34 952 Investeren in Perspectief – Goed voor de Wereld, Goed voor Nederland

Nr. 178 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 juli 2022

Hierbij stuur ik uw kamer de voortgangsrapportage handelsbevordering Afrika, conform de toezegging gedaan bij de begrotingsbehandeling buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking 2021 op 2 december 2020 (Handelingen II 2020/21, nr. 32, item 4)

Het afgelopen jaar heeft laten zien dat de meeste Afrikaanse economieën zich langzamerhand herstelden van de COVID-19 pandemie. Voor enkele landen heeft echter de volgende crisis zich alweer aangediend: voedselonzekerheid door stijgende voedselprijzen als gevolg van de oorlog in Oekraïne. In mijn brief aan uw Kamer van 18 maart jl.1 over de humanitaire inspanningen voor Oekraïne en buurlanden ging ik al kort in op de gevolgen en Nederlandse ontwikkelingsinspanningen om voedselzekerheid op structurele basis te versterken.

Het kabinet hecht waarde aan een sterke inzet voor onze handelsbetrekkingen met Afrika en het stimuleren van een gelijkwaardige economische relatie. Gedurende de eerste zes maanden van het huidige kabinet ben ik met publieke en private partners aan de slag gegaan om kansentrajecten onder de vlag van de Taskforce te intensiveren en uit te breiden. Daarover deel ik in deze brief een stand van zaken ten opzichte van de voortgangsrapportage van vorig jaar. Daarnaast zal ik ingaan op de bredere economische inzet vanuit handel, ontwikkelingssamenwerking en de multilaterale instellingen.

Handelsinzet

De handelsinzet van het kabinet in Afrika verenigt ambitie en realisme en is gestoeld op publiek-private samenwerking. Ambitie, omdat dit kabinet de potentie en het economische en geopolitieke belang ziet van vruchtbare economische relaties met dit continent.2 De door het kabinet na de zomer met uw Kamer te delen bredere Afrikastrategie zal hier nader op ingaan. Realisme, in de zin dat ondernemen in Afrika een langere adem en flexibiliteit vergt dan in nabije markten. Het kabinet concentreert daarom de handelsinzet op acht beloftevolle Afrikaanse markten. Publiek-private samenwerking, omdat door de rijksoverheid geïnitieerde marktstudies, economische missies en evenementen altijd in samenwerking met private partners worden uitgevoerd.

De ambitie van Nederland ten aanzien van Afrika heeft zich – in goed overleg met onze private partners en de Taskforce – ontwikkeld tot inzet op acht beloftevolle markten, namelijk: Marokko, Egypte, Nigeria, Ghana, Ivoorkust, Senegal, Kenia en Zuid-Afrika. Met onze private partners zetten we in op kansrijke sectoren in deze markten. Dat zijn intensieve, meerjarige kansentrajecten, die doorzettingsvermogen vergen van zowel de overheid als het bedrijfsleven.

De eerdergenoemde acht meest beloftevolle markten zijn ook onderdeel van de combinatielandenaanpak uit de beleidsnota Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking «Doen waar Nederland goed in is» die onlangs met uw Kamer is gedeeld, en waarin het kabinet de synergie tussen handel, ontwikkelingssamenwerking en investeringen versterkt. Het kabinet zal op het Afrikaanse continent voortbouwen op de kansentrajecten die afgelopen jaren zijn voorbereid en de verdere inzet vormgeven op basis van de BHOS-nota en de aanstaande Afrikastrategie. Hierbij wordt ook nader invulling gegeven aan de op 8 juni jl. aangenomen (Handelingen II 2021/22, nr. 88, Stemmingen) moties van de leden Amhaouch en Klink (Kamerstuk 34 952, nrs. 166 en 168).

Inzet vanuit ontwikkelingssamenwerking

Private Sector Development (PSD)

Op het snijvlak van hulp, handel en investeringen investeert Nederland fors -meer dan 400 miljoen euro afgelopen jaar – in SDG 8 in Afrika om bij te dragen aan economische groei en fatsoenlijke banen. Deze inzet zal zich door focus van de PSD-landenlijst verder concentreren op het Afrikaanse continent. Daarbij wordt ingezet op de versterking van het ondernemings- en investeringsklimaat en een productiever MKB in Afrika. Dit is goed voor zowel het lokale als het Nederlandse bedrijfsleven. Daarbij richt Nederland zich op het vergroten van toegang tot financiering, verbeterde handel, markttoegang en infrastructuur en verbetering van ondernemerschap, de arbeidsmarkt en economische instituties in Afrika.

De inzet richt zich op werkgelegenheid, vooral onder jongeren. Dit is cruciaal voor de stabiliteit van het continent, maar ook voor investeerders. Zo creëren we met het Challenge Fund for Youth Employment 200.000 banen, vooral in Afrika. Met partners als Agriterra, IDH en Solidaridad helpen we de transitie in de landbouw te maken naar een sector waar ook jongeren willen werken. Dat doen we vaak in sectoren waar Nederland al jarenlang handelspartner is, zoals cacao, koffie en palmolie. Met partners hebben we het afgelopen jaar de inzet op leefbare lonen voortgezet, onder meer door verdere diversificatie en professionalisering van het boerenbedrijf.

Handelsfacilitatie en regionale markten

Nederland draagt actief bij aan het bevorderen van regionale integratie binnen Afrika. Hiermee versterken we het ondernemingsklimaat in Afrikaanse landen en de handelskansen van Afrikaanse ondernemers. Dit mes snijdt aan twee kanten, want hier heeft ook ons bedrijfsleven baat bij. Nederland heeft ook afgelopen jaar bijgedragen aan stappen in de totstandkoming van de Afrikaanse vrijhandelszone voor goederen en diensten met (regionale) handelsfacilitatieprogramma’s in Oost- en West-Afrika en het versterken van de digitale handel in Afrika. Nederland zal deze inzet ook komend jaar voortzetten.

Met Nederlandse financiering is door UNCTAD afgelopen jaar een regionale eReadiness Assessment in West-Afrika uitgevoerd en wordt op dit moment met ECOWAS een regionale e-commerce strategie ontwikkeld. Hiermee kunnen West-Afrikaanse landen een veerkrachtig ecosysteem opbouwen dat de ontwikkeling van inclusieve regionale e-commerce bevordert, en waar het MKB en jonge en vrouwelijke ondernemers van profiteren. Deze structurele ontwikkeling bevordert regionale integratie, economische diversificatie, het scheppen van banen en meer inclusieve handelsactiviteiten.

De inzet van TradeMark East Africa (TMEA) in Oost-Afrika heeft met Nederlandse ondersteuning afgelopen jaar tot efficiëntere handelscorridors geleid. Ons meerjarige partnerschap met TMEA heeft geleid tot snellere inklaring bij havens en sneller regionaal transport tegen een lagere prijs. Zo werden grensovergangen ingericht als een one stop border post om processen te professionaliseren en te harmoniseren aan weerskanten van de grens. Naast efficiëntiewinst, leidde dit onder meer tot veiligere en verbeterde grensovergangen voor vrouwelijke handelaren.

Inzet publiek-private Taskforce Handelsbevordering NL-Afrika

Zoals in meer detail beschreven in de voortgangsrapportage van vorig jaar (Kamerstuk 34 952, nr. 113) richt de Taskforce zich op drie doelen: een vruchtbaar publiek-privaat overleg over kansen en uitdagingen voor ondernemen in Afrika; het aanjagen van kansentrajecten voor ons MKB om concrete verdienkansen voor Nederland en Afrika te verzilveren; en het aanjagen van publiek-private partnerschappen om waardeketens in Afrika te versterken en lokale productie en inkoop door in Afrika actieve multinationals te bevorderen.

Ook op het terrein van handelsbevorderende bijeenkomsten blijft de samenwerking tussen publieke en private partners hecht. Zo organiseerde de Taskforce op 17 mei jl. een bijeenkomst waarin leden van de Taskforce en een twintigtal in dezelfde sectoren actieve ondernemers hun ambities in Afrika konden doorspreken met sectorspecialisten van Invest International en private partners zoals de Netherlands-African Business Council (NABC), het Netherlands Water Partnership en de Taskforce Healthcare. Met steun van de rijksoverheid organiseerde de NABC afgelopen maand wederom een geslaagde editie van hun grootste event, de Africa Works-conferentie.

Onder de vlag van de Taskforce zijn voor vijf beloftevolle sectoren (gezondheidszorg, duurzame energie, afval- & circulaire oplossingen, landbouw en water) een twintigtal kansentrajecten opgezet in de acht meest beloftevolle markten. Maar liefst negen hiervan, vloeien voort uit de private «15/15» ambities voor Afrika, die de motie van de leden Weverling en Amhaouch (Kamerstuk 35 570 XVII, nr. 14) opriep te ondersteunen. Dit geldt voor de kansentrajecten: water in Marokko; pluimvee in Ghana; pluimvee in Ivoorkust; zilte teelt in Egypte; kustbescherming, energie en pluimvee in Senegal; en gezondheidszorg en tuinbouw in Zuid-Afrika.

Graag informeer ik u over de status en voortgang van enkele kansentrajecten en over publiek-private partnerschappen die onder de vlag van de taskforce worden uitgevoerd.

Kansentrajecten ter ondersteuning van het Nederlandse MKB

Met het wegvallen van de (reis)beperkingen is afgelopen jaar met name ingezet op fysieke activiteiten met het Nederlandse bedrijfsleven:

Agrifood

In Zuid-Afrika is een cluster Nederlandse tuinbouwbedrijven op het gebied van bedekte teelt van start gegaan met behulp van het Impact Cluster3 instrument. Daarnaast zijn in Marokko, Senegal en Nigeria clusters van Nederlandse tuinbouwbedrijven geïnteresseerd om met behulp van ditzelfde instrument dit jaar van start te gaan. In september 2021 zijn tien Nederlandse bedrijven op het gebied van «klimaatslimme landbouw» in Egypte geholpen in hun zoektocht naar handelspartners tijdens de Sahara Expo. Eind juni komt een Egyptische handelsdelegatie naar Nederland voor veldbezoeken op het gebied van toekomstbestendige tuinbouw.

In de pluimveesector is een markstudie naar de Marokkaanse sector afgerond en zal een Nederlandse bedrijvendelegatie dit najaar afreizen naar een beurs. Uit Senegal heeft een inkomende handelsdelegatie Nederland bezocht en zal na de zomer een uitgaande handelsmissie georganiseerd worden gericht op de verduurzaming van de slacht- en verwerkingsindustrie. Een cluster van Nederlandse pluimveebedrijven dat gestart is in Ghana met behulp van het Impact Cluster instrument heeft afgelopen maand haar officiële lancering gehad in het bijzijn van het Ghanese Ministerie van Landbouw. Een Ivoriaanse delegatie bezocht Nederland april jl. om kennis te maken met Nederlandse experts en nieuwe contacten te leggen. Eind november wordt een handelsmissie naar Ivoorkust georganiseerd, waarbij Nederlandse bedrijven kunnen deelnemen aan de grootste landbouwbeurs van West-Afrika.

Duurzame energie

In Nigeria en Senegal zijn afgelopen jaar kansenstudies afgerond en gepresenteerd aan Nederlandse ondernemers. Een tiental bedrijven heeft interesse in de Nigeriaanse markt; in maart bezocht een inkomende delegatie uit Nigeria Nederland om contact met hen te leggen. In de Senegalese markt is de interesse van het Nederlandse bedrijfsleven beperkt gebleken; een hierop gericht kansentraject is dan ook voorlopig on hold gezet. Verkenning van kansen op het gebied van groene waterstof in Marokko heeft o.a. geleid tot de deelname van een Marokkaanse delegatie aan de World Hydrogen Summit die Nederland in mei organiseerde. Deze delegatie sprak met het Nederlands bedrijfsleven over handelskansen rondom waterstofproductie in Marokko.

Water

Voor een kansentraject in Marokko op het gebied van waterzuivering, hergebruik en ontzilting zijn twee kansenseminars georganiseerd in samenwerking met Marokkaanse partijen. Momenteel wordt er gewerkt aan de opzet van een Nederlands paviljoen voor een beurs in Casablanca waar een Nederlandse handelsdelegatie aan zal deelnemen in september. Vanuit Marokkaanse zijde is er grote interesse in Nederlandse technologie en kennisoverdracht.

De rijksoverheid positioneert het Nederlandse bedrijfsleven bij een programma van de Wereldbank dat West-Afrikaanse landen ondersteunt om op een duurzame manier kusterosie tegen te gaan. Diverse Nederlandse bedrijven hebben binnen dit programma afgelopen jaar door de Wereldbank gefinancierde opdrachten gewonnen; een voorbeeld hiervan is een bedrijf dat in maart jl. een opdracht ter waarde van circa EUR 55 miljoen won voor de bescherming en suppletie van een 40 kilometer lange kuststrook in Togo en Benin.

Afval- en circulaire oplossingen

Kansen in de Ghanese en Nigeriaanse afvalmarkt zijn vorig jaar onder de aandacht gebracht bij Nederlandse ondernemers. Afgelopen jaar zijn met name in Nigeria zakelijke contacten gelegd; zo kwam een delegatie naar Nederland voor samenwerking op het gebied van inzameling, verwerking en recycling van plastic en e-waste.

Afgelopen september vond er een digitale inkomende missie plaats met vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en de overheid uit zeven Afrikaanse landen, waarbij lokale uitdagingen op het gebied van circulaire economie zijn gekoppeld aan kansen voor Nederlandse technologie en best practices.

Gezondheidszorg

Voor de verdere ontwikkeling van een kansentraject in Zuid-Afrika werd in april jl. een handelsmissie georganiseerd over kansen in e-health en digitalisering. Er namen 13 Nederlandse bedrijven deel die tijdens de missie contacten hebben gelegd met lokale zakenpartners. Eén Nederlands bedrijf zal al op korte termijn een kantoor oprichten in Zuid-Afrika. Dit najaar zal er een handelsmissie naar Kenia worden georganiseerd op het terrein van e-health en medische apparatuur. Voor de Nigeriaanse markt in gezondheidszorg wordt er momenteel een markstudie uitgevoerd waarvan de kansen later dit jaar zullen worden gepresenteerd aan Nederlandse ondernemers.

Figuur 1: Overzicht beloftevolle markten en kansentrajecten Taskforce Handelsbevordering Nederland-Afrika

Figuur 1: Overzicht beloftevolle markten en kansentrajecten Taskforce Handelsbevordering Nederland-Afrika

Partnerschappen en Private Sector Engagement

Waar dat in het belang van zowel de overheid als het bedrijfsleven is, wordt samengewerkt in publiek-private partnerschappen. Hierbij wordt ook samengewerkt met Nederlandse bedrijven in partnerschappen volgens de Dutch Diamond methode: met het Nederlandse bedrijfsleven voor hun markt-, innovatie- en investeringskracht, met NGO’s voor lokale oplossingen en met kennisinstellingen voor kennisuitwisseling en onderzoek. In mijn beleidsnota «Doen waar Nederland goed in is» kondig ik aan de rol van het bedrijfsleven als partner bij ontwikkelingssamenwerking verder te versterken.

Inzet EU en Multilaterale Ontwikkelingsbanken

Inzet Europese Unie

De Europese Commissie zet in op verdere intensivering van de relatie met de Afrikaanse landen. In februari dit jaar vond de EU-AU top plaats in Brussel. De EU kondigde toen een investeringspakket aan voor transport, economische integratie, versterking van gezondheidssystemen en connectiviteit. Daar waar dit pakket nu al concrete marktkansen biedt, bieden het postennetwerk en de RVO ondersteuning aan het Nederlandse bedrijfsleven.

De Europese Commissie en de EU Lidstaten verlenen gecoördineerde steun aan de Afrikaanse Unie voor de onderhandelingen in het kader van de African Continental Free Trade Area (AfCFTA). Deze vrijhandelszone kan volgens de Wereldbank 30 miljoen Afrikanen uit armoede trekken én marktkansen bieden voor zowel lokale als Nederlandse ondernemers.

Om na de voltooiing van de vrijhandelszone, het sluiten van een handelsakkoord tussen de EU en AfCFTA te vergemakkelijken is er nu hernieuwde aandacht voor Economische Partnerschappen (EPA’s) tussen de EU en Afrikaanse landen. Daarbij richt de inzet zich op duurzaamheid, diensten en investeringen.Het kabinet vraagt daarbij aandacht voor ambitieuze afspraken over duurzaamheid en dat de Europese Commissie hiervoor waar nodig technische assistentie inzet. Ook heeft Nederland zich afgelopen jaar met succes ingezet om duurzaamheid op te nemen in een gezamenlijke intentieverklaring van Kenia en de Europese Commissie om en marge van de EU-AU top een bilaterale EPA te sluiten.

Inzet Internationale Financiële Instellingen

Ook via de Internationale Financiële Instellingen (IFI’s), waarvan Nederland aandeelhouder is, wordt ingezet op ontwikkeling van Afrika die ook ten goede komt aan het handels- en investeringsklimaat op het continent. Via RVO wordt daarbij ingezet op positionering en ondersteuning van Nederlandse bedrijven bij de aanbestedingen en kansen die deze IFI’s bieden.

De Wereldbank Groep zet zich in Afrika breed in voor sociale en economische ontwikkeling. De Bank werkte in het afgelopen jaar bijvoorbeeld aan betere regionale integratie in sub-Sahara Afrika en aan assistentie aan de Afrikaanse landen bij een groen, inclusief en duurzaam herstel van de COVID-19 pandemie. Veel banken zijn vanwege de steeds moeilijkere economische omstandigheden terughoudender geworden in het verstrekken van leningen aan de Afrikaanse particuliere sector. De International Finance Corporation (IFC), het onderdeel van de Wereldbank Groep dat zich richt op ontwikkeling van de private sector, heeft dit tekort afgelopen jaar deels kunnen opvangen door alternatieve financieringsopties zoals private equity en private credit te ondersteunen.

De African Development Bank (AfDB) heeft als centrale doelstelling armoedebestrijding in Afrika door het bevorderen van duurzame economische groei en sociale ontwikkeling. De AfDB keurde in het afgelopen jaar bijvoorbeeld een lening aan Nigeria goed ter ondersteuning van een programma voor investeringen in digitale en creatieve ondernemingen, waarmee ondernemerschap en innovatie in digitale technologie en creatieve industrieën en werkgelegenheid van jongeren bevorderd wordt.

De European Bank for Reconstruction and Development (EBRD) richt zich in een aantal landen in Noord-Afrika op de ontwikkeling van open en duurzame markteconomieën, het stimuleren van groei van de particuliere sector en het bevorderen van de beleidsdialoog. Zo nam de EBRD recentelijk een financieringspakket aan om via de Export Development Bank of Egypt (Ebank) de toegang tot financiering voor het MKB en door vrouwen geleide bedrijven in Egypte te verbeteren.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.N.A.J. Schreinemacher


X Noot
1

Kamerstuk 36 045, nr. 44.

X Noot
2

De omvang van de handel met Afrika betreft momenteel circa 3% van het totale handelsvolume van Nederland.

X Noot
3

Impactclusterprojecten zijn meerjarige projecten waarbij in partnerschappen capaciteitsopbouw en kennisoverdracht in ontwikkelingslanden plaatsvindt, vaak gebruikmakend van Nederlandse kennis en technologie.

Naar boven