32 645 Kernenergie

Nr. 44 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 januari 2013

In de brief, kenmerk Tweede Kamer, vergaderjaar 2010–2011, 25 422 nr. 88, d.d. 14 september 2011, heeft mijn voorganger u toegezegd de ontwikkelingen naar aanleiding van «Fukushima» op de voet te zullen volgen en u daarvan op de hoogte te houden.

In dit licht stuur ik u hierbij het Nationaal Actieplan ter informatie toe1. Het Nationaal Actieplan is een vervolgstap op de Europese stresstest bij kerncentrales. Het geeft een overzicht van activiteiten en maatregelen die zijn genomen of gepland bij de kerncentrale Borssele en bij het ministerie van Economische Zaken en de Kernfysische Dienst.

Het Nationale Actieplan is opgesteld in het Engels en volgens een in de EU afgesproken format. In het voorjaar van 2013 organiseert de EU een collegiale toetsing (peer review), waar de door de EU-lidstaten opgestelde nationale actieplannen bediscussieerd worden.

Ik zal u in de zomer van 2013 berichten over de uitkomsten van deze peer review.

Achtergrond

In maart 2011 vond in Japan na een zeer zware aardbeving gecombineerd met een verwoestende tsunami het ongeval met de Fukushima Dai ichi centrale plaats. Naar aanleiding daarvan besloot de Europese Raad tot een aanvullende risicoanalyse, ook wel genoemd «stresstest». Voor alle kerncentrales in Europa werd onderzocht wat de veiligheidsmarges zijn, ook onder extreme omstandigheden. De nationale rapportages daarover zijn in Europees verband in 2012 besproken en collegiaal getoetst. De bevindingen zijn verzameld en gedocumenteerd onder de vlag van ENSREG2, een organisatie van experts van deskundigen van regelgevende autoriteiten.

In aanvulling daarop is in het kader van het Verdrag betreffende Nucleaire Veiligheid (Convention on Nuclear Safety, CNS) in 2012 een extra bijeenkomst gehouden voor nog een collegiale toetsing. Hierbij ging de aandacht niet enkel uit naar de veiligheidsmarges en verbetermogelijkheden bij de kerncentrales, maar ook naar zaken die de regulatory body (het bevoegd gezag) betreffen. Dit betrof onder andere organisatie van de overheid, de rampenbestrijding en de internationale samenwerking.

De bevindingen van de collegiale toetsingen in ENSREG en CNS verband zijn door ENSREG bijeengebracht als basis voor een volgende collegiale toetsing in het voorjaar van 2013. Als voorbereiding daarop dienen de participerende landen wederom een nationaal rapport in, met de focus op genomen en geplande verbetermaatregelen bij zowel bedrijvers van kerncentrales als bij de diverse overheden. Daarom wordt het rapport een Nationaal Actieplan (National Action Plan, NAcP) genoemd.

Structuur en inhoud van het rapport

ENSREG heeft de structuur voor het Nationaal Actieplan voorgeschreven. Het Nationaal Actieplan kent vier delen: I, II, III en IV.

In de eerste twee delen (I en II) moet de regulatory body voor ieder punt uit een lijst van internationaal verzamelde bevindingen aangeven hoe daarmee in het eigen land wordt omgegaan. Bij deel I gaat het voornamelijk over zaken die de verantwoordelijkheid van vergunninghouders (van kerncentrales) zijn, in deel II ligt het accent meer op zaken die de overheden betreffen.

In deel III is ruimte voor nationale bevindingen, voor zover die niet eerder in internationaal verband (ENSREG, CNS) zijn verzameld.

In deel IV worden de nationale acties genummerd gepresenteerd, met een tabel voor acties bij de vergunninghouder en een tabel voor acties bij de overheid. Hierbij is voor iedere actie de actuele status en planning aangegeven. De meeste van de acties zijn eerder vermeld in de brief van 20 december 2011, kenmerk Tweede Kamer, vergaderjaar 2011–2012 32 645 nr. 32, de brief van 18 juni 2012, kenmerk Tweede Kamer, vergaderjaar 2011–2012 32 645 nr. 40 en in de brief van 24 oktober 2012, kenmerk Tweede Kamer, vergaderjaar 2011–2012, 25 422 nr. 92.

Het Nationaal Actieplan bevat een nieuwe actie die nog niet eerder aan u is gerapporteerd. Dit betreft een analyse van de consequenties van het «phase-out» (uitfasering) van de Duitse kerncentrales voor de kerncentrale Borssele en de Nederlandse regulatory body. De kerncentrale Borssele is een Duits ontwerp van de firma Siemens-KWU. De vergunninghouder N.V. Elektriciteits-Produktiemaatschappij Zuid-Nederland EPZ en de Nederlandse overheid steunen op de kennis bij en ervaring met vergelijkbare kerncentrales in Duitsland.

Het gaat om het uitwisselen van technische gegevens en van «operating experience» (bedrijfservaringen), het gebruik van de Borssele simulator in het Duitse Essen, het uitwisselen van kennis en expertise via bilaterale contacten en het inschakelen van Duitse organisaties voor de technische ondersteuning van de overheid. Als gevolg van de phase-out in Duitsland komt deze steun op termijn te vervallen.

De minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
2

ENSREG: European Nuclear Safety Regulators Group

Naar boven