32 733 Beleidsbrief Defensie

Nr. 48 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 2 november 2011

De vaste commissie voor Defensie1 heeft een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Defensie over de brief van 1 augustus 2011 inzake de start reorganisatie Defensie (Kamerstuk 32 733, nr. 37).

De minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 2 november 2011. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Van Beek

De griffier van de commissie,

De Lange

1

Kunt u uiteenzetten wat de voortgang van de reorganisatie is bij de zeven verschillende defensieonderdelen? Kunt u de taakstellingen/richtlijnen van het numerus fixus-kader van de zeven verschillende defensieonderdelen naar de Kamer sturen?

Met de startbrief van 1 augustus Kamerstuk hebben de hoofden van de zeven defensieonderdelen opdracht gekregen tot de start van de reorganisatie. De Kamer is daarover geïnformeerd in de brief van 1 augustus over dit onderwerp (Kamerstuk 32 733, nr. 37). De periode tot midden september is gebruikt voor onderlinge afstemming en voor de aanscherping van de opdrachten. Tot dat moment was het de hoofden van de defensieonderdelen niet toegestaan onomkeerbare stappen te zetten of maatregelen te treffen. De hoofden van de defensieonderdelen hebben vervolgens concept plannen van aanpak opgesteld voor de reorganisatie en deze midden oktober ter goedkeuring voorgelegd aan de ambtelijke leiding. De aangeboden concept plannen van aanpak zijn beoordeeld op de mate waarin ze voldoen aan de gestelde kaders en richtlijnen uit de startbrief. Eind oktober zijn daarover de laatste besluiten genomen en hebben de hoofden van de defensieonderdelen de definitieve opdracht gekregen om te starten met de uitvoering van de reorganisatie.

De numerus fixus tabellen van de defensieonderdelen zijn als bijlage gevoegd bij deze antwoorden2.

2

Kunt u per dienstonderdeel uiteenzetten hoe de veranderingsorganisatie eruit ziet?

De kaders voor de reorganisatie zijn centraal vastgesteld en er is voorzien in centrale coördinatie, begeleiding en ondersteuning. Dit laat onverlet dat de reorganisatie door de lijnorganisatie wordt uitgevoerd, onder verantwoordelijkheid van de zeven hoofden van de defensieonderdelen. Zij hebben zelf bepaald op welke wijze zij hun veranderorganisatie wilden inrichten. Hieronder wordt per defensieonderdeel weergegeven hoe de veranderingsorganisatie eruit ziet.

Commando zeestrijdkrachten (CZSK)

Een stuurgroep onder leiding van de Commandant zeestrijdkrachten is belast met de algehele leiding over de reorganisatie. De stuurgroep is samengesteld uit de leden van de Admiraliteitsraad, aangevuld met de directeur van het Marinebedrijf. Daarnaast is een transitiemanager benoemd die is belast met de dagelijkse aansturing en regie. De transitiemanager wordt ondersteund door een regiegroep. Voorts zijn vier projectleiders verantwoordelijk voor vier geïdentificeerde deelprojecten.

Commando landstrijdkrachten (CLAS)

De plaatsvervangend Commandant landstrijdkrachten (PC-LAS) is belast met de algehele leiding. Hij wordt daarbij ondersteund door een programmabureau. De besluiten worden genomen door Commandant landstrijdkrachten. De CLAS-brede reorganisatie is onderverdeeld in zes clusters onder leiding van clustervoorzitters. PC-LAS coördineert met de clustervoorzitters in de programmaraad. Binnen ieder cluster is een onderverdeling gemaakt in projecten, die onder leiding van projectmanagers staan. Zij voeren de afzonderlijke deelreorganisaties uit.

Commando luchtstrijdkrachten (CLSK)

De plaatsvervangend Commandant luchtstrijdkrachten (PC-LSK) is belast met de algehele leiding over de reorganisatie. Hij is voorzitter van de regiegroep reorganisaties CLSK. PC-LSK wordt daarbij ondersteund door een back-office. De besluitvorming heeft plaats in de Luchtmachtraad onder voorzitterschap van de Commandant luchtstrijdkrachten. De reorganisaties worden uitgevoerd door de onderdeelscommandanten. Zij zijn benoemd als projectleiders en leggen tijdens de reorganisatie verantwoording af aan PC-LSK.

Koninklijke marechaussee (KMar)

De plaatsvervangend Commandant van de Koninklijke marechaussee (PC-KMar) is belast met de algehele leiding over de reorganisatie. PC-KMar wordt hierin ondersteund door een programmabureau. Het managementteam, dat is samengesteld uit de leden van de Marechausseeraad aangevuld met de districtscommandanten, treedt op als klankbord. Leden van dit managementteam zijn verantwoordelijk voor een deelproject. Zij kunnen dit delegeren aan een projectleider.

Bestuursstaf (BS)

De plaatsvervangend Secretaris-generaal (PSG) is belast met de algehele leiding over de reorganisatie. De PSG stuurt de transitiemanager aan, die verantwoordelijk is voor het opstellen van een reorganisatieplan, de aansturing van de onder hem ressorterende projectleiders en het rapporteren over de voortgang. De projectleiders zijn verantwoordelijk voor een deelresultaat van het reorganisatieplan. Zij rapporteren aan de transitiemanager van de Bestuursstaf over voortgang.

Commando Dienstencentra (CDC)

De commandant van de Nederlandse Defensieacademie treedt namens de commandant van het CDC op als programmamanager. Hij wordt daarbij ondersteund door een programmabureau. De CDC-raad treedt op als klankbord en adviesorgaan. De reorganisaties worden projectmatig in de lijn uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van divisiecommandanten en kwartiermakers. De toekomstige divisiecommandanten en kwartiermakers treden op als projectleiders. Zij dragen zorg voor een juiste inhoudelijke uitvoering van de projecten en zijn verantwoordelijk voor de inzet van de benodigde capaciteit. Het hoofd van het programmabureau is voorzitter van het projectleidersoverleg. Voorts bewaakt hij de onderlinge samenhang en de kwaliteit van de gestelde kaders.

Defensie Materieel Organisatie (DMO)

De DMO-raad vormt de stuurgroep die de mijlpaalproducten van het reorganisatieproces beoordeelt. Daarnaast is een coördinatiegroep ingesteld die is belast met het vaststellen van procedures en algemene spelregels, het bewaken van de voortgang, het oplossen van knelpunten en de onderlinge coördinatie. Binnen de DMO zijn drie projectleiders werkzaam: de projectleider Joint IV Commando, de projectleider Sourcing IVENT en de Directeur Logistieke Bedrijven. De Directeur Logistieke Bedrijven stuurt twee deelprojectleiders aan: een voor stafelementen en een voor projecten, verwerving & wapensysteemmanagement en ketenlogistiek.

3

Wordt de reorganisatie in zijn geheel doorgevoerd met eigen personeel of zijn er derde organisaties bij betrokken? Zo ja, kunt u dit uitsplitsen per defensieonderdeel?

De reorganisatie wordt door de lijnorganisatie uitgevoerd, onder verantwoordelijkheid van de zeven hoofden van de defensieonderdelen. Er is geen aparte, centrale projectorganisatie ingesteld voor de uitvoering van de reorganisatie en er zijn vooralsnog geen derde organisaties betrokken. Zie antwoord 2 voor een overzicht van de veranderingsorganisaties bij de defensieonderdelen.

4

Kunt u uiteenzetten hoe per defensieonderdeel de voorlichting voor medewerkers is georganiseerd?

Ik hecht groot belang aan een goede communicatie met het defensiepersoneel over de bezuinigingen. Op 8 april jl., de dag van verzending van de beleidsbrief Defensie na de kredietcrisis (Kamerstuk 32 733, nr. 1) aan de Tweede Kamer, en daarna zijn voorlichtingsbijeenkomsten gehouden om het defensiepersoneel te informeren.

De communicatie is in de lijn belegd. Dit betekent dat medewerkers door hun leidinggevenden op de hoogte worden gehouden van de ontwikkelingen en de besluiten die door de top van Defensie worden genomen. Daarvoor is gekozen omdat per defensieonderdeel een boodschap «op maat» is vereist, zeker naarmate meer duidelijk wordt over de deelreorganisaties. Vanuit de Directie Communicatie zijn kaders en centrale boodschappen opgesteld ter ondersteuning daarvan. Op een speciale intranetsite worden onder meer antwoorden gegeven op veelgestelde vragen en wordt wekelijks een column van een hooggeplaatste defensiefunctionaris gepubliceerd. Daarnaast hebben de defensieonderdelen allemaal een eigen intranet «reorganisatiesite» ingericht, waar het personeel de laatste ontwikkelingen en overige informatie kan vinden met betrekking tot de reorganisatie binnen het eigen defensieonderdeel. De Defensiekrant besteedt voorts wekelijks aandacht aan de bezuinigingen en laat daarbij ook het personeel aan het woord. Ook in hun eigen onderdeelsbladen besteden commandanten aandacht aan de reorganisatie.

Zoals uiteengezet in de beleidsbrief zal het nog geruime tijd duren voordat elke werknemer van Defensie duidelijkheid heeft over zijn of haar toekomst. Ik ben mij er ten volle van bewust dat dit voor het personeel onzekerheid meebrengt. Omdat ik het van groot belang vind te weten wat er leeft onder personeelsleden, organiseer ik regelmatig bijeenkomsten waarbij ik zelf met hen van gedachten kan wisselen.


X Noot
1

Samenstelling:

Leden: Miltenburg, A. van (VVD), Eijsink, A.M.C. (PvdA), Knops, R.W. (CDA), Brinkman, H. (PVV), Broeke, J.H. ten (VVD), Voordewind, J.S. (CU), Jacobi, L. (PvdA), Dijk, J.J. van (SP), Thieme, M.L. (PvdD), Rouwe, S. de (CDA), ondervoorzitter, Monasch, J.S. (PvdA), El Fassed, A. (GL), Grashoff, H.J. (GL), Holtackers, M.P.M. (CDA), Bosman, A. (VVD), Berndsen, M.A. (D66), Hachchi, W. (D66), Hernandez, M.M. (PVV), Kortenoeven, W.R.F. (PVV), Staaij, C.G. van der (SGP), Beek, W.I.I. van (VVD), voorzitter, Bommel, H. van (SP) en Timmermans, F.C.G.M. (PvdA).

Plv. leden: Dijkhoff, K.H.D.M. (VVD), Wolbert, A.G. (PvdA), Ferrier, K.G. (CDA), Helder, L.M.J.S. (PVV), Caluwé, I.S.H. de (VVD), Wiegman-van Meppelen Scheppink, E.E. (CU), Samsom, D.M. (PvdA), Irrgang, E. (SP), Ouwehand, E. (PvdD), Ormel, H.J. (CDA), Heijnen, P.M.M. (PvdA), Peters, M. (GL), Braakhuis, B.A.M. (GL), Haverkamp, M.C. (CDA), Hennis-Plasschaert, J.A. (VVD), Schouw, A.G. (D66), Pechtold, A. (D66), Roon, R. de (PVV), Bontes, L. (PVV), Dijkgraaf, E. (SGP), Taverne, J. (VVD), Raak, A.A.G.M. van (SP) en Smeets, P.E. (PvdA).

X Noot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven