32 670 Voortgang Natura 2000

Nr. 145 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 mei 2019

In ons dichtbevolkte land, waar veel verschillende functies een beroep doen op de schaars beschikbare ruimte, is het beschermen van natuurwaarden een belangrijke opgave voor de maatschappij als geheel, maar in het bijzonder voor de overheid.

De waarden die met de natuur samenhangen zijn het waard om ons voor in te zetten. Natuur is ten eerste noodzakelijk. Het is de basis van ons bestaan. Natuur is bovendien mooi. Mensen genieten ervan en raken er door ontroerd. Maar natuur is vaak ook kwetsbaar. En verdient daarom onze aandacht en bescherming.

In Europees verband is die bescherming met name vormgegeven door de Vogelrichtlijn (VR, 1979) en de Habitatrichtlijn (HR, 1992). Deze natuurrichtlijnen hebben hun effectiviteit bewezen, zoals eind 2016 is geconstateerd in de Europese Fitness Check. Tegelijk is in de praktijk duidelijk geworden dat de richtlijnen een dusdanig krachtig instrument zijn, met gevolgen voor andere functies, dat het belangrijk is om er prudent mee om te gaan.

Het traject om het Natura 2000-netwerk vorm te geven door Vogel- en Habitatrichtlijngebieden aan te wijzen, wil ik graag afronden. Tegelijk is het belangrijk om het beleid actueel te houden, door – waar nodig – wijzigingsbesluiten te nemen en praktijkproblemen op te lossen.

Actualisatie Natura 2000: landelijke doelen en oplossingen voor praktijkproblemen

Bij Natura 2000 wordt sinds 2006 gewerkt met een beleidskader in de vorm van het Natura 2000 Doelendocument. Zoals eerder aan uw Kamer toegezegd, is inmiddels gestart met het actualiseren van dit beleidskader, tegen de achtergrond van de Europese Fitness Check en het daarop volgende EU-Actieplan.

Medeoverheden hebben grote behoefte aan het oplossen van knelpunten in de uitvoering van de richtlijnen. Omdat de Fitness Check niet tot veranderingen van de Vogel- en de Habitatrichtlijn heeft geleid, wordt nu door hen uitgekeken naar een evaluatie en actualisatie van het Nederlandse doelensysteem.

Het project wordt uitgevoerd door een samenwerkingsverband van de Ministeries van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en Infrastructuur en Waterstaat (I&W) en de provincies. De inzet van de actualisatie is dat de implementatie van de natuurrichtlijnen effectiever en efficiënter wordt: doelen efficiënter behalen, procedures eenvoudiger doorlopen en verbeteren van synergie met andere beleidsopgaven.

Bij de actualisatie zal rekening worden gehouden met actuele gegevens over de «staat van instandhouding» voor habitattypen en HR-soorten en nieuwe populatieaantallen en -trends voor vogels. Landelijke doelen zouden hiermee moeten corresponderen. Aangezien deze doelen stammen uit 2006 is een update in het kader van de actualisatie gewenst.

Begin oktober 2018 vond een bilateraal ambtelijk overleg plaats met vertegenwoordigers van de Europese Commissie. Het overleg was één van de acties voortkomend uit het EU-Actieplan. Tijdens dit overleg zijn enkele Nederlandse dilemma’s besproken die betrekking hebben op een gebrek aan flexibiliteit in de regelgeving. De Commissie gaf aan begrip te hebben voor de Nederlandse situatie en heeft aangeboden naar oplossingen te zoeken voor de ervaren knelpunten. Ik verwacht dat op korte termijn zal worden gereageerd op de door Nederland voorgelegde vragen.

Dit jaar zullen voor alle knelpunten oplossingen worden onderzocht en daarna wordt gekeken of en hoe de oplossingen doorgevoerd worden in de aanwijzingsbesluiten van Natura 2000-gebieden.

De resultaten zullen aan uw Kamer worden gecommuniceerd.

Aanwijzingsbesluiten Natura 2000

Nederland zit in de afrondende fase van het proces om beschermde gebieden aan te wijzen vanwege de Vogelrichtlijn en de Habitatrichtlijn. Vogelrichtlijngebieden worden vanaf de jaren ’90 aangewezen en Habitatrichtlijngebieden vanaf 2008. Tegelijk is het noodzakelijk wijzigingsbesluiten te nemen vanwege nieuwe feiten.

Ik ben voornemens het komende jaar de volgende besluiten te nemen:

  • Krammer-Volkerak: definitieve aanwijzing als HR-gebied en formulering van instandhoudingsdoelstellingen voor het reeds aangewezen VR-gebied.

  • Zoommeer: formuleren instandhoudingsdoelstellingen voor het reeds aangewezen VR-gebied.

  • Maas bij Eijsden: aanwijzing als HR-gebied; het betreft een stukje voormalig Waals HR-gebied dat per 1 januari 2018 Nederlands is geworden en nu afzonderlijk op de Communautaire Lijst staat.

  • Broekvelden, Vettenbroek & Polder Stein: van het VR-gebied zal een gedeelte ook onder de HR worden beschermd. In 2016 is de Europese Commissie een inbreukprocedure gestart om de eerdere onterechte intrekking als HR-gebied ongedaan te maken. Een volgende stap in de procedure bij het Europese Hof van Justitie is aanstaande, zo heeft de Commissie meegedeeld. Die stap wil ik niet afwachten. De aanmelding vindt deze maand plaats en de aanwijzingsprocedure wordt gestart.

Het komende jaar worden ook bestaande besluiten gewijzigd vanwege nieuwe ecologisch feiten. Dit betreft gebieden die reeds zijn aangewezen, maar waarvan de grenzen of de doelen (in beperkte mate) worden gewijzigd. Voor honderd gebieden tegelijk wordt een wijzigingsbesluit «Aanwezige waarden» gepubliceerd. Dit betreft een correctie vanwege de noodzaak om habitattypen en soorten te beschermen die er ook al waren op het moment van aanwijzen. Het ontwerp hiervoor werd op 5 maart 2018 gepubliceerd (Staatscourant 2018, 12368). Een uitleg van deze procedure is gegeven in de brief aan uw Kamer van 21 maart 2016 (Kamerstuk 32 670, nr. 107).

Zowel door de actualisering van het beleidskader als door de genoemde aanwijzingsbesluiten verwacht ik dat er in het komende jaar met nieuwe energie gewerkt zal worden aan de voortgang van een effectieve en efficiënte bescherming van natuur in het Natura 2000-netwerk.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Naar boven