35 000 Nota over de toestand van ’s Rijks Financiën

Nr. 84 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 april 2019

Bij brief van 24 januari 2019 reageerde u op mijn brief van 28 augustus 2018 (Kamerstuk 34 775, nr. 86) en de bij die brief aangeboden Handreiking ambtelijke bijstand bij initiatiefwetgeving.

In uw brief reageert u onder meer op de aankondiging hoe het kabinet voornemens is invulling te geven aan de eigen verantwoordelijkheid ten aanzien van initiatiefvoorstellen, bij de advisering van uw Kamer en bij de bekrachtiging, met name in het licht van de budgettaire dekking daarvan.

Ik onderschrijf uw zienswijze dat deze voorgenomen werkwijze zuiver ziet op de positiebepaling van het kabinet als medewetgever en niet beoogt af te doen aan het in artikel 82 van de Grondwet verankerde grondwettelijke recht tot het indienen van wetsvoorstellen. Het spreekt vanzelf dat het aan individuele Kamerleden is op welke wijze zij invulling wensen te geven aan dit recht.

Ik vertrouw erop u hiermee afdoende te hebben geïnformeerd.

De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker

Naar boven