31 125 Defensie Industrie Strategie

Nr. 34 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 juli 2014

In het algemeen overleg over sourcing van 15 mei jl. heb ik toegezegd u te informeren over de uitkomsten van het onderzoek naar de staat van de informatievoorziening (IV) en informatie- en communicatietechnologie (ICT) bij Defensie. Met deze brief voldoe ik aan die toezegging. Omdat het rapport over het onderzoek naar de staat van IV/ICT bij Defensie inzicht geeft in kwetsbaarheden van de IV/ICT-infrastructuur, bied ik het u vertrouwelijk aan1. In deze brief geef ik u mijn appreciatie van dit rapport en informeer ik u over de maatregelen die ik op grond hiervan heb genomen.

De staat van de IV/ICT

De onderzoekers hebben tekortkomingen geconstateerd. De eerste constatering is dat de technische staat van IV/ICT-infrastructuur onder de maat is. Zo neemt door veroudering van apparatuur de kans op uitval van netwerken en rekencentra toe. Ook is er onvoldoende reservecapaciteit beschikbaar om uitval op te vangen. Dit alles behelst risico’s voor de continuïteit van de bedrijfsvoering en vraagt derhalve om direct ingrijpen. Ik heb de Hoofddirecteur Bedrijfsvoering (HDBV), in zijn rol als Chief Information Officer (CIO), opdracht gegeven de continuïteit zo snel mogelijk weer te kunnen garanderen. Hij zal daarbij worden ondersteund door een externe deskundige. De HDBV zal de constateringen van de onderzoekers nader analyseren. Voorts zal hij met de Commandant der Strijdkrachten (CDS), als belangrijkste gebruiker en behoeftesteller, de ernst van de gevolgen beoordelen. Waar nodig zullen direct maatregelen worden getroffen om tekortkomingen op te heffen. De onderzoekers hebben ook een aantal specialistische aanbevelingen gedaan over onder meer de in het IV/ICT-domein gebruikte technologieën, processen en gereedschappen. Deze aanbevelingen laat ik in onderlinge samenhang laat uitwerken tot concrete maatregelen. De kosten van alle maatregelen worden de komende tijd in kaart gebracht. Ik zal daarin de samenwerking met gespecialiseerde marktpartijen zoeken, en de Kamer nog vóór het einde van dit jaar hierover informeren.

De besturing

Een tweede constatering is dat de besturing (de governance) van het IV/ICT-domein tekort schiet. Het ontbreekt aan een duidelijke visie op het belang van IV/ICT voor Defensie en de verantwoordelijkheid voor de keten is te versnipperd. Ook is er onvoldoende duidelijkheid over de bijdrage van IV/ICT aan de operaties en de bedrijfsvoering. IV/ICT is te lang gezien als kostenpost waar steeds weer op kan worden bezuinigd en dus niet of onvoldoende als strategische enabler.

Dit heeft geleid tot ineffectieve besturing. Besluiten worden op het verkeerde niveau genomen, waarbij onduidelijk is wat de gevolgen zijn voor de totale bedrijfsvoering. Bij incidenten en verstoringen, zoals begin dit jaar, blijkt echter dat de IV/ICT flink is verouderd en dat de betrouwbaarheid te wensen overlaat.

Ik heb dan ook besloten de rol van de HDBV als CIO te versterken. De CIO is verantwoordelijk voor het opstellen en actueel houden van de departementale strategie en visie op IV/ICT. Hij ontwikkelt en onderhoudt, onafhankelijk van de gebruikers én de leveranciers van informatiesystemen bij Defensie, de departementale architectuur en standaarden en ziet toe op de naleving daarvan. Ik verwacht van de CIO dat hij, door middel van onderzoeken en audits, problemen en knelpunten zichtbaar maakt alvorens die zich in de vorm van verstoringen manifesteren. De CIO zal voor deze verantwoordelijkheden worden voorzien van voldoende personele capaciteit, deskundigheid en bevoegdheden. Om voortdurende aandacht voor IV/ICT zeker te stellen, neem ik de CIO op in de Bestuursraad, het hoogste ambtelijke orgaan van Defensie.

Op de tweede plaats stel ik, in navolging van andere bedrijven en organisaties, een IT Governance Board (ITGB) in. De ITGB gaat de Bestuursraad ondersteunen bij het orde op zaken stellen. Op deze wijze verwacht ik sneller tot resultaten te kunnen komen. De ITGB moet de aanbevelingen uit de onderzoeksrapporten uitwerken en uitvoeren. Dat betreft onder meer een richtinggevende visie op het gebied van IV/ICT en een plan om de geconstateerde technische tekortkomingen op te lossen. Hierbij wordt ook de eerder genoemde externe deskundige betrokken.

Het functioneren van de uitvoeringsorganisaties

De derde constatering betreft de verhoudingen tussen twee belangrijke spelers in de uitvoering van de IV/ICT-dienstverlening, namelijk het Joint IV Commando (JIVC) en IV Operaties (OPS). Sinds de reorganisaties na de beleidsbrief 2011 zijn de ondersteunende IV/ICT-diensten van Defensie, die voorheen nog bij verschillende defensieonderdelen waren belegd, centraal ondergebracht bij de Defensie Materieel Organisatie (DMO). Daarbij is de bestaande onderbrenging van de «witte» IV/ICT-dienstverlening in een baten-lastdienst (nu OPS) gehandhaafd. De overige overwegend «groene» IV/ICT-diensten zijn ondergebracht bij het JIVC. Ook de centrale regiefunctie voor IV/ICT-diensten is bij het JIVC ondergebracht.

Verstoorde verhoudingen tussen JIVC en OPS hebben geleid tot slechte communicatie in de uitvoering. Dit vormt een risico voor de operaties en de bedrijfsvoering. De samenstelling en inrichting van de managementteams van JIVC en OPS worden herzien. Maatregelen worden getroffen om de situatie te normaliseren.

Ten slotte

De onderzoekers constateren dat, ondanks alle problemen, het IV/ICT-personeel nog steeds zeer gemotiveerd is en loyaal aan de organisatie. Dat blijkt ook uit de gedreven wijze waarop ze de verstoringen eerder dit jaar hebben verholpen. De maatregelen die ik in deze brief heb aangekondigd, moeten het personeel duidelijkheid bieden over de toekomst van IV/ICT bij Defensie. Ik zal uw Kamer begin 2015 over de voortgang van de uitvoering van deze maatregelen informeren.

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert


X Noot
1

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven