34 000 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2015

T VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 6 februari 2015

In haar vergadering van 3 februari 2015 heeft de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie1 kennisgenomen van de brief2 van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie d.d. 30 januari 2015 over uitvoering van de motie-Franken c.s. inzake bezuinigingen op de gefinancierde rechtsbijstand (34 000 VI, M) en de motie-Scholten c.s. inzake onderzoek naar oplopende kosten van gesubsidieerde rechtsbijstand (34 000 VI, O).

Naar aanleiding daarvan heeft zij de Staatssecretaris op 4 februari 2015 een brief gestuurd.

De Staatssecretaris heeft op 6 februari 2015 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie

Den Haag, 4 februari 2015

In haar vergadering van 3 februari 2015 heeft de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie kennisgenomen van uw brief3 d.d. 30 januari 2015 over uitvoering van de motie-Franken c.s. inzake bezuinigingen op de gefinancierde rechtsbijstand (34 000 VI, M) en de motie-Scholten c.s. inzake onderzoek naar oplopende kosten van gesubsidieerde rechtsbijstand (34 000 VI, O).

De commissie wenst te benadrukken dat zij verwacht dat de regering uitvoering geeft aan moties die de Kamer aanneemt en zij stelt vast dat u dat in dit geval slechts ten dele doet. U laat weten dat u voornemens bent om (1) op korte termijn onderzoek te laten doen naar de problemen rond kostenstijgingen in de rechtsbijstand in relatie tot de toegang tot het recht en (2) de maatregelen met betrekking tot de stelselherziening op te schorten voor zover deze betrekking hebben op de jaren 2016 en volgende. U komt echter niet tegemoet aan de uitspraak van een Kamermeerderheid om de bezuinigingen ten aanzien van de vergoeding voor rechtsbijstand voor zover deze betrekking hebben op het jaar 2015 achterwege te laten.

De leden van de fracties van CDA, SP en GroenLinks willen voorts op uw brief reageren met enkele vragen en opmerkingen van inhoudelijke aard. De leden van de fracties van PVV, ChristenUnie, PvdD en OSF sluiten zich hierbij aan.

De leden van de voornoemde fracties betreuren uw besluit in hoge mate, niet alleen vanwege het feit dat hiermee een uitspraak van een meerderheid van de Kamer wordt gepasseerd, maar ook vanwege het feit dat de nadelige invloed van dit besluit op de kwaliteit en effectiviteit van de rechtspleging in Nederland disproportioneel is in vergelijking met het relatief geringe beslag dat hiermee op het totaal van de overheidsuitgaven wordt gelegd.

Deze leden zouden, voordat verdere stappen in de behandeling van de problematiek worden gezet, een gespecificeerd overzicht van u willen ontvangen van de bedragen die met deze op de algemene maatregel van bestuur4 berustende bezuinigingen voor 2015 zijn gemoeid. Daarnaast gaan zij ervan uit dat de opschorting betrekking heeft op alle geplande bezuinigingen vanaf 2016 en zij zouden dit graag van u bevestigd krijgen. Voorts verzoeken zij om de verzekering dat het effect op de toegang tot de rechter van mogelijke bezuinigingen op de gesubsidieerde rechtsbijstand onderdeel zal uitmaken van het aangekondigde onderzoek.

De leden van de voornoemde fracties hebben in dit verband kennisgenomen van de uitspraken van de woordvoerders van de regeringsfracties in de Tweede Kamer in de media van 2 februari jl. (o.a. Algemeen Dagblad en NRC Handelsblad). Zij stellen vast dat de regeringsfracties in de Tweede Kamer kennelijk van oordeel zijn dat zij de voorgenomen en deels ingevoerde bezuinigingsmaatregel in het kader van de gefinancierde rechtshulp alsnog discussie behoeft. De leden vernemen graag van u hoe u deze uitspraken van de regeringsfracties in de Tweede Kamer beoordeelt, in het licht van uw brief van 30 januari jl.

Gaarne ontvangt de commissie uw antwoord vóór vrijdag 6 februari 2015 om 17.00 uur.

Voorzitter van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie, A.W. Duthler

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 februari 2015

In uw brief van 4 februari jl., kenmerk 156572.03u, geeft u aan dat de leden van de fracties van het CDA, de SP en Groen Links van uw Kamer mij in de vergadering van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie van 3 februari jl. een drietal vragen hebben gesteld in verband met mijn brief van 30 januari jl. ter zake de gesubsidieerde rechtsbijstand (EK 2014–2015, 24 000 VI, S). De leden van de fracties van de PVV, ChristenUnie, PvdD en OSF hebben zich hierbij aangesloten.

De opschorting van de maatregelen op het terrein van de gesubsidieerde rechtsbijstand ziet op de maatregelen die ik voornemens was in 2016 in te voeren. Met de maatregelen die op 1 februari jl. zijn ingevoerd wordt een besparing gerealiseerd van € 12,2 miljoen in 2015, oplopend tot € 26,1 miljoen in 2018. In reactie op het verzoek om een gespecificeerd overzicht van de besparingen die voortvloeien uit de algemene maatregel van bestuur, geef ik u hierbij een overzicht van de besparing per maatregel (in miljoenen euro’s).5

Maatregel

2015

2016

2017

2018

Generieke verlaging puntenvergoeding advocatuur met € 0,35 naar € 105,61 per punt

1,0

1,1

1,1

1,1

Aanpassing puntenvergoeding enkele strafrechtelijke zaken

6,1

6,7

6,7

6,7

Verlaging vergoeding bewerkelijke zaken in het strafrecht met 4,5% naar € 100,86 per punt

1,3

1,4

1,4

1,4

Tijdelijke stopzetting indexeringen eigen bijdrage en basisvergoeding

3,9

8,4

12,6

16,9

Subtotaal

12,2

17,6

21,8

26,1

Ter toelichting merk ik het volgende op. Het overzicht loopt tot en met 2018, teneinde de opbouw in de besparingen gedurende meerdere jaren zichtbaar te maken. Dat laat uiteraard onverlet dat ik mij, nadat de commissie haar bevindingen heeft gepubliceerd, zal beraden op maatregelen op het terrein van de gesubsidieerde rechtsbijstand, inclusief de algemene maatregel van bestuur. Voorts merk ik op dat de inwerkingtreding van de algemene maatregel van bestuur was voorzien op 1 januari 2015. De besparing was dientengevolge voor 2015 geraamd op € 13,3 miljoen. De algemene maatregel van bestuur is echter op 1 februari 2015 in werking getreden. In mijn brief van 12 december 2014 (EK 2014–2015, 34 000 VI, H) lichtte ik toe dat het besparingsverlies dat uit het aanhouden van de inwerkingtreding voortvloeit € 1,1 miljoen incidenteel bedraagt, en dat dat binnen de begroting van het Ministerie van Veiligheid en Justitie zal worden opgevangen. De in dit overzicht resterende besparing voor 2015 bedraagt aldus € 12,2 miljoen.

Voorts bevestig ik op uw verzoek dat de commissie onder andere zal worden gevraagd om aanbevelingen te doen voor vernieuwing van het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand met het oog op een betere budgettaire beheersbaarheid van het stelsel, waarbij de toegang tot het recht voor min- en onvermogenden gegarandeerd blijft. In mijn brief van 30 januari jl. gaf ik reeds aan dat ik de commissie zal vragen het onderzoek tevens te richten op de op 1 februari jl. in werking getreden algemene maatregel van bestuur.

Naar aanleiding van de derde vraag merk ik het volgende op. In de media gedane uitspraken van de leden Recourt en van der Steur inzake extra middelen voor de begroting van Veiligheid en Justitie van 2016 brengen geen wijziging in de vastgestelde begroting van 2015. De reeds in werking getreden algemene maatregel van bestuur zal ik, zoals ik heb opgemerkt in mijn brief van 30 januari jl., opnieuw bezien in het komende begrotingsjaar indien de bevindingen van de commissie daartoe aanleiding geven.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Samenstelling:

Holdijk (SGP), Kneppers-Heijnert (VVD), Kox (SP), Engels (D66), Franken (CDA), Thissen (GL), Nagel (50PLUS), Ruers (SP), Van Bijsterveld (CDA) (vice-voorzitter), Duthler (VVD) (voorzitter), Koffeman (PvdD), Kuiper (CU), Quik-Schuijt (SP), Strik (GL), De Vries (PvdA), Knip (VVD), Hoekstra (CDA), Lokin-Sassen (CDA), Scholten (D66), Schouwenaar (VVD), De Boer (GL), De Lange (OSF), Ter Horst (PvdA), Beuving (PvdA), Koole (PvdA), Schrijver (PvdA), Reynaers (PVV), Popken (PVV), Frijters-Klijnen (PVV), Swagerman (VVD)

X Noot
2

Kamerstukken I 2014–2015, 34 000 VI, S.

X Noot
3

Kamerstukken I 2014–2015, 34 000 VI, S.

X Noot
4

Besluit van 29 januari 2015, houdende wijziging van het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand, het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 en het Besluit toevoeging mediation in verband met het treffen van enige maatregelen inzake de gesubsidieerde rechtsbijstand, Stb. 2015, 35.

X Noot
5

In het overzicht zijn niet de financiële effecten meegenomen van de maatregelen afschaffing lagere vergoeding bij kennelijke afdoening bestuursrecht en vaststelling financiële draagkracht bij geschil met voogd of voogden, die eveneens op 1 februari jl. met de onderhavige algemene maatregel van bestuur zijn ingevoerd.

Naar boven