33 576 Natuurbeleid

Nr. 42 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 april 2015

Met deze brief geef ik, naar aanleiding van het verzoek gedaan tijdens het ordedebat van 17 december 2014 (Handelingen II 2014/15, nr. 37, item 12), inzicht in de uitvoering van de motie van het lid Geurts inzake de managementzones op de Doggersbank zoals voorgesteld door de Stuurgroep Doggersbank (Kamerstuk 33 576, nr. 36). Daarnaast ga ik in op het Natura 2000 gebied Noordzeekustzone en de recente ontwikkelingen rond de evaluatie van het VIBEG Akkoord (2011).

Doggersbank

Naar aanleiding van de genoemde motie heb ik met het bedrijfsleven afgesproken dat deze het sectorvoorstel voor de Doggersbank zou toelichten bij de overheid in het Verenigd Koninkrijk. Tevens is gesondeerd of er in het Verenigd Koninkrijk bereidheid is om tot een aanpassing van de onderlinge afspraken te komen. Ik heb moeten vaststellen dat er in het Verenigd Koninkrijk, net zoals in Duitsland, geen bereidheid is om het besproken pakket aan maatregelen te herzien. Het Verenigd Koninkrijk heeft aangegeven dat het de onderhandelingen over het overeengekomen pakket aan maatregelen niet wenst te heropenen.

Gegeven het feit dat Nederland, Duitsland, Verenigd Koninkrijk en Denemarken sinds 2011 met elkaar in een proces zitten om te komen tot beschermingsmaatregelen voor de Doggersbank, meen ik dat nu het moment gekomen is om dit proces af te ronden.

Nog langer wachten biedt geen soelaas voor de sector. Maatregelen in gebieden waar een hersteldoelstelling geldt zullen altijd een compromis zijn tussen de wensen van de economische actoren en de instandhoudingsdoelstellingen. Juist in het geval van de Doggersbank geldt dat van meet af aan rekening is gehouden met de economie van de visserijsector. Op de Doggersbank zijn bij uitstek gebieden geselecteerd die – mede op aangeven van de sectorvertegenwoordigers – van relatief gering economisch belang voor de sector zijn. Dat laat onverlet dat ik er begrip voor heb dat voor een zeer beperkt aantal bedrijven de nu voor sluiting voorgestelde locaties lastig zijn en deze bedrijven dwingen uit te wijken naar andere bestekken.

Noordzeekustzone

Er is blijvende discussie over de maatregelen ten aanzien van de garnalenvisserij in het Natura2000 gebied Noordzeekustzone. Helaas heb ik daar moeten constateren dat het gebrek aan draagvlak in dit geval niet bijdraagt aan een effectieve bescherming van het gebied. Na overleg met alle partijen heb ik de conclusie getrokken dat er andere, meer acceptabele, manieren zijn om deze bescherming gestalte te geven. Ook hebben wij gezamenlijk de conclusie getrokken dat het draagvlak kan en moet worden vergroot voor een lange termijn bescherming van het gebied. Ik heb daarom afgesproken met de VIBEG partners (visserij en NGOs) en de niet-georganiseerde vissers om op zeer korte termijn een evaluatie van het VIBEG Akkoord te plegen. Aan de basis daarvan zullen de voorstellen liggen die recentelijk door de vissers zijn ontwikkeld met betrekking tot de Zones I en II. In de komende evaluatie zal worden bezien of en hoe Zone II gefaseerd kan worden afgesloten voor bodemberoerende visserij. Hierbij worden tevens de mogelijkheden die flankerend beleid kan bieden meegenomen. Ik ben zeer erkentelijk aan alle partijen dat het constructieve overleg uiteindelijk ook heeft geleid tot een resultaat waarmee sector, NGOs en de overheid verder kunnen. Zodra dit pakket is uitgewerkt zal ik uw Kamer nader informeren.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven