33 628 Forensische zorg

25 424 Geestelijke gezondheidszorg

35 370 Zorg en dwang

Nr. 96 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 december 2022

De Wet forensische zorg (Wfz) is op 1 januari 2019 in werking getreden. De schakelbepaling van artikel 2.3 Wfz is op 1 januari 2020 in werking getreden, tegelijk met de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) en de Wet zorg en dwang psychogeriatrische en verstandelijk gehandicapte cliënten (Wzd). Artikel 2.3 Wfz heeft als doel om de doorgeleiding van personen vanuit het strafrecht naar de reguliere zorg te faciliteren en daarmee de continuïteit van zorg te waarborgen. Het artikel geeft de strafrechter de bevoegdheid om in verschillende fasen van het strafproces een civiele machtiging voor verplichte zorg af te geven.

Artikel 8.1 van de Wfz bepaalt dat binnen drie jaar na de inwerkingtreding een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk aan beide Kamers van de Staten-Generaal wordt gezonden. Het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) voert de meerjarige evaluatie naar de Wfz uit. Op 16 december 2021 heeft uw Kamer het eerste deelrapport over de toepassing van en ervaring met artikel 2.3 Wfz in de praktijk ontvangen.1 Hierbij bied ik u, mede namens de Minister voor Langdurige Zorg en Sport, het tweede deelrapport over de toepassing van artikel 2.3 Wfz aan. Dit rapport geeft een beeld van de toepassing van het schakelartikel door de strafrechter in de eerste anderhalf jaar na inwerkingtreding.

Parallel aan deze evaluatie wordt in opdracht van de Minister voor Langdurige Zorg en Sport de Wvggz en de Wzd geëvalueerd door ZonMw. Het eerste deelrapport en het eindrapport zijn op 16 december 2021 respectievelijk 21 oktober jl. aan uw Kamer aangeboden.2

De beleidsreactie op de evaluatierapporten van de Wfz en de Wvggz en de Wzd volgt in het eerste kwartaal van het nieuwe jaar.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind


X Noot
1

Kamerstuk 33 628, nr. 87.

X Noot
2

Kamerstukken 25 424 en 35 370, nr. 598; Kamerstukken 25 425 en 35 370, nr. 622.

Naar boven