34 861 Regels ter implementatie van richtlijn (EU) 2016/681 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 over het gebruik van persoonsgegevens van passagiers (PNR-gegevens) voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en ernstige criminaliteit (PbEU 2016, L 119) (Wet gebruik van passagiersgegevens voor de bestrijding van terroristische en ernstige misdrijven)

32 761 Verwerking en bescherming persoonsgegevens

Nr. 40 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 mei 2024

De leden van uw vaste commissie voor Justitie en Veiligheid hebben bij brief1 van 20 maart 2024 gevraagd om een reactie op een besluit van de Europese Raad betreffende de sluiting, namens de Europese Unie (EU), van een overeenkomst tussen Canada en de EU inzake de doorgifte en verwerking van passenger name records (hierna: PNR-gegevens).2

Het gebruik van PNR-gegevens is een cruciaal instrument in de strijd tegen terrorisme en ernstige criminaliteit. Het is daarom een positieve ontwikkeling dat het voorstel betreffende de PNR-overeenkomst tussen de EU en Canada nu voorligt. De overeenkomst regelt de voorwaarden en kaders waaronder uitsluitend luchtvaartmaatschappijen PNR-gegevens van passagiers die tussen de EU en Canada vliegen, mogen delen met de Canadese autoriteiten. Met deze overeenkomst wordt de verwerking van PNR-gegevens door bevoegde Canadese autoriteiten in lijn gebracht met het Europees recht. Dat betekent dat verwerking van PNR-gegevens alleen plaatsvindt indien dit noodzakelijk is en evenredig toegepast wordt voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken of vervolgen van terroristische misdrijven of ernstige criminaliteit. Deze overeenkomst heeft geen betrekking op doorgifte van PNR-gegevens door de Passagiersinformatie-eenheid Nederland (hierna: Pi-NL) aan Canadese autoriteiten.3

De voorliggende overeenkomst verenigt twee doelstellingen: enerzijds het waarborgen van de publieke veiligheid door het gebruik van PNR-gegevens en anderzijds het beschermen van de persoonlijke levenssfeer en andere fundamentele grondrechten door hier strikte voorwaarden aan te verbinden. Deze overeenkomst is daarmee in lijn met de uitspraak die het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof) in 2022 over de PNR-Richtlijn deed.4 Nederland heeft hier in de onderhandelingen met Canada expliciet aandacht voor gevraagd.

Achtergrond

De EU sloot in 2005 een soortgelijke overeenkomst met Canada. Nadat deze overeenkomst verliep, werd in 2010 gestart met de onderhandelingen over een nieuwe overeenkomst. De hieruit voortgekomen ontwerpovereenkomst werd in 2015 op verzoek van het Europees Parlement voorgelegd aan het Hof. Het Hof oordeelde in 2017 dat de overeenkomst niet in de toenmalige vorm kon worden gesloten, omdat verschillende bepalingen onverenigbaar waren met de door de EU erkende grondrechten, zoals het recht op gegevensbescherming en de eerbiediging van het privéleven. De EU en Canada openden na deze uitspraak nieuwe onderhandelingen om tot een overeenkomst te komen die in overeenstemming is met de vereisten van het Hof.

De overeenkomst die nu met Canada is gesloten past in de reeks aan PNR-overeenkomsten die de EU met derde landen heeft gesloten en gaat sluiten.5 Een toenemend aantal landen verzamelt immers PNR-gegevens van luchtvaartmaatschappijen. Dit is onder meer ingegeven door verplichtingen voor VN-lidstaten die voortvloeien uit VN resoluties van de VN Veiligheidsraad.6 Op internationaal niveau heeft de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) internationale normen vastgesteld met betrekking tot de verwerking van PNR-gegevens.7 De Europese Raad oordeelde echter dat het Europees recht strengere eisen stelt aan de verwerking van PNR-gegevens dan de ICAO-normen. De doorgifte van PNR-gegevens vanuit de EU naar een derde land vereist daarom een aparte rechtsgrondslag. Met een dergelijke PNR-overeenkomst worden nauwkeurige regels en waarborgen vastgelegd met betrekking tot het gebruik van PNR-gegevens, door de bevoegde autoriteiten van het derde land.

Het gebruik van PNR-gegevens is een onmisbaar instrument in de strijd tegen terrorisme en ernstige criminaliteit. De doeltreffendheid van het instrument is in grote mate afhankelijk van internationale samenwerking.

Met de sluiting van het akkoord met Canada wordt geborgd dat de verwerking van PNR-gegevens binnen de wettelijke kaders plaatsvindt.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


X Noot
1

Tweede Kamer, 2023–24, kenmerk: 2024Z04271/2024D10878.

X Noot
2

PNR-gegevens bestaan uit (persoons)gegevens die door passagiers zijn verstrekt en door luchtvaartmaatschappijen worden verzameld en bewaard, zoals namen van passagiers, reisdata, reisschema's, stoelnummers en bagage.

X Noot
3

Canada dient daarvoor conform de huidig geldende procedure een regulier rechtshulpverzoek in te dienen bij het LIRC, dat valt onder de Dienst Landelijke Informatieorganisatie van de Nationale Politie.

X Noot
4

Hof van Justitie van de Europese Unie EU 21 juni 2022, C-817/19, ECLI:EU:C:2022:491, (Ligue des droits humains). De Kamer is over maatregelen in de verwerking van PNR-gegevens, geïnformeerd in Kamerstukken II, 2022/2023, 34 861, nr. 35, 36 en 38.

X Noot
5

De Europese Commissie is al gemachtigd om met Mexico en Japan PNR-overeenkomsten te starten en heeft in september 2023 aanbevolen om ook de onderhandelingen met Noorwegen, IJsland en Zwitserland te openen. Dit gebeurt naar verwachting op korte termijn. Daarnaast zijn er afspraken over PNR-gegevens gemaakt met de Verenigde Staten, Australië en het Verenigd Koninkrijk als onderdeel van de Handels- en Samenwerkingsovereenkomst na diens terugtrekking uit de EU. Zie https://home-affairs.ec.europa.eu/policies/law-enforcement-cooperation/passenger-data.

X Noot
6

Zie VN Veiligheidsraad resoluties 2178 (2014), 2396 (2017) en 2482 (2019).

X Noot
7

ICAO Annex 9 Standards and Recommended Practices (SARPs).

Naar boven