33 694 Internationale Veiligheidsstrategie

Nr. 63 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 oktober 2021

Zoals toegezegd tijdens het Commissiedebat over de Raad Buitenlandse Zaken op 8 juli jl. (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2405), informeer ik uw Kamer over de volgende stappen in de uitvoering van de motie van het lid Koopmans (Kamerstuk 33 694, nr. 43), waarin de Kamer het kabinet heeft opgeroepen om met gelijkgezinde landen praktisch en realistisch aanjager te zijn van een zo breed gedragen en verstrekkend mogelijk verdrag of andere bindende internationale regelgeving ter beheersing van de productie, plaatsing, verspreiding en inzet van nieuwe potentiële massavernietigingswapens.

In 2021 heeft het kabinet de Nederlandse inzet op het gebied van nieuwe technologieën en wapenbeheersing geïntensiveerd, om een voortrekkersrol te blijven spelen binnen internationale discussies over de uitdagingen, potentiele veiligheidsrisico’s en dreigingen van opkomende en disruptieve technologieën. In dit kader is het Kabinet voornemens om eind 2022 een internationale conferentie over nieuwe technologieën en wapenbeheersing te organiseren.

De conferentie en de daaruit voortvloeiende initiatieven en vervolgstappen zullen zich richten op een verantwoorde toepassing van nieuwe technologieën in het militaire domein, specifiek op gebied van kunstmatige intelligentie (hierna: AI). AI wordt breed beschouwd als één van de meest disruptieve technologieën, ook op militair terrein. AI kent vele militaire toepassingen en is daarmee een sleutelonderwerp in de discussies over kansen en bedreigingen van nieuwe technologie in het militaire domein.

Als eerder beschreven deelt het Kabinet de zorgen van de Kamer over de potentiele veiligheidsrisico’s en dreigingen van technologische ontwikkelingen op terreinen als kunstmatige intelligentie, kwantum en data-science. De inzet van deze conferentie is dat relevante landen en andere belanghebbenden een concrete stap moeten zetten richting internationale afspraken over normatieve kaders in de militaire toepassingen van AI, op basis van het bestaande internationaal recht. Daarbij zal worden gekeken naar vraagstukken rondom ontwikkeling, ontwerp en productie van deze technologieën, afspraken over het verspreiden daarvan en bestaande principes over het gebruik in militaire contexten, ook door niet-statelijke actoren. Nederland wil een initiërende en verbindende rol spelen en tijdens de conferentie een concreet initiatief lanceren, waarbij de inzet is om bestaande multilaterale kaders verder te versterken.

Het Kabinet heeft daarbij ook nadrukkelijk aandacht voor het behoud van onze technologische leading edge en de mogelijkheden om nieuwe technologieën als AI te gebruiken bij het beschermen van onze veiligheid. Ontwikkeling van nieuwe technologieën voltrekt zich grotendeels in het civiele domein. Een gelijk speelveld voor Nederland en Nederlandse bedrijven ten opzichte van andere landen is daarbij essentieel. Het kabinet acht het daarom van belang dat afspraken niet alleen tussen landen, maar ook met andere relevante actoren worden gemaakt. De conferentie en het traject daarnaartoe zal verschillende doelgroepen betrekken, waaronder politieke spelers, kennisinstituten, maatschappelijke organisaties en bedrijfsleven.

Het internationale debat tussen landen over nieuwe technologieën en wapenbeheersing speelt zich af in verscheidene gremia, waaronder de NAVO en de VN (CCW) en via initiatieven als de Duitse «Rethinking Arms Control» conferenties en het daaropvolgende «EU strategic process on the responsible use of new technologies». Een Nederlands initiatief op het gebied van AI zal daarop voort moeten bouwen. In eerdere brieven heb ik een overzicht gegeven van de Nederlandse inzet in deze gremia en op de verschillende categorieën van nieuwe technologie1.

Met de internationale conferentie beoogt het Kabinet, mede door de sterke kennispositie op AI, bij te dragen aan hernieuwd engagement van de internationale gemeenschap aan de internationale ontwapeningsarchitectuur en rechtsorde. Naast de groep van traditioneel gelijkgezinde landen, zullen daarom ook andere landen betrokken worden bij dit traject. Hoe breder het draagvlak voor het maken van afspraken over militaire toepassingen van AI, hoe groter de effectiviteit. De conferentie moet daarbij worden gezien als startpunt, niet als een einddoel.

In de komende periode worden de inhoudelijke kaders, doelen en beoogde resultaten voor de conferentie nader uitgewerkt. De komende maanden zullen expertbijeenkomsten worden georganiseerd om verschillende aspecten van het thema nieuwe technologieën in het militaire domein te belichten en verder uit te diepen. Hierbij kan gedacht worden aan de belangrijkste dilemma’s rondom bestaande normatieve kaders, de rol van fundamenteel onderzoek en het betrekken van relevant bedrijfsleven. Daartoe zullen ook consultaties worden gehouden met belangrijke spelers (voornoemde landen, maar ook denktanks, NGO’s en bedrijfsleven).

Tot slot hecht ik eraan dat het volgende kabinet een definitief besluit kan nemen over de beoogde doelen en te behalen resultaten van de conferentie.

De Minister van Buitenlandse Zaken, H.P.M. Knapen


X Noot
1

Kamerstuk 33 694, nrs. 45, 48 en 59

Naar boven