Kent (SP):

Altijd goed als het verzoek wordt gedaan om een SP-debat snel in te plannen. Ik wil wel even waarschuwen voor de verwijzingen naar onderzoeken. Er wordt ook extern onderzoek uitgevoerd in opdracht van de NS. Dat zou volgende maand klaar kunnen zijn, maar ook pas over twee jaar. Het verzoek is echt om het debat zo snel mogelijk in te plannen. We hebben nu deze situatie, maar er zijn ook andere situaties die we snel met de minister en de staatssecretaris moeten bespreken.

De heer Van Raan (PvdD):

Voorzitter, steun.

De heer Stoffer (SGP):

Steun.

De heer Edgar Mulder (PVV):

Voorzitter. Ik probeer het altijd heel kort te houden, maar is het niet handig om eerst de brief af te wachten en te kijken of we het debat dan kunnen combineren met bijvoorbeeld het debat over Defensie en andere zaken? Sorry dat ik dat nu opbreng, maar dat lijkt me handiger.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Steun.

De heer Baudet (FvD):

Ik ben het eens met de woorden van de heer Mulder. Eerst de brief afwachten en kijken waar we staan.

De voorzitter:

Meneer Kuzu, een meerderheid steunt uw verzoek, maar wel na ontvangst van een brief en een rapport.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Mag ik dan voor het stenografisch verslag meegeven dat ik graag zou willen dat die brief er zo spoedig mogelijk komt? Die kabinetsappreciatie hoeft ook niet lang op zich te laten wachten. Dan zouden we dit debat pak 'm beet over een week of twee kunnen voeren. Ik geef dat mee voor het stenografisch verslag.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Van Meenen.

De heer Van Meenen (D66):

Voorzitter. Sinds kort bestaat het toelatingsrecht tot het mbo. Sinds die tijd zien we, blijkt nu uit onderzoek, een enorme stijging van het aantal opleidingen met een numerus fixus. Daarover maakt mijn fractie zich zorgen, grote zorgen. Om nog maatregelen te kunnen nemen voor het aanstaande studiejaar zou ik op korte termijn een debat willen met de minister van Onderwijs over dit onderwerp en voorafgaand daaraan een brief in reactie op dit onderzoek.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Voorzitter. Ons land heeft een enorme behoefte aan vakmensen, dus het verschijnsel van een numerus fixus in het mbo is zeer ongewenst. Heel graag steun voor dit debat.

De heer Van Meenen (D66):

Excuses. Ik zie mevrouw Kuik. Het verzoek is mede namens haar. Neem me niet kwalijk.

De heer Özdil (GroenLinks):

Voorzitter. De bevindingen van de keuzegids zijn inderdaad helder. GroenLinks heeft daar ook schriftelijke vragen over gesteld. Steun voor een debat en ook steun voor het verzoek om het snel in te plannen.

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Voorzitter. Het mbo is de ruggengraat van onze samenleving, dus van harte steun voor zowel de brief als het debat.

De heer Laçin (SP):

Steun voor het debat en de brief. Collega Kwint heeft hier ook schriftelijke vragen over gesteld, dus ik verzoek om die ook te beantwoorden voor het debat.

De heer Van Raan (PvdD):

Steun voor het debat.

De heer El Yassini (VVD):

Steun.

De heer Kuzu (DENK):

Steun.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid, meneer Van Meenen. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Dank u wel.

De heer Baudet namens Forum voor Democratie.

De heer Baudet (FvD):

Al vijftig jaar debatteert Nederland over de vraag of we niet op termijn een luchthaven in zee moeten aanleggen. In 1972 verscheen het eerste rapport, het eerste onderzoek hiernaar. Het komt alsmaar niet van de grond. Tegelijkertijd zien we, ook vandaag weer in het nieuws, dat de problemen rondom de uitbreiding van Schiphol zich opstapelen. Alternatieven zoals de luchthaven in Lelystad bieden geen soelaas. Omwonenden hebben heel veel last enzovoorts. Wij willen heel graag nu eindelijk dat plan eens vlot trekken en echt vaart maken met een alternatieve luchthaven in zee. Cora van Nieuwenhuizen, de minister, heeft op 5 december aangegeven dat ze half januari met de uitkomst van een quickscan zou komen, met een overzicht wat de mogelijkheden zijn. Het is nu 31 januari.

De voorzitter:

Dus u wilt een debat?

De heer Baudet (FvD):

We hebben nog niets gehoord. Ik wil dat deze week de Kamer alle informatie toegestuurd krijgt die beschikbaar is — die moeten we nu gewoon krijgen; ze heeft zelf die deadline gegeven — en volgende week een debat.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Een quickscan is aangekondigd. Die zal ongetwijfeld binnenkort komen. Het lijkt mij leuk om kennis te maken met de heer Baudet. Dan kan hij kennismaken met de luchtvaartwoordvoerders.

De heer Baudet (FvD):

Er staat hier: zal half januari worden geïnformeerd. Het staat in haar eigen ...

De voorzitter:

Nee, nee, nee, nee, meneer Baudet!

De heer Remco Dijkstra (VVD):

Als meneer Baudet het debat wil aangaan met de luchtvaartwoordvoerders, als hij daar genoegen mee neemt, dan kunnen we op het moment dat zoiets uitkomt zo'n debat gaan inplannen, maar op dit moment nog niet.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. Hoe eerder Schiphol de zee in kan, hoe beter. Dat is ook waarom wij deze quickscan hebben aangevraagd, dus we willen daar inderdaad graag over praten. Het is natuurlijk wel zo dat de minister heeft gezegd: half januari, er wordt hard aan gewerkt. Stel dat die deze week nog komt, dan lijkt het me niet nodig dat we nu zeggen dat er stante pede een debat moet komen. Volgens mij komt die informatie heel snel naar ons toe. Als dat niet zo is, dan zullen we later alsnog steun aan dit debatverzoek geven. Wat zeg ik? Dan zullen we het zelf doen.

De voorzitter:

Geen steun dus.

Mevrouw Van Brenk (50PLUS):

Voorzitter. Wij zijn blij dat de minister met de motie van D66 en 50PLUS aan de slag is. Wij weten dat ze daar hard mee bezig is en dat we dat snel kunnen verwachten, dus wij hebben geen behoefte aan de inbreng van Forum voor Democratie op dit punt.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Ik sluit me 110% aan bij de woorden van 50PLUS. Een briefje is genoeg.

De heer Van Raan (PvdD):

Voorzitter. Het is van het grootste belang dat we snel praten over de krimp van de luchtvaart in Nederland. De heer Paternotte stelt voor om Schiphol maar zo snel mogelijk in zee te dumpen. Nou, dat zou een goede oplossing kunnen zijn. Dus steun voor het debat. Dank u wel.

De heer Laçin (SP):

Voorzitter. Steun voor het verzoek om zo snel mogelijk met die quickscan te komen. Dat hoeft wat mij betreft niet deze week al, maar wel zo snel mogelijk. Daarna zullen we zeker een verzoek van de heer Baudet steunen om hier zo snel mogelijk een debat over te voeren. Dat hoeft niet volgende week wat mij betreft.

De heer Van Aalst (PVV):

Wij zien het initiatiefvoorstel van de heer Baudet graag zo snel mogelijk naar ons toe komen, maar op dit moment is er geen steun voor een apart debat.

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ik sluit me aan bij de woorden van de heer Laçin.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Geen steun. Ik denk dat het belangrijk is dat we de stukken afwachten en dat we dan een debat voeren.

De heer Stoffer (SGP):

Voorzitter. Ik zou eigenlijk volgende week willen beginnen met het bouwen van dat vliegveld. Ik weet niet hoe de heer Baudet daartegen aankijkt.

De heer Baudet (FvD):

Voor!

De heer Stoffer (SGP):

Kijk. Wat mij betreft doen we zo snel mogelijk zo'n debat. Als die stukken er volgende week zijn, doen we het volgende week. Ik moet wel eerst stukken hebben, want dan kan ik het debat pas aangaan.

De heer Bruins (ChristenUnie):

Nu geen steun.

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Eerst even de stukken afwachten en dan zullen we verder zien.

De heer Baudet (FvD):

Ja, maar de ...

De voorzitter:

Meneer Baudet, u mag heel kort iets zeggen, maar niet het debat voeren, want het debat is bedoeld om te zeggen wat u ervan vindt.

De heer Baudet (FvD):

Ja, dat is me duidelijk. Ik hoor ruime steun voor het snel naar de Kamer krijgen van stukken en vervolgens steun voor een debat. Dus ik stel voor dat wij de mededeling naar de minister laten gaan dat wij met smart wachten op die stukken. En volgens mij heb ik een meerderheid gehoord voor een debat als de stukken er zijn.

De voorzitter:

Nee ...

De heer Baudet (FvD):

Dus we kunnen dat debat nu gewoon in gaan plannen.

De voorzitter:

Nee, meneer Baudet. Er is geen meerderheid voor het plannen van een debat. Informatie opvragen is een individueel recht, dus ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Als die informatie er is, kunt u altijd opnieuw een debat aanvragen, maar er is geen meerderheid voor het houden van een debat op dit moment.

De heer Baudet (FvD):

Toch heb ik dat wel gehoord. Ik heb geteld. Ik heb gekeken. De fracties zeiden: als de stukken er zijn, een debat. Een meerderheid van de partijen zei dat.

De voorzitter:

Ik ga niemand meer het woord geven, alleen degenen die zeggen: wij willen echt dat debat.

De heer Baudet (FvD):

Als de stukken er zijn, willen we een debat, heb ik gehoord van bijna alle partijen.

De voorzitter:

De heer Stoffer heeft dat gezegd en de heer Laçin volgens mij, of niet?

De heer Laçin (SP):

Zeker voorzitter, maar daarmee wil ik niet zeggen dat we dat debat nu al moeten agenderen. Laat de stukken komen. Dan doet de heer Baudet opnieuw een verzoek. Dan zullen we hem van harte steunen en het debat zo snel mogelijk laten inplannen.

De heer Baudet (FvD):

Dat lijkt me een wat inefficiënte werkwijze, maar goed, we zullen het zo doen.

De voorzitter:

Dus nogmaals, de informatie zal wel richting de Kamer komen. Op basis daarvan kunt u altijd opnieuw een debat aanvragen.

Dank jullie wel voor jullie aanwezigheid bij de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt van 13.57 uur tot 14.02 uur geschorst.

Naar boven