Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 april 2019
Deze week maakt de korpschef van de politie zoals gebruikelijk de inkomensgegevens
in het kader van de Wet normering topinkomens (hierna: WNT) over het jaar 2018 bekend.
In de bijlage treft u dit overzicht aan1. In deze brief geef ik een toelichting op deze publicatie.
Voor 2018 is de WNT-norm vastgesteld op € 189.000. Voor topfunctionarissen geldt dat
de bezoldiging op de WNT-norm wordt genormeerd, tenzij sprake is van overgangsrecht.
Voor de overige functionarissen geldt vanuit de WNT geen normering, maar geldt er,
indien sprake is van een overschrijding van de WNT-norm, wel een openbaarmakingsplicht.
Het aantal politiefunctionarissen dat meer verdient dan de WNT-norm is vorig jaar
gehalveerd van 22 naar 11. De overschrijdingen zijn onder meer toe te schrijven aan
de in de cao afgesproken algemene loonstijgingen en de stijging van het werkgeversdeel
van de pensioenpremie.
Bij twee van de elf WNT-overschrijdingen gaat het om topfunctionarissen. Zij vallen
onder het WNT-overgangsrecht en zullen vanaf 2019 conform het overgangsrecht in drie
jaar gaan afbouwen.
De bezoldiging van de overige negen functionarissen, die dus geen topfunctionaris
in de zin van de WNT zijn, overschrijdt eveneens de WNT-norm. Hun overschrijdingen
zijn mede toe te schrijven aan de arbeidsvoorwaardelijke afspraken die zij hebben
gemaakt met de voormalige korpsen. De WNT respecteert deze afspraken. Hun inkomensgegevens
worden openbaar gemaakt op functie en niet op naam. Medewerkers van de groep overige
functionarissen hebben zich vrijwillig gecommitteerd aan het afbouwen van het inkomen.
Door de in het WNT-overgangsrecht opgenomen afbouw en de hierboven genoemde vrijwillige
afbouw zal het aantal WNT-overschrijdingen bij de politie verder dalen. Deze beweging
past bij de in het Arbeidsvoorwaardenakkoord sector Politie 2018–2020 (Kamerstuk 29 628, nr. 817) gemaakte afspraak dat de WNT-norm zal gelden voor elke politieambtenaar. De rechtspositie
zal daartoe worden aangepast.
Voor het eerst wordt dit jaar in de WNT-rapportage ook melding gemaakt van het voorwaardelijk
politiepensioen, de zogenaamde Inkoop Max. In het Arbeidsvoorwaardenakkoord sector
Politie 2015–2017 (Kamerstuk 29 628, nr. 609) is de afspraak gemaakt dat over een periode van vijf jaar (2018–2022) het voorwaardelijk
politiepensioen van medewerkers, dat voor 2006 (en dus ruim voor de totstandkoming
van de WNT) is opgebouwd, onvoorwaardelijk wordt gemaakt. Als de WNT-norm hierdoor
wordt overschreden moet dit in de WNT-rapportage worden gemeld.
Aangezien voor het aantal WNT-overschrijdingen binnen de politie een dalende lijn
zichtbaar is, zal ik u in het vervolg niet meer bij afzonderlijke brief over de WNT-ontwikkelingen
binnen de politie informeren. De WNT-cijfers zullen jaarlijks bekend worden gemaakt
in het jaarbericht van de politie.
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus