34 000 IX Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2015

Nr. 9 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 oktober 2014

De vaste commissie voor Financiën heeft mij gevraagd naar de achtergrond van de ingebrekestelling 2012/4167 inzake de belasting op aandelen die gehouden worden door verzekeringsmaatschappijen in het kader van fondsgebonden verzekeringen. Bovendien heeft de Kamer gevraagd waarom deze ingebrekestelling niet in de eerdere overzichten aan de Kamer is gemeld.

Op 16 april 2014 heeft de Europese Commissie een met redenen omkleed advies uitgebracht over de dividendbelasting op deze aandelen. De Europese Commissie heeft hierover op deze datum ook een persbericht gestuurd (kenmerk memo/14/293), dat ook terug te vinden is op de website van de Europese Commissie.

Uit het persbericht is af te leiden dat de Europese Commissie van mening is dat Nederland dividenden op aandelen gehouden in het kader van fondsgebonden verzekeringen die betaald worden aan verzekeringsmaatschappijen in andere EU en EER lidstaten zwaarder belast dan die betaald worden aan in Nederland gevestigde verzekeringsmaatschappijen.

De Nederlandse regering deelt dit standpunt niet en heeft in juni 2014 op het met redenen omkleed advies gereageerd. Als de Europese Commissie deze reactie onbevredigend vindt, kan zij, zoals zij ook aangeeft in het persbericht, besluiten een zaak aanhangig te maken bij het Hof van Justitie van de EU. De Nederlandse regering zal dan haar standpunt verdedigen. In afwachting van de verdere verloop van de procedure kan ik niet inhoudelijk op de zaak ingaan.

Uw Kamer is over het met redenen omkleed advies in de brief van 18 juli 2014 over de stand van zaken implementatie richtlijnen en kaderbesluiten in het tweede kwartaal 20141, na het persbericht van de Europese Commissie op 16 april 2014, op de gebruikelijke wijze geïnformeerd. Het bij de brief van 18 juli 2014 opgenomen overzicht van de lopende ingebrekestellingprocedures was ook het eerste overzicht dat naar Uw Kamer is verstuurd na het persbericht van de Europese Commissie.

Het publiceren van een met redenen omkleed advies sluit de informele, administratieve fase af waarin de Europese Commissie een EU-land vraagt om informatie en opmerkingen over een vermeend probleem van toepassing van het EU-recht. Het komt regelmatig voor dat de Europese Commissie naar aanleiding van de door het EU-land verstrekte informatie en opmerkingen afziet van verdere stappen. Informeren van uw Kamer in dat administratieve stadium zou daarom voorbarig zijn en zou tot onrust en onzekerheid kunnen leiden bij belanghebbenden. Dat acht het kabinet onwenselijk. Daarnaast is de regering, zoals ook verwoord in de brief van de Minister van Buitenlandse zaken inzake motie van het lid Van Gent2, gebonden aan een aantal beperkingen bij openbaarmaking van brieven over de uitvoering van Europese regelgeving. Het kabinet is bovendien terughoudend met informatie waarvan openbaarmaking de Nederlandse en/of EU-onderhandelingspositie zou kunnen ondermijnen.

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes


X Noot
1

Kamerstuk 21 109, nr. 216

X Noot
2

Kamerstuk 21 501-02, nr. 955

Naar boven