32 733 Beleidsbrief Defensie

Nr. 35 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 juni 2011

Tijdens het notaoverleg van 6 juni jl. (kamerstuk 32 733, nr. 31) over de beleidsbrief van 8 april jl. (kamerstuk 32 733, nr. 1) heb ik toegezegd de Kamer nader te informeren over de mogelijke doelmatigheidswinst bij de bouw van een spuiterij op het Logistiek Centrum Woensdrecht (LCW). Ook zou ik terugkomen op de interne lening van het ministerie van Financiën aan Defensie voor nieuwbouwplannen op de locatie Woensdrecht, in het bijzonder op de looptijden en de rentepercentages.

Spuiterij op het LCW

Spuitwerkzaamheden op het LCW worden samen met reparaties aan plaatwerk of kunststoffen als een geïntegreerd proces uitgevoerd op het Werkcentrum Vliegtuigplaatwerkerij, Kunststoffen en Schilderen (VKS). Het Werkcentrum VKS verricht spuitwerkzaamheden aan onderdelen van vliegtuigen en helikopters. Spuitwerkzaamheden aan gehele luchtsystemen worden momenteel uitbesteed, onder meer aan Fokker Services. Defensie besluit tot in- of uitbesteding of tot samenwerking bij de instandhouding van materieel als daardoor de prestaties verbeteren of de kosten dalen. In dit geval spelen bovendien de infrastructurele beperkingen van het LCW een rol. Zo passen de Chinook en de NH-90-helikopters niet in de huidige faciliteiten op het Werkcentrum VKS. Daarnaast is de arboregelgeving van belang. De arboregels voor de verwerking van strontiumchromaathoudende verf zijn bijvoorbeeld strenger dan waarvoor het Werkcentrum VKS momenteel is ingericht.

Tijdens het notaoverleg heb ik gemeld dat momenteel onderzoek wordt verricht naar de bouw van een nieuwe spuiterijfaciliteit. Uit de tussentijdse rapportage blijkt dat de uitvoering van spuitwerkzaamheden en reparaties aan alle luchtsystemen en onderdelen hiervan in eigen beheer op één locatie voordelen kan opleveren. De synergie die door deze nieuwe werkwijze ontstaat, kan leiden tot een hogere beschikbaarheid van de wapensystemen, tot lagere voorraden en daarmee tot een kostenvermindering voor Defensie. De resultaten van de tussentijdse rapportage worden momenteel geverifieerd.

Tijdens het notaoverleg kwam ook de spuiterij van Fokker Services aan de orde. Ik heb onder meer naar voren gebracht dat deze spuiterij niet voldoet aan de arboregelgeving. De heer Ten Broeke maakte melding van een aanbod van Fokker Services om de eigen spuiterij te verbeteren. Dit aanbod is Defensie niet bekend. Als Fokker een dergelijk aanbod zou doen, dan zal dit worden betrokken bij het onderzoek. Verder wordt momenteel onderzocht of publiek-private samenwerking bij de bouw van de nieuwe faciliteit op het terrein van het LCW voordelen kan opleveren. Hiervoor bestaat interesse bij verscheidene bedrijven.

Het onderzoek sluit aan bij het initiatief van de Defensie Materieel Organisatie en de defensiegerelateerde industrie om kansrijke gebieden voor samenwerking in kaart te brengen. In de begroting voor 2012 zal de Kamer worden geïnformeerd over de stand van zaken.

Interne lening van het ministerie van Financiën

Op grond van de Regeling basten-lastendienst 2007 verstrekt het ministerie van Financiën leningen voor de financiering van vaste activa voor baten-lastendiensten. Begin 2007 hebben de ministers van Financiën en Defensie besloten vier infrastructuurprojecten van Defensie op deze wijze te financieren. Het betreft bouwprojecten op de vliegbasis Gilze-Rijen, bij de Koninklijke Marechaussee op Schiphol, bij het Landelijk Opleiding- en Kenniscentrum van de Koninklijke marechaussee in Apeldoorn en op de vliegbasis Woensdrecht.

De Dienst Vastgoed Defensie (DVD), een baten-lastendienst, beheert de leningen. De looptijden van de leningen zijn gelijk aan de periode voor de afschrijving van de investering. Op grond van de Regeling baten-lastendienst 2007 mag Defensie geen leningen sluiten met commerciële partijen buiten het ministerie van Financiën om.

De rentepercentages van de reeds gesloten leningen voor bouwprojecten lopen uiteen van 2,92 procent tot 4,96 procent. De percentages zijn afhankelijk van de looptijd. Voor projecten op het gebied van infrastructuur gelden looptijden van in beginsel 50 jaar.

De heer Ten Broeke maakte tijdens het notaoverleg melding van een financieringsconstructie voor de nieuwbouwplannen op de locatie Woensdrecht. Hierbij zou Defensie € 69 miljoen kunnen lenen van het ministerie van Financiën tegen een rente van 7 procent en een looptijd van 53 jaar. Dit percentage van 7 procent is kennelijk berekend op grond van gegevens in een intern document, op grond waarvan geen besluiten zijn genomen. Uitgaande van een beroep op de leenfaciliteit voor 53 jaar wordt in het desbetreffende stuk de jaarlijkse beslaglegging op de financiële middelen geraamd op ongeveer € 5 miljoen. Deze betaling betreft naast de rente echter ook de aflossing van de lening.

Defensie is voornemens op korte termijn een beroep te doen op de leenfaciliteit ten behoeve van het bouwproject «Hoger onderhoud Woensdrecht». Dit project staat los van de eerdergenoemde spuiterijfaciliteit. Defensie zal bij het ministerie van Financiën een lening sluiten tegen de op dat moment geldende rentepercentages. In het kader van de Regeling baten-lastendiensten 2007 brengt het ministerie van Financiën op 1 april en 1 oktober een renteaanschrijving uit. In deze aanschrijving zijn de rentepercentages die verbonden zijn aan de leenfaciliteit vastgelegd. In het onderstaande overzicht worden de rentepercentages weergegeven die het ministerie van Financiën momenteel hanteert. In de afgelopen periode is voor leningen met een looptijd langer dan 30 jaar het rentepercentage van 16 tot en met 30 jaar gehanteerd.

Looptijd lening

Rente % = ERSL1

Korter dan 1 jaar

leningen worden niet verstrekt

1 jaar

1,82

2 jaar

1,82

3 jaar

2,20

5 jaar

2,80

6 t/m 9 jaar

3,28

10 t/m 15 jaar

3,66

16 t/m 30 jaar

3,86

X Noot
1

ERSL = Effectief Rendement op Staatsleningen.

De minister van Defensie,

J. S. J. Hillen

Naar boven