34 293 Renovatie Binnenhof

Nr. 33 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 maart 2018

In de kabinetsreactie renovatie Binnenhof, aan uw Kamer gezonden op 25 september 2015 (Kamerstuk 34 293, nr. 2), is de noodzaak van de renovatie van het Binnenhof toegelicht en is de keuze voor een integrale renovatie gemotiveerd. Beide Kamers van de Staten-Generaal hebben zich over dit voornemen gebogen, uitmondend in een afrondend debat in de Tweede Kamer op 7 juli 2016 en een briefwisseling met de Eerste Kamer, onderwerp van een schriftelijk overleg op 15 september 2016 (Kamerstuk 34 293, nr. D). De renovatie wordt inmiddels voorbereid en zal vanaf de start in 2020 5,5 jaar duren. De renovatie wordt sober en doelmatig uitgevoerd.

De renovatie is een majeure operatie die noodzakelijk is maar onvermijdelijk hinder zal veroorzaken en gevolgen heeft voor betrokkenen. Het Binnenhof huisvest de Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal, de Raad van State en het Ministerie van Algemene Zaken met de Minister-President en zijn staf en de ministerraad. Voor deze gebruikers is tijdens de renovatie adequate tijdelijke huisvesting beschikbaar.

Het Binnenhof is ook het centrum van Den Haag, van belang voor bewoners, ondernemers en instellingen in de directe omgeving en in trek bij bezoekers. In de gemeente Den Haag heeft het Rijk een belangrijke partner gevonden om te zorgen voor een omgeving die tijdens de renovatie leefbaar en aantrekkelijk blijft. Ik zal de gebruikers en de omgeving van het Binnenhof steeds bij het proces betrekken en de uitvoering zo goed mogelijk laten verlopen.

Zoals toegezegd in de brief van 23 november 2016 (Kamerstuk 34 293, nr. 31), informeer ik uw Kamer over de voortgang. Ik ga hierbij in op zowel de renovatie van het Binnenhofcomplex als de tijdelijke huisvesting van de gebruikers. Ook besteed ik aandacht aan de omgevingsaspecten. Deze basisrapportage zal ik vanaf nu jaarlijks opvolgen met een voortgangsrapportage. Hiermee baseer ik de systematiek voor de informatieverstrekking op de Regeling Grote Projecten.

Doelstellingen en randvoorwaarden

Bij het bepalen van de reikwijdte van de renovatie zoals verwoord in de kabinetsreactie van 2015 is, met als uitgangspunt sober en doelmatig, kritisch gekeken naar de noodzaak van de ingrepen. Er zal voornamelijk sprake zijn van noodzakelijk herstel van gebreken en aanpassingen met het oog op wet- en regelgeving. Dit vergt circa 70% van het budget. Zinvolle functionele verbeteringen worden hieraan toegevoegd. Deze hebben bijvoorbeeld betrekking op de entrees, die relatief klein zijn voor het aantal bezoekers en bijbehorende logistiek, de keukens en restaurants, en hun ligging ten opzichte van aan- en afvoerroutes.

De doelstellingen van de renovatie zijn als volgt:

  • Gebreken herstellen;

  • Aan vigerende wet- en regelgeving voldoen;

  • Asbestschoon maken;

  • Functionele verbeteringen toepassen: o.a. entrees, keukens/restaurants en overgangen tussen de verschillende gebouwdelen van het complex (demarcatie). Dit voor zover doelmatig en getoetst op soberheid;

  • Slimme oplossingen vinden voor energie, veiligheid, beveiliging, catering, schoonmaak, bezoekers;

  • Na renovatie weer 20–30 jaar gebruik zonder groot onderhoud;

  • Een noodzakelijke renovatie na deze gebruiksperiode mogelijk zonder hinder voor gebruikers op deze schaal;

  • Gemeenschappelijk gebruik van ruimte (waar zinvol) mogelijk maken.

Daarbij gelden de volgende randvoorwaarden:

  • Soberheid en doelmatigheid zijn het uitgangspunt;

  • Het werken op de bouwplaats moet veilig kunnen;

  • Geen uitbreiding, geen restauratie;

  • Intelligente, bewezen techniek toepassen;

  • Ten minste in stand houden van omgevingswaarde;

  • Ten minste in stand houden van monumentale waarde;

  • Renovatieperiode maximaal 5,5 jaar (medio 2020-eind 2025);

  • Eerste Kamer zo mogelijk eerder terug.

Tot de start van de renovatie in 2020 wordt het onderhoud van het Binnenhof uitgevoerd op basis van een instandhoudingsplan. Het onderhoud beperkt zich tot wat noodzakelijk is voor de instandhouding, het bedrijfsproces en representatie.

Governance

De renovatie vindt plaats onder mijn politieke verantwoordelijkheid en ambtelijk onder verantwoordelijkheid van de directeur-generaal Rijksvastgoedbedrijf. Er is een bestuurlijke stuurgroep renovatie Binnenhof ingericht, waarin de gebruikers de plannen voor het Binnenhof beoordelen binnen de vastgelegde randvoorwaarden en doelstellingen. Ik heb de heer De Jager, oud-minister van Financiën, bereid gevonden op te treden als onafhankelijk voorzitter. Leden zijn de griffiers van de Eerste en Tweede Kamer, de secretaris van de Raad van State en de secretaris-generaal van het Ministerie van Algemene Zaken. De Rijksbouwmeester, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid en de directeur-generaal Rijksvastgoedbedrijf hebben een permanente uitnodiging voor de bestuurlijke stuurgroep. Voorts zijn aanwezig de projectdirecteur renovatie Binnenhof van het Rijksvastgoedbedrijf, die de bestuurlijke stuurgroep van gevraagde informatie voorziet en de secretaris van de bestuurlijke stuurgroep. Politieke consultatie door de voorzitter met de vier gebruikers, te weten de voorzitters van de Eerste en Tweede Kamer, de vicepresident van de Raad van State en de Minister-President, behoort ter voorbereiding van een stuurgroepvergadering tot de mogelijkheden.

De voorzitter van de bestuurlijke stuurgroep rapporteert na afloop van het begrotingsjaar aan mij, waarbij de directeur-generaal Rijksvastgoedbedrijf optreedt als ambtelijk escalatieniveau. De rol van de bestuurlijke stuurgroep zal onderdeel zijn van de jaarlijkse voortgangsrapportages aan uw Kamer.

De voorzitter van de Eerste Kamer beoordeelt met de griffier welke zaken worden voorgelegd aan de Huishoudelijke Commissie of het College van Senioren. De voorzitter van de Tweede Kamer beoordeelt met de griffier welke zaken worden voorgelegd aan het presidium en de Bouwbegeleidingscommissie. Het Rijksvastgoedbedrijf en de bedrijfsvoeringsdeskundigen van beide Kamers zijn daarbij steeds beschikbaar voor advies.

Een ambtelijke regiegroep onder leiding van de directeur-generaal Rijksvastgoedbedrijf wordt ingericht die zich focust op de match tussen gebruikerswensen, architectonische uitwerking en beschikbaar maximaal budget. Van de regiegroep maken ook de coördinerend architecten en de coördinerend technisch adviseur onderdeel uit.

Een voor de renovatie van het Binnenhof ingesteld kwaliteitsteam toetst op hoofdlijnen de architectonische, restauratieve, stedenbouwkundige en landschappelijke kwaliteit van de planvorming. Ook let het kwaliteitsteam op de samenhang van het Binnenhofcomplex met de gebouwen in de omgeving en de openbare buitenruimte van het Binnenhofcomplex. Het kwaliteitsteam staat onder voorzitterschap van de Rijksbouwmeester. Leden zijn het hoofd Stedenbouw & Planologie van de gemeente Den Haag, de algemeen directeur van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, een deskundige (Technische Universiteit Delft) op het gebied van installaties en duurzaamheid en een deskundige (Universiteit Leiden) politieke geschiedenis. De bevindingen van het kwaliteitsteam worden gerapporteerd aan de projectdirecteur renovatie Binnenhof van het Rijksvastgoedbedrijf.

Aanpak renovatie en planning

Het gehele complex, begrensd door de Hofvijver, de Hofweg, de Lange Poten en het Plein, wordt gerenoveerd met inbegrip van de buitenruimte binnen het complex. In de kabinetsreactie van 25 september 2015 (Kamerstuk 34 293, nr. 2) is vermeld dat de renovatie van het Binnenhof is gepland voor een periode van 5,5 jaar, lopend vanaf het zomerreces 2020 tot en met het kerstreces 2025. Genoemde recesperiodes zijn ook de verhuisperiodes naar de tijdelijke huisvesting en terug. De Eerste Kamer keert zo mogelijk eerder terug (Kamerstukken 34 293 nr. 29 en 34 293, nr. D).

De projectvoorbereidingen zijn verkennend gestart na het plenaire debat in de Tweede Kamer op 10 december 2015, en konden worden geïntensiveerd na de besluitvorming in de Tweede en Eerste Kamer in respectievelijk juli 2016 en september 2016.

De renovatie wordt grondig voorbereid aan de hand van de volgende stappen (met bijbehorende planning):

  • Definitiedocument (gereed);

  • Structuurontwerp (gereed);

  • Voorontwerp (gereed 2018);

  • Definitief Ontwerp (gereed 2019);

  • Voorbereiding uitvoering (gereed 2020);

  • Uitvoering (zomer 2020 – eind 2025).

Definitiedocument en Structuurontwerp

Het Definitiedocument beschrijft de ambities en doelstellingen, randvoorwaarden en aanpak van het project. Ook zijn er vijf kernwaarden geformuleerd: belevingswaarde, gebruikswaarde, toekomstwaarde, monumentwaarde en omgevingswaarde. Als bijlagen zijn de Programma’s van Eisen toegevoegd van alle gebruikers, zowel functioneel/ruimtelijk als technisch. Het Definitiedocument is opgesteld door het Rijksvastgoedbedrijf en goedgekeurd door de Bestuurlijke Stuurgroep op 2 oktober 2017. Een en ander past binnen het eerder opgestelde reikwijdtedocument, waarin de reikwijdte van de renovatie is begrensd.

De coördinerend architecten (Office for Metropolitan Architecture en Dok Architecten) en de coördinerend technisch adviseur (ingenieursbureau Arup) hebben in opdracht van het Rijksvastgoedbedrijf een Structuurontwerp gemaakt. Hierin hebben zij de te maken hoofdkeuzes onderzocht. Omdat alle installatietechniek is versleten, wordt deze geheel vervangen. Het vervangen van installaties en het herstel van overige gebreken en het voldoen aan wet- en regelgeving vergt circa 70% van het budget. Daarbij moeten de juiste beslissingen worden genomen, binnen de randvoorwaarden en doelstellingen van de renovatie. Daarnaast is onderzocht in hoeverre functionele verbeteringen zinvol zijn en doelmatig kunnen worden toegepast. Dit betreft met name de expeditie, entrees en looproutes (met inbegrip van de Grafelijke Zalen), toegankelijkheid voor mindervaliden, keukens en cateringvoorzieningen en demarcatie. Het Structuurontwerp is door de adviseurs opgeleverd en de Bestuurlijke Stuurgroep heeft op 2 oktober 2017 een geheel aan keuzes vastgesteld, onder voorbehoud van verdere uitwerking en financiële randvoorwaarden. Keuzes zijn besproken in onder meer de Huishoudelijke Commissie en het College van Senioren in de Eerste Kamer, de Bouwbegeleidingscommissie en het presidium van de Tweede Kamer en met de vicepresident van de Raad van State.

Voor het vervolg van het ontwerpproces worden opdrachten verleend aan de coördinerend architecten, de coördinerend technisch adviseur, architecten, en aan, op voordracht van de Rijksbouwmeester, deelarchitecten en deeladviseurs.

Voorontwerp

Het definitiedocument, het Structuurontwerp en de kostentoetsingen vormen gezamenlijk de basis voor de Voorontwerpfase. Deze fase is gestart op 1 november 2017. Het Voorontwerp (VO) en in de volgende fase ook het definitief ontwerp worden door twee onafhankelijke externe partijen geraamd en worden ook weer getoetst op soberheid en doelmatigheid door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in samenwerking met het Ministerie van Financiën waarbij het Ministerie van Algemene Zaken wordt betrokken.

Het VO wordt naar verwachting in de tweede helft van 2018 vastgesteld met een kostentoets. De eerder genoemde doelmatigheidstoets dient voor de vaststelling plaatsgevonden te hebben. In de planning wordt hier rekening mee gehouden. De gebruikers worden betrokken bij de nadere keuzes die in het VO gemaakt worden, bijvoorbeeld over de expeditie, entrees, overgangen tussen onderdelen van het complex en de technische hoofdkeuzes. Het VO geeft de gebruikers ook nader inzicht in wat de renovatie wel en niet behelst. Keuzes met hun consequenties worden voorgelegd aan de bestuurlijke stuurgroep, en aan andere gebruikersgremia, waaronder ten minste de Bouwbegeleidingscommissie van de Tweede Kamer en de Huishoudelijke commissie van de Eerste Kamer. Het Voorontwerp vormt de start van de fase Definitief Ontwerp, waarin het ontwerp verder wordt uitgewerkt. Daarbij worden ook de uitvoerende partijen betrokken. Bij het Voorontwerp en later het Definitief Ontwerp, wordt wederom getoetst of de projectsom realistisch is voor de uit te voeren werkzaamheden en de werkelijke kosten worden periodiek getoetst aan de begrotingen.

Gebouwdeel Hotel

Zoals gevraagd in de motie-Krol c.s. (Kamerstuk 34 293, nr. 24) is de gemeente Den Haag gevraagd naar haar opvattingen over de mogelijkheid van sloop/nieuwbouw van het gebouwdeel Hotel (Lange Poten) met behoud van de voorgevel. Achtergrond van het opvoeren van dit alternatief vormen onder meer aanhoudende klachten van de gebruikers over het binnenklimaat. Het antwoord van de gemeente van 4 oktober 2016 is aan uw Kamer gezonden bij de brief van 23 november 2016 (Kamerstuk 34 293, nr. 31), tezamen met resultaten van onderzoek naar de daglichttoetreding in het gebouwdeel Hotel. Bij sloop/nieuwbouw is geen vergroting van het vloeroppervlak mogelijk. Ook een substantiële aanpassing van de indeling van de plattegrond is vrijwel niet mogelijk, omdat deze in hoge mate wordt bepaald door de architectonische ritmiek van de opbouw van de gevel die niet kan worden aangetast. De bestaande indeling van de kantoorvloeren is overigens efficiënt. Dat is nog eens bevestigd in het onderzoek voor het Structuurontwerp. In het VO worden de mogelijkheden van sloop/nieuwbouw betrokken. Ik verwacht dat een keuze gemaakt kan worden bij het vaststellen van het VO in de tweede helft van 2018. Het kritische geluid van de omgeving zoals verwoord in de brief van 4 november 2016 aan uw Kamer en de waarschuwingen in de brief van 31 oktober 2016 van de Vrienden van Den Haag (Kamerstuk 34 293, nr. 30), worden daarbij betrokken. In het zomerreces van 2017 zijn ter overbrugging van de periode tot aan de start van de renovatie aanvullende ventilatiesystemen aangebracht om het binnenklimaat te verbeteren.

Grafelijke Zalen

Het huidige gebruik van de Grafelijke Zalen wordt tijdens de renovatie onderbroken. Dit geldt voor alle evenementen, met inbegrip van de Nederlandse Veteranendag en Prinsjesdag. Op 27 juni 2020 en 15 september 2020 kan het Binnenhof nog gebruikt worden voor respectievelijk de Nederlandse Veteranendag en Prinsjesdag. Vanaf 16 september 2020 tot en met 31 december 2025 is het huidige gebruik niet mogelijk. Alle betrokken organisatoren zijn of worden hierover ingelicht.

Tijdelijke huisvesting

Over de keuzes voor de tijdelijke huisvesting is uw Kamer geïnformeerd in de brief van 23 november 2016 (Kamerstuk 34 293, nr. 31). Alle drie projecten voor de tijdelijke huisvesting moeten tijdig gereed zijn om de gebruikers te ontvangen. De projecten lopen in tijd dan ook voorop. Het Rijksvastgoedbedrijf stuurt deze projecten aan en stemt dit af in stuurgroepen met de gebruikers.

Deelproject tijdelijke huisvesting Eerste Kamer en Raad van State

De Eerste Kamer en de Raad van State worden tijdens de renovatie tijdelijk gehuisvest in het complex Lange Voorhout 34–36/Kazernestraat. Het Rijksvastgoedbedrijf heeft met de beide gebruikers hiervoor een indelingsplan gemaakt en een Programma van Eisen opgesteld. Voor het ontwerp van de benodigde gebouwaanpassingen is een ontwerpteam met architecten (bureau Happel Cornelisse Verhoeven) en technische adviseurs aangesteld door het Rijksvastgoedbedrijf. Belangrijke opgaven zijn het geschikt maken van de bestaande grote zittingszaal als plenaire vergaderzaal van de Eerste Kamer en het creëren van een Volle Raadzaal voor de Raad van State. De functionaliteit van het complex is zoveel mogelijk gelijk aan de functionaliteit van de huidige huisvesting aan het Binnenhof. De verwachting is dat in april 2018 het Voorontwerp in concept gereed is en met de gebruikers kan worden besproken. Voor de zomer zal het definitief ontwerp getoetst kunnen worden waarna besluitvorming plaats kan vinden. De financiële toets wordt zowel bij VO als DO uitgevoerd door het RVB en een externe kostenadviseur.

Met de gemeente Den Haag is vooroverleg gestart met het oog op de vergunningverlening.

Deelproject tijdelijke huisvesting Tweede Kamer

Tijdens de renovatie van het Binnenhof is de Tweede Kamer gehuisvest in het complex Bezuidenhoutseweg 67. Het Ministerie van Buitenlandse Zaken is in de zomer van 2017 verhuisd naar het gerenoveerde Rijkskantoor Rijnstraat 8. De investeringen om het pand geschikt te maken voor gebruik door de Tweede Kamer komen ten laste van het investeringsbudget van de renovatie voor zover het geen regulier onderhoud betreft, omdat het pand Bezuidenhoutseweg 67 onderdeel blijft uitmaken van de rijksvoorraad die op termijn nodig is voor de ambtelijke huisvesting. De richtlijnen van het Rijkshuisvestingstelsel worden hierop toegepast.

Eerder is door het Rijksvastgoedbedrijf met de Tweede Kamer onderzoek gedaan naar de mogelijke indeling van dit gebouw. Daaruit bleek dat de gewenste functionaliteit, zo veel mogelijk gelijk aan de functionaliteit van de huisvesting aan het Binnenhof, in dit gebouw gevonden kan worden. Voor het ontwerp van de benodigde gebouwaanpassingen heeft het Rijksvastgoedbedrijf een ontwerpteam met architecten (bureau Zecc Architecten) en technische adviseurs aangesteld. De huidige Van Kleffenszaal op de eerste verdieping wordt geschikt gemaakt als plenaire vergaderzaal van de Tweede Kamer. In de omgeving daarvan is plaats voor voorzieningen zoals het ledenrestaurant, wachtruimte voor de pers, restaurant en ruimtes voor representatieve bijeenkomsten. Het publiek kan de vergaderingen bijwonen op de bestaande publieke tribune op de tweede etage en in een tweetal multimediaruimtes, waarvan één met direct zicht op de zaal. Commissiezalen vinden hun plek op de begane grond. Publiek zal, gescheiden van overige loopstromen, de zalen kunnen bereiken om openbare overleggen vanaf publieksvoorzieningen bij te wonen. Hiervoor is aan de stationszijde van het gebouw een nieuwe entree met hal voorzien. Dit is noodzakelijk, omdat de bestaande entree onvoldoende capaciteit heeft voor alle gebruikers en bezoekers. Ook groepen, waaronder scholieren die worden rondgeleid, komen hier binnen. De hogere verdiepingen bevatten werkruimtes en -zalen, die in gebruik kunnen worden genomen door de fracties met hun ondersteuning, de ambtelijke organisatie en de parlementaire pers. Zij gebruiken de bestaande ingang aan de Bezuidenhoutseweg.

Met het Voorontwerp is onder voorbehoud van financiële inpassing ingestemd door de bouwbegeleidingscommissie.

Met Nieuwspoort wordt gesproken over de mogelijkheden op de tijdelijke locatie.

Met de gemeente Den Haag wordt overleg gevoerd met het oog op de vergunningverlening.

Deelproject tijdelijke huisvesting Algemene Zaken

Het deel van het Ministerie van Algemene Zaken dat is gehuisvest aan het Binnenhof, wordt tijdens de renovatie rondom het Catshuis gehuisvest in tijdelijke voorzieningen. Alle functies, met inbegrip van parkeren, worden ingepast binnen de grenzen van het terrein van het Catshuis. Het Catshuis zelf blijft het domein van representatieve bijeenkomsten. De Rijksbouwmeester is betrokken bij het structuurontwerp en het voorontwerp voor de tijdelijke kantoorruimte. Met de gemeente Den Haag is vooroverleg gestart met het oog op de vergunningverlening. Die geschiedt zorgvuldig, mede omdat Het Catshuis en het Park Zorgvliet waarin het terrein ligt Rijksmonument zijn. De buurt zal tijdig over de ontwikkelingen worden geïnformeerd.

Kosten

Het Kabinet heeft voor de renovatie van het Binnenhof een bedrag gereserveerd van maximaal € 475 mln. prijspeil 20151 (Kamerstuk, 34 293, nr. 2). In de investeringssom is rekening gehouden met 20% onvoorziene uitvoeringskosten. Het budget omvat zowel de renovatie van het Binnenhofcomplex zelf als de investeringen voor het passend maken van tijdelijke huisvesting van de gebruikers. Ik zal u jaarlijks in de voortgangsrapportage daarover informeren. Indien u daarbij wilt beschikken over nadere gegevens, dan zal ik die vanwege de marktgevoeligheid vertrouwelijk verstrekken. Het is de verwachting de werkzaamheden binnen dit budget te kunnen realiseren, waarbij ik eraan hecht u de volgende observaties mee te geven.

Het eerder vermelde Definitiedocument is financieel doorgerekend door een externe partij en past binnen de financiële kaders van het project. Daarbij is uitgegaan van een sober en doelmatige uitvoering, het beoogde veiligheidsniveau ten tijde van het kabinetsbesluit en duurzaamheidmaatregelen die kostenefficiënt zijn en passend bij de monumentale status. Indien gedurende de voorbereiding van de renovatie aanvullende eisen worden gesteld – bijvoorbeeld op het gebied van duurzaamheid en veiligheid – dan is aanvullend budget nodig om die mee te kunnen nemen. In de voorbereiding van de renovatie is nadrukkelijk aandacht voor financiële uitvoeringsrisico’s. Reeds geïdentificeerde risico’s zijn asbest, technische oplossingen kelders en marktspanning. Nader onderzoek zal worden uitgevoerd om deze risico’s zo goed mogelijk te kunnen beheersen.

Het eerder genoemde Structuurontwerp is financieel doorgerekend door een tweede externe partij en past binnen de financiële kaders van het project. Hierbij is ook de doorrekening van het Definitiedocument betrokken. Het Definitiedocument en Structuurontwerp zijn ten behoeve van de toets op soberheid en doelmatigheid door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, in samenwerking met het Ministerie van Financiën besproken. Hier zijn geen opmerkingen uit voortgekomen. Het Ministerie van Algemene Zaken is hierbij betrokken.

De tijdelijke huisvestingen zijn begroot en worden verder ontworpen en ontwikkeld binnen de financiële randvoorwaarden.

De gebruikers zullen als gevolg van de renovatie kosten hebben, aanvullend op hun normale bedrijfsvoeringkosten. Het gaat onder meer om verhuiskosten, (kunst)opslag, veiligheid, audiovisuele middelen en ICT. Zoals aangekondigd in de brief van 18 november 2015 (Kamerstuk 34 293, nr. 3) inventariseren de gebruikers deze posten. Daarna wordt bezien hoe met deze kosten wordt omgegaan. In het budget is een post opgenomen van € 12,5 mln. (prijspeil 2015) voor niet-huisvestingskosten die hiervoor mogelijk kan worden aangewend.

In het kader van de renovatie van Huis ten Bosch heb ik extern onderzoek aangekondigd op de kostenbeheersing en de sturing daarop van specialistische en bijzondere projecten van het Rijksvastgoedbedrijf (Kamerstuk 34775 XVIII, nr. 6). Indien daar aanleiding toe is neem ik eventuele effecten mee bij dit project (en bijbehorend projectbudget).

Vooruitlopend op deze uitkomsten wordt de financiële- en projectbeheersing renovatie Binnenhof op twee manieren versterkt: ten eerste door een manager projectbeheersing aan het kernteam Binnenhof toe te voegen die zich met name focust op de projectrisico’s, projectplanning en het binnen het budget van maximaal € 475 mln. (prijspeil 2015) realiseren van de opgave. Ten tweede wordt er zoals eerder vermeld een ambtelijke regiegroep ingericht onder leiding van de directeur-generaal Rijksvastgoedbedrijf die zich focust op de match tussen gebruikerswensen, architectonische uitwerking en maximaal beschikbaar budget. Van de regiegroep maken ook de coördinerend architecten en de coördinerend technisch adviseur onderdeel uit alsmede een vertegenwoordiging uit de financiële kolom van BZK. In de opdrachtverlening aan de architecten (en overige adviseurs) is soberheid en doelmatigheid van de opgave als uitgangspunt door hen overgenomen.

Opdrachtverlening geheim verklaard

Op 3 november 2016 heeft de Minister voor Wonen en Rijksdienst het besluit genomen opdrachten voor het project renovatie Binnenhof geheim te verklaren in de zin van de Aanbestedingswet 2012 (Kamerstuk 34 293, nr. 31). Het geheim verklaren heeft als doel om informatie bij een zo klein mogelijke groep van marktpartijen te houden, met oog op de beveiliging van het Binnenhof. Dit heeft onder meer tot gevolg dat werkzaamheden voor de renovatie door het Rijksvastgoedbedrijf aan een of meer partijen worden opgedragen zonder dat een aanbestedingsprocedure wordt gevolgd. Bij een openbare aanbesteding zouden te veel bouwtechnische gegevens openbaar gemaakt moeten worden. Opdrachten aan een geselecteerde partij worden verstrekt als de aangeboden prijs marktconform is en de prijs-kwaliteitverhouding van de aanbieding goed. Een groep van deskundigen is gevraagd zitting te nemen in een challengeboard om dit proces van contractering en contractbeheer periodiek te beoordelen. De challengeboard wordt gevormd door vier extern deskundigen en twee deskundigen van het Rijksvastgoedbedrijf op het gebied van contractvorming en contractbeheer. De directeur Transactie en Projecten van het Rijksvastgoedbedrijf heeft een permanente uitnodiging. De challengeboard rapporteert aan de projectdirecteur renovatie Binnenhof van het Rijksvastgoedbedrijf.

Omgeving

De impact van de renovatie van het Binnenhof op de binnenstad van Den Haag is groot. Het Binnenhof wordt voor ruim vijf jaar een bouwplaats, en in plaats van het politieke proces voltrekt zich een renovatie. Met de gemeente Den Haag wordt intensief samengewerkt om de overlast te beperken en de gevolgen te mitigeren. Het gezamenlijke voornemen is om de omgeving van het Binnenhof aantrekkelijk en leefbaar te houden, en het aantal bezoekers aan de directe omgeving van het Binnenhof gelijk te houden aan de huidige situatie. Het Rijksvastgoedbedrijf heeft partners gevonden in een groot aantal bedrijven en bewoners om dit te realiseren. Er is een Kernteam Omgeving actief waarin Rijk en gemeente gezamenlijk optrekken met onder meer Bureau Binnenstad Den Haag, The Hague Marketing Bureau, ProDemos, het Mauritshuis en de Haagse podiumkunsten. Op 13 maart 2017 is het plan van aanpak «Renovatie Binnenhof – met oog voor de omgeving», voorbereid door een brede groep van betrokkenen uit de omgeving, aan uw Kamer gezonden (Kamerstuk 34 293, nr. 32). Een goede informatievoorziening voor de omgeving maakt deel uit van de aanpak. Het omgevingsprogramma zal ruim voor de start van de renovatie in 2020 meer en meer zichtbaar worden.

Deze brief zend ik in afschrift aan de Eerste Kamer, de Raad van State en de gemeente Den Haag.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops


X Noot
1

In prijspeil 2017 (rekening houdend met de voorcalculatorische bouwindex van 2,5%) is dit bij benadering € 499 mln.

Naar boven