33 118 Omgevingsrecht

32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Nr. 224 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR KLIMAAT EN ENERGIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 februari 2022

Tijdens het tweeminutendebat Aanscherping van de regels inzake industriële emissies (Kamerstukken 33 118 en 31 239, nr. 207) op 3 februari jl. (Handelingen II 2021/22, nr. 46, item 7 is door het lid Van Raan (PvdD) (Kamerstuk 33 118, nr. 212) een motie ingediend. Met de motie wordt de regering verzocht onderzoek te doen naar de mogelijkheden voor het invoeren van een in de praktijk vlakke uniforme CO2-heffing die van toepassing kan zijn op de volledige uitstoot van alle typen broeikasgassen in alle economische sectoren. Met deze brief geef ik u, mede namens de Staatssecretaris Fiscaliteit en Belastingsdienst, een appreciatie van deze motie, zodat uw Kamer dit kan meewegen tijdens de stemmingen.

Het kabinet heeft zich als doel gesteld om in 2030 ten minste 55% emissiereductie te realiseren ten opzichte van 1990. Conform het Coalitieakkoord (Kamerstuk 35 788, nr. 77) richt het kabinet zich bij de uitwerking van beleidsmaatregelen op een emissiereductie van 60%. Daarmee wil het kabinet ervoor zorgen dat het nieuwe streefdoel voor 2030 in de Klimaatwet van – 55% ten minste wordt gehaald. In het Coalitieakkoord is een brede set aan maatregelen inclusief een breed fiscaal pakket voorgesteld om de voorgestelde aanscherping van de doelen te realiseren.

Het kabinet is het met het lid Van Raan eens dat een uniforme CO2-heffing in principe de voorkeur heeft vanuit het oogpunt van kosteneffectiviteit. Het kabinet hecht echter ook aan het voorkomen van koolstoflekkage en het borgen van de concurrentiepositie van de industrie. Een dergelijke heffing maakt daarom geen onderdeel uit van de voorgenomen maatregelen, maar zou op Europees/mondiaal niveau ingevoerd moeten worden. Ik ontraad daarom deze motie.

Het Coalitieakkoord bevat een flink aantal fiscale voorstellen die leiden tot een betere beprijzing van de CO2-uitstoot en zet het kabinet zich daarnaast in voor het versterken van het Europese beleid, waaronder de door de Europese Commissie voorgestelde aanscherping van het ETS, de ontwikkeling van een aanvullend ETS voor de gebouwde omgeving en transport en de ontwikkeling van een Carbon Border Adjustment Mechanisme.

De Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten

Naar boven