34 210 X Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2015 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 23 juni 2015

De vaste commissie voor Defensie, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.

De vragen zijn op 12 juni 2015 voorgelegd aan de Minister van Defensie. Bij brief van 19 juni 20158 zijn ze door de Minister van Defensie beantwoord.

Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

De voorzitter van de commissie, Ten Broeke

De griffier van de commissie, Van Leiden

1

Kunt u toelichten hoe een daling van de begrotingsomvang past bij de afspraken binnen NAVO-verband om de begrotingsomvang van het Ministerie van Defensie richting de 2% van het BBP te brengen?

2

Waarom bent u nog steeds niet gekomen met een uitwerking van de motie Van der Staaij (Kamerstuk 34 000, nr. 23)? Waarom heeft u de Voorjaarsnota als momentum voorbij laten gaan om de defensiebegroting nog in 2015 te verhogen in plaats van te verlagen?

4

Herinnert u zich uw uitspraak van 30 april jl. tijdens het algemeen overleg EU Defensieraad: «Hij vroeg mij of ik het met hem eens ben dat het budget in onze begroting in reële termen als percentage van het BBP in ieder geval niet mag dalen. Ik deel die mening met de heer Knops. Ik zou het als Minister van Defensie onacceptabel vinden als dat wel zou dalen. Laat dat alvast helder zijn.» Hoe verhoudt deze uitspraak zich tot het feit dat de Defensiebegroting bij de Voorjaarsnota met 6,6 miljoen euro daalt, terwijl de economische groei in 2015 volgens de meest recente raming van het CPB beduidend hoger uitvalt, namelijk 2,1%?

12

Hoe verhoudt een verlaging van de defensieuitgaven met 6,6 miljoen euro in de loop van het begrotingsjaar 2015 zich tot de NAVO-afspraken in Wales (2014) om in tien jaar tijd de defensieuitgaven toe te laten groeien naar de NAVO-norm van 2% BBP?

De trendbreuk die het kabinet heeft ingezet, betekent dat er weer geld bij komt voor Defensie, in plaats van dat er geld af gaat. Dit laat onverlet dat Defensie nog steeds te maken heeft met een dalende lijn uit eerdere bezuinigingen. Na 2017 stabiliseert de defensiebegroting zich. Er is in de afgelopen jaren via begrotingsakkoorden meermaals structureel geld toegevoegd aan de defensiebegroting. Met deze budgetverhogingen is de lijn hoger komen te liggen.

De aanpassing van € 6,5 miljoen in de eerste suppletoire begroting is geen meerjarige budgetverlaging, maar een eenmalige resultante van tal van incidentele technische mutaties en verschoven betalingsmomenten ten opzichte van de ramingen in de begroting 2015. De aanpassing heeft dus alleen betrekking op het jaar 2015 en niet op de toekomst. De belangrijkste begrotingswijzigingen voor 2015 zijn in een samenvattende toelichting opgenomen op pagina 2 en verder van de memorie van toelichting (Kamerstuk 34 210 X, nr. 2). Het betreft een resultaat van enerzijds de toevoeging van met name de eindejaarsmarge, loon- en prijsbijstelling, extra ontvangsten en middelen voor contra-terrorisme, maar anderzijds de kasschuif ten gevolge van de vertraging van investeringsprojecten, de overheveling van een deel van het Budget Internationale Veiligheid naar BZ/BH&OS, en enkele andere overboekingen van en naar andere departementen.

Over eventuele aanpassingen van het budget vindt momenteel nog overleg en besluitvorming plaats in het kader van de uitvoering van de motie-Van der Staaij. De hieraan gerelateerde budgetaanpassingen zijn geen onderdeel van de eerste suppletoire begroting, maar worden verwerkt in de ontwerpbegroting voor 2016.

3

Met welk bedrag stijgen per saldo structureel de exploitatiekosten ten opzichte van de begroting 2015? Klopt het dat het om een fors bedrag gaat aan tegenvallers, knelpunten en oplopende kosten? Hoe kan dit gebeuren?

De toename van exploitatieuitgaven in 2015 komt deels voort uit technische mutaties, zoals de toevoeging van de eindejaarsmarge (€ 73 miljoen) en de ontvangen loon- en prijsbijstelling (€ 27 miljoen).

Daarnaast wordt een aantal knelpunten in de exploitatie opgelost door in totaal € 67 miljoen van artikel 6 (Investeringen) over te hevelen naar de artikelen 3 (CLAS), 8 (CDC) en 10 (Centraal Apparaat). Het betreft dekking van hogere exploitatieuitgaven voor personeel, instandhouding en infrastructuur. De voor de exploitatie benodigde extra budgetten konden niet meer in de exploitatiebegroting worden ingepast. In de latere jaren worden de knelpunten opgelost in de desbetreffende exploitatiebegrotingen. De hogere uitgaven voor personeel (€ 36 miljoen) zijn onder meer het gevolg van een verhoging van de middensommen van nieuw personeel met een hogere leeftijd en een hoger opleidingsniveau, vertraging in uitstroom van personeel en hogere uitgaven voor SBK, pensioenen en uitkeringen. De hogere uitgaven voor infra (€ 28 miljoen) zijn onder meer het gevolg van een vertraging bij de reductie van vastgoed, vertraagde oplevering van de nieuwbouw op Schiphol en op de Seeligkazerne in Breda.

4

Herinnert u zich uw uitspraak van 30 april jl. tijdens het algemeen overleg EU Defensieraad: «Hij vroeg mij of ik het met hem eens ben dat het budget in onze begroting in reële termen als percentage van het BBP in ieder geval niet mag dalen. Ik deel die mening met de heer Knops. Ik zou het als Minister van Defensie onacceptabel vinden als dat wel zou dalen. Laat dat alvast helder zijn.» Hoe verhoudt deze uitspraak zich tot het feit dat de Defensiebegroting bij de Voorjaarsnota met 6,6 miljoen euro daalt, terwijl de economische groei in 2015 volgens de meest recente raming van het CPB beduidend hoger uitvalt, namelijk 2,1%?

Zie het antwoord op vraag 1.

5

Heeft u kennis genomen van de recente raming van het CPB voor de economische groei in 2015, die uit zou komen op 2,1%? Met welk bedrag moet, uitgaande van dergelijke groei, de Defensiebegroting in 2015 en 2016 stijgen om ervoor te zorgen dat de Defensie-uitgaven als percentage van het BBP minimaal op hetzelfde peil blijven?

Voor 2014 kwamen de uitgaven aan Defensie als percentage van het BBP op afgerond 1,2 procent. Het CPB heeft in de juniraming 2015 geprognostiseerd dat het BBP in 2015 uitkomt op € 676 miljard en in 2016 op € 698 miljard. Zoals bekend worden de prognoses periodiek geactualiseerd. Op basis van de huidige ramingen zouden de defensieuitgaven in 2015 en 2016 ten opzichte van de standen bij eerste suppletoire begroting 2015 moeten toenemen met een bedrag in de orde grootte van € 100 miljoen in 2015 en € 140 miljoen in 2016, om op afgerond 1,2 procent BBP te blijven.

6

Zijn na de overheveling van 60 miljoen euro uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken de resterende bedragen toereikend voor de financiering van de missies?

23

Zijn na de overheveling van 60 miljoen euro uit het BIV aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken de resterende bedragen toereikend voor de financiering van missies?

36

Zijn na de overheveling van 60 miljoen euro uit het BIV aan Buitenlandse Zaken de resterende bedragen toereikend voor de financiering van de missies?

Het BIV is bestemd voor uitgaven verbonden aan internationale veiligheid en onderstreept het belang dat het kabinet hecht aan de geïntegreerde benadering (defence, diplomacy, development) bij internationale crisisbeheersingsoperaties en vredesmissies in ontwikkelingslanden. Het BIV is voor 2015 nagenoeg verplicht. Het toenemende beroep op de krijgsmacht veroorzaakt druk op het BIV. In het kader van de motie-Ten Broeke/Servaes en de motie-Van der Staaij wordt gekeken naar duurzame financiering van de crisisbeheersingsoperaties.

7

Dekt het BIV alle kosten die voortkomen uit missies die onder BIV-inzet vallen, inclusief onderhoudskosten en de aanvulling van eventuele tekorten die door de inzet ontstaan bij andere Defensieonderdelen?

In de raming van missies worden alle aan missies gerelateerde additionele kosten meegenomen. In 2012 zijn de afspraken hierover aangescherpt (zie Kamerstuk 32 733, nr. 7) juist om te voorkomen dat de gevolgen van missies ten laste zouden komen van de reguliere defensiebegroting. Dit is gebeurd naar aanleiding van de motie-Knops/Ten Broeke uit 2011 (Kamerstuk 32 733 nr. 12) en de motie-Aasted Madsen-van Stiphout/Ten Broeke uit 2010 (Kamerstuk 30 139, nr. 69). Deze additionele kosten worden gedekt uit het BIV.

8

Wat is na de mutaties op het BIV de stand van het BIV na de eerste suppletoire begroting?

14

Wat betekent het verschuiven van bedragen binnen het BIV (60 miljoen euro naar de Ministeries van BuZa en BHOS en 59,5 miljoen euro aan artikelen binnen Defensie) voor de stand van het BIV? Kunt u dit in een tabel weergeven?

24

Wat is na de mutaties op het BIV de stand van het BIV na de eerste suppletoire begroting?

25

Kunt u naast de mutatietabel op artikel 1 een mutatietabel voor het BIV opnemen waaruit ook duidelijk wordt wat de begin- en eindstand van het budget is op het begrotingsmoment?

37

Wat is na de mutaties op het BIV de stand van het BIV na de eerste suppletoire begroting?

38

Kunt u naast de mutatietabel op artikel 1 een mutatietabel voor het BIV opnemen waaruit ook duidelijk wordt wat de begin- en eindstand van het budget is op het begrotingsmoment?

Het volledige BIV staat op artikel 1 van de defensiebegroting (Inzet), artikelonderdeel «Crisisbeheersingsoperaties (HGIS)». Bij de eerste suppletoire begroting wordt het BIV-budget verdeeld naar de onderdelen en begrotingen waarop het budget wordt uitgegeven. Het verschuiven van de bedragen naar de begrotingen van BZ en BH&OS en binnen de begroting van Defensie is een administratieve overheveling ten behoeve van activiteiten van BZ en BH&OS. In de eerste suppletoire begroting staat op pagina 12 een overzicht van de huidige omvang van het BIV met bijbehorende mutaties vanaf de begroting 2015 (in de tabel met mutaties heeft de kolom «Inzet» betrekking op het BIV). De stand van het BIV op artikel 1 is na de mutaties uit de eerste suppletoire begroting ongeveer € 319 miljoen.

9

Welke missies worden geheel of gedeeltelijk uit het BIV gefinancierd?

39

Welke missies worden geheel of gedeeltelijk uit het BIV gefinancierd?

Hieronder staat aangegeven welke missies geheel of gedeeltelijk vanuit het BIV worden gefinancierd.

  • Active Fence

  • Althea

  • Centcom(NLTC)

  • CMF

  • EU FOR CAR

  • EU NAVFOR Atalanta

  • EULEX Kosovo

  • EUMAM CAR

  • EUTM Mali

  • EUTM Somalie

  • Inherent Resolve

  • ISAF

  • KFOR

  • MFO

  • MINUSMA

  • NS2AU

  • Resolute Support

  • UNAMA

  • UNDOF

  • UNMISS

  • UNTSO

  • VPD-inzet

10

Kunt u een overzicht geven van welke prijsbijstelling de afgelopen jaren aan het u is uitgekeerd? Is dit voldoende om prijsstijgingen op de internationale defensiemarkt te compenseren? Hoe vangt u de gevolgen hiervan op als dit niet voldoende is? Wat zijn vooruitzichten op dit terrein voor 2015?

17

Wordt de prijsbijstelling volledig toegekend aan Defensie in 2015? Zo nee, welk bedrag niet?

In onderstaande tabel wordt weergegeven welke prijsbijstelling de afgelopen jaren aan Defensie is toegekend en welke prijsbijstelling Defensie op grond van de cijfers van het CBP had moeten ontvangen. De prijsbijstelling is niet altijd voldoende om prijsstijgingen op de internationale defensiemarkt te compenseren. Het verschil vangt Defensie op door te heralloceren tussen budgetten, door projecten in de tijd te verschuiven of door bijvoorbeeld maatregelen te nemen om eenheden of wapensystemen te verminderen in aantal, in omvang of in inzetbaarheid.

 

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Uitgekeerde prijsbijstelling

35,1

4,2

62,9

0

51

9,5

Berekende prijsbijstelling

32,3

69,6

63,1

78,9

39,9

9.5

Verschil

2,8

– 65,4

0,2

– 78,9

– 34,9

0,0

X Noot
1

Van de € 115 miljoen aan extra middelen van het najaarsakkoord van 2013 is structureel € 49 miljoen gereserveerd om het deel van de prijscompensatie dat niet werd uitgekeerd in 2014 op te vangen.

11

Welke gevolgen heeft de stijging van de dollarkoers gehad voor de Defensiebegroting? Wordt de Defensiebegroting hiervoor gecompenseerd? Zijn hiervoor afspraken gemaakt voor 2015? Wordt bij de opstelling van de begroting 2016 rekening gehouden met de verliezen als gevolg van de wisselkoersenproblematiek?

Het verschil tussen de gebruikte dollarkoers voor de begroting 2015 (koers Centraal Economisch Plan 2014) en de begroting 2016 (koers Centraal Economisch Plan 2015) leidt tot tegenvallers van circa € 50 miljoen per jaar bij de exploitatie en circa € 1 miljard in de planperiode 2016–2030 bij de investeringen. De begroting van Defensie wordt niet gecompenseerd voor dit effect. Bij de opstelling van de begroting 2016 wordt rekening gehouden met dit effect. Voor de investeringen betekent dit dat projecten om financiële redenen worden uitgesteld.

12

Hoe verhoudt een verlaging van de defensieuitgaven met 6,6 miljoen euro in de loop van het begrotingsjaar 2015 zich tot de NAVO-afspraken in Wales (2014) om in tien jaar tijd de defensieuitgaven toe te laten groeien naar de NAVO-norm van 2% BBP?

Zie het antwoord op vraag 1.

13

Hoe verhoudt de verlaging van de verplichtingen met 80,8 miljoen euro zich tot het bedrag dat vorig jaar extra is vrijgemaakt voor investeringen?

De verlaging van de verplichtingenbegroting voor 2015 met gesaldeerd € 80,8 miljoen betreft alle beleidsartikelen, zowel investeringen als exploitatie. De verlaging van de verplichtingenbegroting 2015 voor de investeringen betreft € 178 miljoen. Dit wordt grotendeels verklaard doordat de contractvorming voor de MALE UAV naar verwachting voor dit jaar uitblijft. De eventuele gevolgen voor het investeringsplan worden verwerkt in de begroting 2016.

14

Wat betekent het verschuiven van bedragen binnen het BIV (60 miljoen euro naar de Ministeries van BuZa en BHOS en 59,5 miljoen euro aan artikelen binnen Defensie) voor de stand van het BIV? Kunt u dit in een tabel weergeven?

Zie het antwoord op vraag 8.

15

Kunt u toelichten wat de «hogere ontvangsten van de NAVO», ter hoogte van 12,2 miljoen euro, zijn?

De ontvangsten van de Navo zijn gerelateerd aan de hoogte van de Nederlandse uitgaven aan het Navo Veiligheids Investeringsprogramma (NVIP). Indien de uitvoering van door de Navo goedgekeurde NVIP-projecten geschiedt op Nederlands grondgebied, dan wordt dit gefinancierd binnen dit budget. Bij de eerste suppletoire begroting is voorzien dat de uitgaven binnen dit budget aan NVIP-projecten € 12,2 miljoen bedragen. Dit bedrag wordt bij de Navo geclaimd. Daarom zijn de ontvangsten van de Navo ook met € 12,2 miljoen verhoogd.

16

Kunt u de uitgavenmutatie «herschikking formatie (inhuur)» ter waarde van 19 miljoen euro nader toelichten? Hoeveel daarvan is bestemd voor de inhuur van medisch specialisten en hoeveel voor de inhuur van personeel voor de implementatie van ERP?

21

Is de totale extra inhuur van alle beleidsartikelen samen niet veel hoger dan de 19 miljoen euro die gepresenteerd wordt in de tabel op bladzijde 5? Zo ja, wat is het totaalbedrag aan externe inhuur in 2015 die niet in de begroting was vermeld? Kunt u hier een tabel van maken?

29

Kost de inhuur die nodig is om de achterstanden bij ERP weg te werken 19 miljoen euro?

68

Kunt u uitleggen waarom onder het kopje Bijstellling formatie staat dat er 19 miljoen euro is uitgegeven aan inhuur ERP, terwijl dat bij herschikking tussen defensieonderdelen de inhuur implementatie ERP ook weer aangehaald wordt?

De verbetering van de bedrijfsvoering heeft hoge prioriteit en vergt grote inspanningen van de bestaande organisatie. Ondersteuning door extern ingehuurde specialisten is daarbij gewenst om de reguliere bedrijfsvoering te ontlasten. Daartoe is extra budget vrijgemaakt op het artikel Nominaal en onvoorzien (€ 19 miljoen). Van dit bedrag wordt € 5,9 miljoen overgeheveld naar artikel 2 (CZSK), € 5,6 miljoen naar artikel 3 (CLAS), € 6,5 miljoen naar artikel 4 (CLSK) en € 1 miljoen naar artikel 5 (KMar).

In principe wordt externe inhuur knelpuntcategorieën gefinancierd uit ondervulling van de defensieorganisatie. Daarom is op voorhand niet te zeggen hoeveel budget er gemoeid zal zijn met externe inhuur per categorie in 2015.

De inhuur voor de implementatie van ERP en medisch personeel is abusievelijk vermeld onder de mutatie «Herschikking tussen de Defensieonderdelen». Deze toelichting is onderdeel van de mutatie «Bijstelling van de formatie (inhuur)».

17

Wordt de prijsbijstelling volledig toegekend aan Defensie in 2015? Zo nee, welk bedrag niet?

Zie het antwoord op vraag 10.

18

Wordt de loonbijstelling volledig toegekend aan Defensie in 2015? Zo nee, welk bedrag niet?

De loonbijstelling is voor 2015 volledig uitgekeerd aan Defensie.

19

Welk deel van de prijsbijstelling wordt bij de Voorjaarsnota aan Defensie toegekend? Wordt ook bij de Najaarsnota nog in toekenning van de prijsbijstelling voorzien?

De prijsbijstelling wordt bij de Voorjaarsnota aan Defensie toegekend op grond van de cijfers van het CPB. Bij de Najaarsnota wordt geen prijsbijstelling toegekend, ook niet als de raming van het CPB verandert.

20

Laat de premiedaling van de sociale lasten (punt 8) ter waarde van 28,1 miljoen euro niet zien dat de verhoging van de lonen (punt 14) ter waarde van 27,3 miljoen euro een sigaar uit eigen doos is?

De daling van de sociale lasten is voornamelijk een daling van de pensioenpremies als gevolg van de versobering van de pensioenen (Witteveen 2). Aangezien werkgevers 70 procent van de pensioenpremies betalen, zou de daling van de pensioenpremies voornamelijk Defensie ten goede komen. Met de centrales van overheidspersoneel is echter overeengekomen dat deze lastendaling via een verhoging van de lonen aan het defensiepersoneel wordt uitbetaald.

21

Is de totale extra inhuur van alle beleidsartikelen samen niet veel hoger dan de 19 miljoen euro die gepresenteerd wordt in de tabel op bladzijde 5? Zo ja, wat is het totaalbedrag aan externe inhuur in 2015 die niet in de begroting was vermeld? Kunt u hier een tabel van maken?

Zie het antwoord op vraag 16.

22

Blijft u, in het licht van de overheveling van 60 miljoen euro van de begroting van Defensie naar BuZa en BuHa&OS, volhouden de invoering van het Budget Internationale Veiligheid geen bezuiniging op de Defensie-uitgaven behelst?

Bij de totstandkoming van het BIV is € 250 miljoen overgeheveld van de defensiebegroting naar de begroting van BH&OS. € 190,5 miljoen was afkomstig van de voorziening voor crisisbeheersingsoperaties op artikel 1 (Inzet). Deze voorziening maakte destijds al deel uit van de HGIS. Aanvullend is € 59,5 miljoen van de defensiebegroting overgeheveld. Defensie onttrekt € 59,5 miljoen aan het BIV voor uitgaven die algemeen ondersteunend zijn aan missies en operaties. Zodoende is er netto geen sprake van een bezuiniging op de defensiebegroting, conform de bevestiging van de Minister-President tijdens de algemene politieke beschouwingen van de begroting van 2014, dat het BIV geen bezuiniging bij Defensie mag opleveren.

23

Zijn na de overheveling van 60 miljoen euro uit het BIV aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken de resterende bedragen toereikend voor de financiering van missies?

Zie het antwoord op vraag 6.

24

Wat is na de mutaties op het BIV de stand van het BIV na de eerste suppletoire begroting?

Zie het antwoord op vraag 8.

25

Kunt u naast de mutatietabel op artikel 1 een mutatietabel voor het BIV opnemen waaruit ook duidelijk wordt wat de begin- en eindstand van het budget is op het begrotingsmoment?

Zie het antwoord op vraag 8.

26

Betreft het «aantal budgettaire aandachtspunten», dat door middel van herallocatie is opgelost, incidentele of structurele kosten?

Door middel van herallocatie is een aantal budgettaire aandachtspunten opgelost. Het betreft incidentele uitgaven.

27

Waarom horen taken als veiligheid verzorgen, burgers beschermen en de financiering van capaciteitsopbouw niet bij u, maar bij uw collega's van Buitenlandse Zaken of Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking?

Bij de geïntegreerde benadering worden de genoemde taken niet alleen vormgegeven via de inzet van de krijgsmacht, maar ook door activiteiten op het gebied van onder meer diplomacy en development. Dat zijn activiteiten die ook worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de ministeries van Buitenlandse Zaken en van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

28

Kunt u uitgebreid het tekort op de exploitatie van de IT toelichten? Hoe kan het gebeuren dat er in de loop van een begrotingsjaar een exploitatietekort van 17 miljoen euro ontstaat? Bent u «in control» als het gaat om de ICT?

De afgelopen jaren is het budget voor exploitatie van de IT gereduceerd. Deze budgetreductie zou worden gerealiseerd door afbouw van het aantal werkplekken, aanpassen van de infrastructuur en het verminderen van het aantal applicaties. Vanwege vertraging bij de implementatie van deze maatregelen konden de kosten, inclusief de kosten van het agentschap OPS, niet voldoende snel dalen. Als gevolg daarvan ontstaat in het uitvoeringsjaar een budgettair tekort.

In de loop van vorig jaar werd duidelijk dat de staat van de IT bij Defensie onder de maat is. Ik heb u dat onder andere gemeld in Kamerbrief van 1 juli 2014 «Uitkomsten onderzoek naar de staat IV/ICT bij Defensie (Kamerstuk 31 125 nr. 34). Ik heb maatregelen genomen om de continuïteit van de huidige infrastructuur te garanderen en tegelijk in te zetten op een vernieuwing en modernisering van het IT-domein. Met het zeker stellen van de continuïteit van de huidige IT en de voorziene stapsgewijze modernisering en vernieuwing herijk ik voor de komende begrotingsjaren ook de IT investerings- en exploitatiebudgetten. Met de in het afgelopen jaar uitgevoerde activiteiten ben ik in control voor de IT bij Defensie.

29

Kost de inhuur die nodig is om de achterstanden bij ERP weg te werken 19 miljoen euro?

Zie het antwoord op vraag 16.

30

Kunt u de zin «Vanwege de vertraging van een aantal projecten in de herijking van een aantal behoeftestellingen» nader toelichten? Klopt het dat Defensie deze vertraging zelf veroorzaakt omdat het om «herijking van de behoeftestelling» gaat?

31

Kunt u uitputtend aangeven welke materieelprojecten vertraagd worden, en daarbij per project aangeven om welke vertraging het gaat, waardoor deze veroorzaakt wordt en wat de consequenties voor Defensie zijn?

43

Kunt u toelichten welke investeringen in materieel in 2015 komen te vervallen of worden uitgesteld nu de uitgaven met 103 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie? Voor welke geldt dat in 2016 nu al voorzien is dat daar een daling van de investeringen meerjarig door werkt voor 42,9 miljoen euro?

48

Klopt het dat er op artikel 6, investeringen in de krijgsmacht, bij de uitgaven wederom sprake is van uitstel van investeringen ten behoeve van nieuw materieel, dit maal ter hoogte van 132.163.000 euro?

55

Kunt u toelichten welke investeringen in materieel in 2015 komen te vervallen of worden uitgesteld nu de uitgaven met 103 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie? Voor welke geldt dat in 2016 nu al voorzien is dat daar een daling van de investeringen meerjarig door werkt voor 42,9 miljoen euro?

60

Kunt u toelichten welke investeringen in materieel in 2015 komen te vervallen of worden uitgesteld nu de uitgaven met 103 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie? En voor welke geldt dat in 2016 nu al voorzien is dat daar een daling van de investeringen meerjarig door werkt voor 42,9 miljoen euro?

Defensie past ieder jaar het investeringsplan aan om dit goed op het budget te laten aansluiten. Hierbij worden de projecten onder meer geindexeerd, en worden wijzigingen in de wisselkoersen verwerkt. Bij de eerste suppletoire begroting was er daarbij ook aanleiding een aantal knelpunten in de exploitatie ten laste te brengen van het investeringsbudget (zie ook antwoorden op de vragen 3 en 32). Het saldo van deze aanpassing van de investeringsbegroting is € 42,9 miljoen in 2016. Er zijn vele grotere en kleinere aanpassingen in het investeringsplan. De aanpassingen voor 2015 hangen vooral samen met een afwijkende realisatie van projecten ten opzichte van de raming in de begroting. Dit betreft met name de projecten Boxer, vervanging klein kaliber wapens, F-16 Langer doorvliegen, F-16 zelfbescherming (ASE), Apache Zelfbescherming en Upgrade, NH-90 en HV-brillen. Met uitzondering van de eerst drie lopen deze projecten één of meer jaren langer door. Er zijn geen projecten komen te vervallen.

De oorzaken van de vertragingen bij deze projecten zijn divers. Voor de HV-brillen heeft een mogelijke juridische procedure het aanbestedingstraject vertraagd. Voor het project Boxer geldt dat het consortium een vertraging heeft gemeld van de serielevering, waardoor kasgeld uit 2015 is verschoven naar de daarop volgende jaren. Een deel van het budget voor de AH-64D Upgrade schuift naar achteren vanwege een latere uitvoering van een deelpoject (Video Downlink/Uplink). Voor het project AH-64D Zelfbescherming is de beschikbaarheid van de nieuwe radar warning receiver vertraagd. Voor de NH-90 is er onder meer voor gekozen om een risicoreservering naar 2018/2019 te verschuiven. Daarnaast zijn er door internationale afstemming vertragingen in de contractering, wat leidt tot een verschuiving in de kasgeldreeks.

Als gevolg van deze vertragingen zal het desbetreffende materieel dan wel verbeteringen later beschikbaar komen. Dit is onwenselijk, maar heeft verder geen operationele consequenties. Zie ook het antwoord op vraag 57.

32

In hoeverre haalt u middelen weg bij de investeringen vanwege onderrealisatie als gevolg van knelpunten in de verwervingsketen bij Defensie of worden deze middelen aan de investeringen onttrokken om tegenvallers op te vangen en gaten te vullen?

33

Worden alle knelpunten opgelost door herschikkingen ten laste van investeringen om «enkele knelpunten voor de begroting 2015» op te lossen? Zo nee, welke niet en waarom niet?

49

Klopt het dat het geld dat beschikbaar wordt door investeringen uit te stellen gebruik wordt om financiële gaten te dichten in de exploitatie?

65

Wat bedoelt u met «de overheveling van budget van het investeringsartikel wordt tijdelijk dekking geboden voor de knelpunten in de exploitatie»? Betekent dit niet dat een investeringsbedrag eenmalig gebruikt wordt voor en exploitatielast? Waar komt het bedrag voor deze uitgestelde investeringen in de toekomst dan vandaan?

Met de eerste suppletoire begroting wordt een deel van de verlaging van de investeringsbegroting gebruikt om enkele knelpunten in de exploitatie op te vangen. Het budget dat wordt overgeheveld van de investeringen naar de exploitatie is niet meer beschikbaar voor investeringen. Dit bedrag wordt daarom zo beperkt mogelijk gehouden. De voor de exploitatie benodigde budgetten konden echter op de korte termijn niet meer in de exploitatiebegroting worden gevonden. In de latere jaren worden de knelpunten opgelost in de desbetreffende exploitatiebudgetten.

Overigens zijn er ook overhevelingen van investeringen naar exploitatie met een structureel karakter, bijvoorbeeld om de exploitatie te financieren van nieuw materieel of vervangend materieel dat duurder in gebruik is. Een omgekeerde overheveling is ook mogelijk als vervangend materieel goedkoper is.

34

Is de verhoging voor het budget voor het Privaat Publieke Samenwerking (PPS)-contract Kromhoutkazerne 2,4 miljoen euro, straks ook niet weer terug te verdienen?

Voor de dekking van de exploitatiekosten van het PPS-contract Kromhoutkazerne is enige jaren geleden de afspraak gemaakt dat de verkoopopbrengst van een aantal defensieobjecten ten gunste zou komen van het Ministerie van Financiën, die deze opbrengst met een jaarlijks bedrag aan het Ministerie van Defensie zou terugbetalen ten behoeve van de financiering van de Kromhoutkazerne. Als gevolg van de slechte markt voor onroerend goed zijn enkele van deze objecten nog steeds niet verkocht, waardoor de exploitatiekosten niet volledig zijn afgedekt. Met deze mutatie wordt dit nu gecompenseerd. Het is inderdaad juist dat bij verkoop van de desbetreffende objecten de ontvangsten, door tussenkomst van het Ministerie van Financiën, ten gunste zullen komen van de defensiebegroting, waarmee deze mutatie kan worden «terugverdiend».

35

Zijn deze kosten voor de vertraging van de nieuwbouw op Schiphol en Seeligkazerne ergens terug te halen?

Omdat de nieuwbouw op Schiphol en op de Seeligkazerne is vertraagd, zijn kosten gemaakt voor het langer huren van andere locaties. Deze kosten zijn niet op andere partijen te verhalen.

36

Zijn na de overheveling van 60 miljoen euro uit het BIV aan Buitenlandse Zaken de resterende bedragen toereikend voor de financiering van de missies?

Zie het antwoord op vraag 6.

37

Wat is na de mutaties op het BIV de stand van het BIV na de eerste suppletoire begroting?

Zie het antwoord op vraag 8.

38

Kunt u naast de mutatietabel op artikel 1 een mutatietabel voor het BIV opnemen waaruit ook duidelijk wordt wat de begin- en eindstand van het budget is op het begrotingsmoment?

Zie het antwoord op vraag 8.

39

Welke missies worden geheel of gedeeltelijk uit het BIV gefinancierd?

Zie het antwoord op vraag 9.

40

Waarom valt de herschikking Commando Landstrijdkrachten (CLAS) voor personele exploitatie ten laste van investeringen? Is dat toegestaan?

De voor de personele exploitatie van CLAS benodigde budgetten konden niet meer in de exploitatiebegroting worden gevonden. Daarom is voor 2015 een beroep gedaan op de investeringsbegroting. Dat is toegestaan. Zie ook het antwoord op vraag 32.

41

Waarom is hierbij gekozen voor nieuw personeel met een hogere leeftijd en hoger opleidingsniveau?

Dit is het resultaat van de invoering van de opleidingen Veiligheid en Vakmanschap (VeVa). Defensie kent twee soorten instroom voor manschappen en onderofficieren, namelijk instroom rechtstreeks vanuit de middelbare school en instroom vanuit de MBO-opleidingen Veiligheid en Vakmanschap (VeVa). Defensie heeft een voorkeur voor instroom via de VeVa-opleiding omdat deze opleiding de instromende militairen al voorbereidt op een baan bij Defensie. Waar deze instroom niet voldoende is, wordt deze aangevuld met rechtstreekse instroom van de middelbare school. VeVa-leerlingen zijn gemiddeld ouder als ze instromen bij Defensie omdat ze na hun middelbare school een MBO-opleiding hebben gevolgd. Dit verklaart dat de gemiddelde leeftijd van de instromende militair in de afgelopen jaren is gestegen.

42

Welke investeringen worden uitgesteld of afgesteld nu de stand van de verplichtingen in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie voor investeringen met 177 miljoen euro afneemt?

47

Klopt het dat er op artikel 6, investeringen in de krijgsmacht, bij de verplichtingen wederom sprake is van uitstel van investeringen ten behoeve van nieuw materieel, dit maal ter hoogte van 206.363.000 euro?

54

Welke investeringen worden uitgesteld of afgesteld nu de stand van de verplichtingen in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie voor investeringen met 177 miljoen euro afneemt?

58

Klopt het dat de investeringen in nieuw materieel nog harder dalen dan de investeringen Defensiebreed, namelijk 206 miljoen euro minder verplichtingen en 132 miljoen euro minder uitgaven? Hoe kan dit gebeuren? Met welke consequenties gaat dit gepaard?

59

Welke investeringen worden uitgesteld of afgesteld nu de stand van de verplichtingen in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie voor investeringen met 177 miljoen euro afneemt?

De verwachting is dat in 2015 voor in totaal € 177 miljoen minder verplichtingen voor investeringen in materieel, IT en infrastructuur worden aangegaan dan geraamd. De verlaging van € 177 miljoen is het saldo van van vele grote en kleinere aanpassingen van in investeringsverplichtingen. Binnen dit saldo worden de verplichtingen voor het voorzien in nieuw materieel met € 206 miljoen verlaagd. Dit wordt grotendeels verklaard doordat de contractvorming voor de MALE UAV voor dit jaar uitblijft. Gevolgen voor het investeringsplan worden verwerkt in de begroting 2016. Zie voor de consequenties van de verlaging van uitgaven voor het voorzien in nieuw materieel met € 132 miljoen de antwoorden op de vragen 30 en 57.

43

Kunt u toelichten welke investeringen in materieel in 2015 komen te vervallen of worden uitgesteld nu de uitgaven met 103 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie? Voor welke geldt dat in 2016 nu al voorzien is dat daar een daling van de investeringen meerjarig door werkt voor 42,9 miljoen euro?

Zie het antwoord op vraag 30.

44

Kunt u toelichten welke investeringen in ICT in 2015 gemoeid zijn nu de uitgaven met 28,4 miljoen euro worden bijgesteld in de eerste suppletoire begroting 2015 van Defensie?

56

Kunt u toelichten welke investeringen in ICT in 2015 gemoeid zijn nu de uitgaven met 28,4 miljoen worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie?

61

Kunt u toelichten welke investeringen in ICT in 2015 gemoeid zijn nu de uitgaven met 28,4 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie?

62

Wat wordt bedoeld met Opdracht Voorzien ICT en waarom is dit bedrag verhoogd met 28,387 miljoen euro?

In 2014 is € 37,8 miljoen minder aan investeringen gerealiseerd dan gepland, waarvan € 30 miljoen aan investeringen in IT. Dit bedrag wordt via de eindejaarsmarge toegevoegd aan de investeringsbegroting 2015. Van deze € 30 miljoen voor investeringen in IT, wordt € 1,6 miljoen overgeheveld naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor de financiering van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI).

Met de resterende € 28,4 miljoen zijn uitgaven gemoeid voor vertraagde IT projecten uit 2014. De belangrijkste daarvan zijn het project Advanced Passenger Information (API, € 9,7 miljoen) en het project secure werkplekken (€ 6,6 miljoen).

45

Vloeit de bijstelling van de raming voor de verkoopopbrengsten groot materieel voort uit de in 2014 gesloten contracten met een omvang van 400 miljoen euro? Welk deel van de 400 miljoen euro aan verkoopcontracten verwacht u al in 2015 te realiseren?

De bijstelling van de raming vloeit niet direct voort uit de in 2014 gesloten contracten, omdat er ook termijnen uit eerdere jaren zijn vertraagd. Van de genoemde € 400 miljoen aan verkoopcontracten wordt naar verwachting in 2015 circa € 80 miljoen gerealiseerd.

46

Welke gevolgen heeft de lagere opbrengst op vastgoed voor de uitwerking van het herbeleggingsplan vastgoed defensie?

66

Welke gevolgen heeft de lagere opbrengst op vastgoed voor de uitwerking van het herbeleggingsplan vastgoed defensie?

De investeringen die nodig zijn voor het Herbeleggingsplan Vastgoed Defensie (HVD) worden uit de defensiebegroting bekostigd. Deze zijn niet direct gekoppeld aan de verkoopopbrengsten van afgestoten vastgoed, hoewel lagere verkoopopbrengsten wel binnen de totale defensiebegroting moeten worden opgevangen. Hierdoor ondervindt de uitvoering van het HVD weinig hinder van verlaagde verkoopopbrengsten. De investeringen die nodig zijn voor de uitvoering van HVD vinden gewoon doorgang en worden niet vertraagd. De opbrengsten van de verkoop van vastgoed worden begroot op basis van een verwacht tijdstip van de verkoop en een verwachte verkoopopbrengst. Het verloop van de verkoop van diverse vastgoedobjecten loopt achter bij deze begroting. In de halfjaarlijkse voortgangsrapportage vastgoed wordt uw Kamer steeds geïnformeerd over de laatste stand van zaken.

47

Klopt het dat er op artikel 6, investeringen in de krijgsmacht, bij de verplichtingen wederom sprake is van uitstel van investeringen ten behoeve van nieuw materieel, dit maal ter hoogte van 206.363.000 euro?

Zie het antwoord op vraag 42.

48

Klopt het dat er op artikel 6, investeringen in de krijgsmacht, bij de uitgaven wederom sprake is van uitstel van investeringen ten behoeve van nieuw materieel, dit maal ter hoogte van 132.163.000 euro?

Zie het antwoord op vraag 30.

49

Klopt het dat het geld dat beschikbaar wordt door investeringen uit te stellen gebruik wordt om financiële gaten te dichten in de exploitatie?

Zie het antwoord op vraag 32.

50

Is het aannemelijk dat het vaker zal gebeuren dat investeringen worden uitgesteld om lopende missies te financieren?

51

Is het in het verleden vaker voorgekomen dat investeringen zijn uitgesteld om lopende missie te financieren? Zo ja, kunt u toelichten in welke gevallen dit gebeurde?

52

Kunt u verklaren waarom het budget voor de missie ISIS voor de jaren 2017 t/m 2019 eerst op de HGIS begroting naar voren worden gehaald (2015 en 2016), vervolgens wordt overgeheveld naar uw begroting en ten slotte op de Verticale Toelichting bij de Voorjaarsnota (onderdeel Defensie) weer wordt doorgeschoven van 2015 en 2016 naar de jaren 2017 t/m 2019 zodat het gebruikt kan worden ter dekking van generale problematiek?

53

Vindt de kasschuif uit HGIS onvoorzien ter hoogte van 123 miljoen euro plaats om de ISIS-missie in Irak te kunnen financieren of zodat het geld kan worden doorgeschoven naar de jaren 2017 t/m 2019 om het generale beeld in 2015 niet te belasten?

De Nederlandse bijdrage in de strijd tegen ISIS is gefinancierd uit de HGIS-onvoorzien. De dekking is met een kasschuif binnen de HGIS-onvoorzien vanuit de jaren 2017 tot en met 2019 naar 2015 en 2016 gebracht. In deze jaren is het budget vervolgens overgebracht naar de defensiebegroting ter dekking van de uitgaven van de missie.

Door deze kasschuif zou er in de jaren 2015 en 2016 meer worden uitgegeven dan het afgesproken budgettair kader. Om het generale beeld in die jaren niet te belasten, was er daarom een tegengestelde kasschuif nodig van gelijke omvang op de defensiebegroting (artikel 6, investeringen krijgsmacht). Een dergelijke compensatie is voor zover bekend niet eerder voorgekomen. Over de noodzaak van dergelijke kasschuiven wordt van geval tot geval, in overleg met de Minister van Financien, beslist.

54

Welke investeringen worden uitgesteld of afgesteld nu de stand van de verplichtingen in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie voor investeringen met 177 miljoen euro afneemt?

Zie het antwoord op vraag 42.

55

Kunt u toelichten welke investeringen in materieel in 2015 komen te vervallen of worden uitgesteld nu de uitgaven met 103 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie? Voor welke geldt dat in 2016 nu al voorzien is dat daar een daling van de investeringen meerjarig door werkt voor 42,9 miljoen euro?

Zie het antwoord op vraag 30.

56

Kunt u toelichten welke investeringen in ICT in 2015 gemoeid zijn nu de uitgaven met 28,4 miljoen worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie?

Zie het antwoord op vraag 44.

57

Klopt het dat bij de investeringen de uitgaven dalen met ruim 103 miljoen euro en de verplichtingen afnemen met 177 miljoen euro? Wat zijn de gevolgen hiervan voor Defensie, in het licht van het feit dat de gerealiseerde investeringsquote nu voor het zesde jaar op rij achterblijft bij de geraamde?

63

Klopt het dat u via herschikkingen en een kasschuif in totaal ca. 163 miljoen euro weghaalt bij de investeringen in 2015? Wat zijn de consequenties hiervan, in het licht van het feit dat de investeringsquote bij Defensie al sinds 2010 steeds lager uitvalt dan geraamd?

Bij de investeringen daalt het uitgavenbudget met € 103 miljoen en het verplichtingenbudget met € 177 miljoen ten opzichte van de begroting 2015.

De consequentie van onderrealisatie is dat nieuw en vervangend materieel later instroomt dan gepland. In het algemeen geldt dat het langer aanhouden van materieel kan leiden tot hogere exploitatiekosten. De exploitatie van de F-16 (project Langer Doorvliegen F-16) en de mijnenjagers van de Alkmaar-klasse zijn hiervan voorbeelden. Hoeveel de exploitatietekorten toenemen, verschilt per wapensysteem. De vertragingen bij de projecten in 2015 hebben echter nog niet geleid tot aanpassingen in de exploitatiebegroting.

Voorts zijn de operationele prestaties van de oude systemen vaak minder dan de voorziene vervangers. Noodzakelijk geachte operationele vernieuwingen kunnen niet of pas later worden gerealiseerd. Als er bij inzet sprake is van een specifieke behoefte waarin (nog) niet is voorzien, kan fast track procurement worden toegepast.

Een tijdelijk lagere investeringsquote leidt niet onmiddellijk tot beperkingen voor de gereedstelling en inzet. De bestaande wapensystemen worden in stand gehouden vanuit het exploitatiebudget. Op de langere termijn kan een laag investeringspercentage wel een negatieve invloed hebben op gereedstelling, inzet en innovatie. De wapensystemen verouderen, krijgen steeds meer last van storingen en hebben meer onderhoud nodig. Dit kan leiden tot extra kosten, een lagere beschikbaarheid, verminderde inzetbaarheid of operationele relevantie.

58

Klopt het dat de investeringen in nieuw materieel nog harder dalen dan de investeringen Defensiebreed, namelijk 206 miljoen euro minder verplichtingen en 132 miljoen euro minder uitgaven? Hoe kan dit gebeuren? Met welke consequenties gaat dit gepaard?

Zie het antwoord op vraag 42.

59

Welke investeringen worden uitgesteld of afgesteld nu de stand van de verplichtingen in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie voor investeringen met 177 miljoen euro afneemt?

Zie het antwoord op vraag 42.

60

Kunt u toelichten welke investeringen in materieel in 2015 komen te vervallen of worden uitgesteld nu de uitgaven met 103 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie? En voor welke geldt dat in 2016 nu al voorzien is dat daar een daling van de investeringen meerjarig door werkt voor 42,9 miljoen euro?

Zie het antwoord op vraag 30.

61

Kunt u toelichten welke investeringen in ICT in 2015 gemoeid zijn nu de uitgaven met 28,4 miljoen euro worden bijgesteld in de 1e suppletoire begroting 2015 van Defensie?

Zie het antwoord op vraag 44.

62

Wat wordt bedoeld met Opdracht Voorzien ICT en waarom is dit bedrag verhoogd met 28,387 miljoen euro?

Zie het antwoord op vraag 44.

63

Klopt het dat u via herschikkingen en een kasschuif in totaal ca. 163 miljoen euro weghaalt bij de investeringen in 2015? Wat zijn de consequenties hiervan, in het licht van het feit dat de investeringsquote bij Defensie al sinds 2010 steeds lager uitvalt dan geraamd?

Zie het antwoord op vraag 57.

64

Op welk percentage heeft u de investeringsquote geraamd bij de begroting 2015 en hoe ontwikkelt zich dit bij de Voorjaarsnota?

De begroting 2015 gaat uit van een investeringsquote van 18 procent voor 2015. Met de wijzigingen in de voorjaarsnota komt de investeringsquote uit op 16 procent.

65

Wat bedoelt u met «de overheveling van budget van het investeringsartikel wordt tijdelijk dekking geboden voor de knelpunten in de exploitatie»? Betekent dit niet dat een investeringsbedrag eenmalig gebruikt wordt voor en exploitatielast? Waar komt het bedrag voor deze uitgestelde investeringen in de toekomst dan vandaan?

Zie het antwoord op vraag 32.

66

Welke gevolgen heeft de lagere opbrengst op vastgoed voor de uitwerking van het herbeleggingsplan vastgoed defensie?

Zie het antwoord op vraag 46.

67

Waaruit bestaat het bedrag voor 4 miljoen euro voor de coulance regeling Chroom? Waaraan wordt dit uitgegeven?

Zoals vermeld in mijn brief van 18 december jl. (Kamerstuk 34 000 X, nr. 64) is in het kader van de problematiek rondom chroom-6 een tijdelijke coulanceregeling opgesteld voor (oud-)medewerkers in een schrijnende situatie die niet kunnen wachten op de resultaten van het RIVM-onderzoek. Het bedrag van € 4 miljoen is bedoeld voor uitkeringen aan (oud-)medewerkers die hiervoor in aanmerking komen vanwege een aandoening die mogelijk verband houdt met blootstelling aan chroom-6 en op grond van hun arbeidsverleden.

68

Kunt u uitleggen waarom onder het kopje Bijstellling formatie staat dat er 19 miljoen euro is uitgegeven aan inhuur ERP, terwijl dat bij herschikking tussen defensieonderdelen de inhuur implementatie ERP ook weer aangehaald wordt?

Zie het antwoord op vraag 16.

Naar boven