Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 maart 2018
Hierbij bied ik u de tussenrapportage aan van de commissie-Giebels1. Deze commissie is op 5 december 2017 ingesteld naar aanleiding van de misstanden
in Schaarsbergen in 2013. Hierover heb ik u eerder met de brief van 6 december 2017
geïnformeerd (Kamerstuk 34 775 X, nr. 61).
De tussenrapportage
De tussenrapportage gaat in op de wijze waarop destijds met de melding en melders
op de kazerne in Schaarsbergen is omgegaan. De passages over Schaarsbergen laten duidelijk
zien dat bij zowel de procedurele als inhoudelijke afhandeling van de melding Defensie
steken heeft laten vallen. Dit moet voortaan anders. Hierdoor hebben de slachtoffers
niet altijd de ondersteuning, het vertrouwen en respect gekregen dat zij verdienden
in deze voor hun moeilijke situatie. Dat betreur ik ten zeerste.
In mijn eerdere brief over de nazorg aan de slachtoffers van Schaarsbergen (Kamerstuk
34 775 X, nr. 79) schreef ik dat Defensie een zorgplicht heeft voor al haar personeel. De inzet van
Defensie is er dan ook op gericht om alle mogelijke middelen ter beschikking te stellen
om de juiste nazorg te bieden aan de slachtoffers.
Plan van aanpak Een veilige defensieorganisatie
Er is Defensie veel aan gelegen de sociale veiligheid binnen de organisatie structureel
te verbeteren. De commissie doet op basis van haar onderzoek een dertiental aanbevelingen
om de sociale veiligheid binnen Defensie te verbeteren. De aanbevelingen van de commissie
zijn voor zover mogelijk meegenomen in het plan van aanpak «Een veilige defensieorganisatie»
dat uw Kamer separaat wordt aangeboden (Kamerstuk 34 919, nr. 4). In dit plan van aanpak wordt specifieke aandacht gegeven aan:
-
– het voorkomen van normoverschrijdend gedrag en pestgedrag;
-
– de meldcultuur binnen Defensie;
-
– het professionaliseren van het intern onderzoek binnen Defensie, waaronder het aanscherpen
van de aanwijzing van de Secretaris-Generaal waarin de kaders voor intern onderzoek
zijn opgenomen.
De komende periode zullen we hier verder invulling aan geven, waarbij wij uiteraard
ook de conclusies en aanbevelingen in de eindrapportage van de commissie zullen betrekken.
Meldingen
In de periode vanaf 15 december 2017 tot aan 1 maart 2018 zijn er in totaal 55 meldingen
binnengekomen bij het meldpunt Sociaal Veilige Werkomgeving Defensie. Het meldpunt
opereert volledig onafhankelijk van Defensie. Dit houdt onder meer in dat de inhoud
van de meldingen, als ook de periode waarover de meldingen betrekking hebben, niet
wordt gedeeld met Defensie. De commissie zal pas in haar eindrapportage verder inhoudelijk
ingaan op de binnengekomen meldingen, inclusief aanbevelingen doen over het meldsysteem
en meldingsbereidheid binnen Defensie. Dit maakt een volledige appreciatie mijnerzijds
van de meldingen uit de tussentijdse rapportage op dit moment niet mogelijk.
Ik dank de commissie voor de geleverde inspanning en zie de definitieve versie van
het onderzoek, dat de commissie naar verwachting medio juli 2018 oplevert, tegemoet.
De uitkomsten zal ik vanzelfsprekend betrekken bij de verdere aanpak van de verbetering
van de veiligheid binnen Defensie.
De Staatssecretaris van Defensie,
B. Visser