33 992 (R2034) Rijkswet houdende goedkeuring van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (Trb. 2007, 169 en Trb. 2014, 113)

33 990 Uitvoering van het op 13 december 2006 te New York tot stand gekomen Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (Trb. 2007, 169)

F1 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 30 januari 2017

De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport2 heeft kennisgenomen van de brief van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 31 augustus 2016 in reactie op het halfjaarlijks rappel toezeggingen.3

Naar aanleiding daarvan heeft zij de Minister op 5 oktober 2016 een brief gestuurd.

De Staatssecretaris heeft op 30 januari 2017 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, De Boer

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Den Haag, 5 oktober 2016

De commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) heeft met belangstelling kennisgenomen van uw brief van 31 augustus 2016 in reactie op het halfjaarlijks rappel toezeggingen.4

Tijdens de behandeling van de voorstellen voor de goedkeuring en uitvoering van het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap5 hebben de leden van de fracties van D66, SP, PvdA en GroenLinks aangedrongen op spoedige bekrachtiging van het facultatief protocol, behorend bij het verdrag. De Staatssecretaris van VWS heeft de Kamer daarop uitdrukkelijk toegezegd vóór de zomer te komen met een standpuntbepaling (inclusief de te zetten stappen) ten aanzien van het facultatief protocol.6

Uw reactie dat de Kamer geïnformeerd zal worden als het benodigde overleg in het kabinet over de ondertekening en ratificatie van het facultatief protocol is afgerond, vinden de leden van deze fracties teleurstellend en − gezien de nadrukkelijke toezegging − te vrijblijvend.

Zij vernemen daarom alsnog graag of het benodigde overleg in gang is gezet, wat het verwachte tijdpad is en op welke termijn de Kamer de standpuntbepaling van de regering dan wel tegemoet kan zien.

De leden van de commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag uiterlijk 1 november 2016.

De voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J.Th. Martens

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 januari 2017

In uw brief van 5 oktober verzoekt u mij aan te geven of het overleg in het kabinet over de ondertekening en ratificatie van het facultatief protocol behorend bij het VN Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap is afgerond, wat het beoogde tijdpad is en op welke termijn uw Kamer hierover wordt geïnformeerd.

Naar aanleiding hiervan kan ik uw Kamer laten weten dat het overleg in het kabinet over de ratificatie van het facultatief protocol bij het IVESCR (Internationaal verdrag inzake economische, sociaal en culturele rechten) en over toetreding tot de facultatieve protocollen bij het Kinderrechtenverdrag en bij het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap heeft geleid tot het besluit dat zal worden gestart met het facultatief protocol bij het IVESCR. Ik verwijs u hiervoor naar de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken die de Tweede Kamer hierover op 29 december heeft geïnformeerd (Kamerstukken II 2016/17, 34 550 V, nr. 59).

De goedkeuringsstukken worden voor advies naar de Raad van State gestuurd. De Raad zal daarbij worden verzocht aandacht te besteden aan de gevolgen die het facultatief protocol kan hebben voor de nationale rechtsorde. Aan de hand van die uitspraak zal het kabinet zich een oordeel vormen over de andere protocollen.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Letter F heeft alleen betrekking op wetsvoorstel 33 992 (R2034)

X Noot
2

Samenstelling:

Ten Hoeve (OSF), Koffeman (PvdD), Kuiper (CU), De Vries-Leggedoor (CDA), Flierman (CDA), Barth (PvdA), Beuving (PvdA), Ganzevoort (GL), De Grave (VVD), Martens (CDA) (voorzitter), Bruijn (VVD) (vice-voorzitter), Gerkens (SP), Kops (PVV), Atsma (CDA), Bredenoord (D66), Dercksen (PVV), Van Dijk (SGP), Don (SP), Van Hattem (PVV), Krikke (VVD), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten (CDA), Prast (D66), Van Rooijen (50PLUS), Schnabel (D66), Wezel (SP), Klip-Martin (VVD).

X Noot
3

Kamerstukken I 2015/16, 34 300 XVI, G.

X Noot
4

Kamerstukken I 2015/16, 34 300 XVI, G.

X Noot
5

Kamerstuknummer 33 992 (R2034) en 33 990.

X Noot
6

Toezegging T02290.

Naar boven