32 637 Bedrijfslevenbeleid

21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken

Nr. 213 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Ontvangen ter Griffie op 20 november 2015.

De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling is aan de Kamer overgelegd tot en met 20 december 2015.

De voordracht voor de vast te stellen ministeriële regeling kan niet eerder worden gedaan dan op 21 december 2015.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 november 2015

In de Comptabiliteitswet 2001 is sinds 1 januari 2014 bepaald dat subsidieregelingen een vervaltermijn van maximaal vijf jaar kennen en dat reeds bestaande subsidieregelingen maximaal tot 1 juli 2017 mogen doorlopen. Titels 3.7 (Eurostarsprojecten), 3.8 (Internationaal innoveren) en 3.9 (Innovatiekredieten) van de Regeling nationale EZ-subsidies (RNES) hebben derhalve een vervaldatum van 1 juli 2017. In 2013 en 2014 zijn de instrumenten Innovatiekredieten, Eurostars en de Eureka-clusters geëvalueerd. De evaluatierapporten heb ik aan uw Kamer gestuurd (Kamerstuk 32 637, nr. 73 en Kamerstuk 21 501-07, nr. 1191). De evaluaties geven aanleiding om de vervaldata van de desbetreffende instrumenten te wijzigen.

Bovendien blijkt uit de financieringsmonitor 2015-1 (Kamerstuk 32 637, nr. 196) dat met name voor het mkb het aantrekken van financiering voor risicovolle projecten een uitdaging is. Innovatieprojecten brengen vaak grote technische en commerciële risico’s met zich mee. Het is dan ook onverminderd belangrijk om innovatie door bedrijven te ondersteunen. De genoemde instrumenten spelen hierbij een belangrijke rol. Het Innovatiekrediet¹ maakt het met name voor het mkb mogelijk om financiering aan te trekken voor risicovolle innovatieprojecten. Ook Eurostars² en de Eureka-clusters³ ondersteunen in meerderheid het mkb bij het mogelijk maken van innovatieprojecten.

De in opdracht van Ministerie van Economische Zaken uitgevoerde Evaluatie Uitdagerskrediet en Innovatiekrediet (Kamerstukken II 2012/13, 32 637, nr. 73) toont dat het Innovatiekrediet een doeltreffend instrument is. Voor het Innovatiekrediet wordt daarom een gewijzigde vervaldatum van 1 juli 2019 voorgesteld. De Evaluatie Uitdagerskrediet en Innovatiekrediet beveelt aan om de evaluatie vóór 2019 opnieuw uit te voeren op basis van uitgebreider datamateriaal.

In de Kamerbrief over de evaluatie van Eureka⁴ en Eurostars van 6 november 2014 (Kamerstuk 21 501-07, nr. 1191) is het voornemen opgenomen om Eureka-programma’s te verlengen. Eurostars is onderdeel van het Europese onderzoek- en innovatieprogramma Horizon 2020 en heeft daarom een looptijd van 2014–2020.

Het ligt voor de hand om de vervaldatum van Eurostars daarmee gelijk te trekken. Dat houdt een vervaldatum in van 1 januari 2021 voor titel 3.7 van de RNES.

CATRENE loopt tot eind 2015 en zal worden opgevolgd door PENTA, met een looptijd tot 2021. PENTA houdt eveneens gelijke tred met het EU-innovatieprogramma Horizon 2020, dat ultimo 2020 afloopt. ITEA3 loopt tot en met 2021. Het voorstel is om voor titel 3.8 van de RNES 1 januari 2021 als vervaldatum te hanteren, om een eventueel vervolg van de genoemde programma’s in samenhang met het vervolg op Horizon 2020 te kunnen bezien⁵.

In overeenstemming met artikel 24a, vierde lid van de Comptabiliteitswet 2001 leg ik de regeling die strekt tot wijziging van de tijdstippen waarop de instrumenten vervallen aan u voor⁶ en zal ik deze regeling niet eerder vaststellen dan 30 dagen na verzending van deze brief.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

---

1 Het Innovatiekrediet maakt het voor met name het kleinbedrijf mogelijk om financiering aan te trekken voor risicovolle innovatieprojecten. Met een Innovatiekrediet kan voor kleine ondernemingen 45% en voor middelgrote en grote ondernemingen respectievelijk 35% en 25% van de ontwikkelingskosten van een project worden gefinancierd tot een maximum van € 10 mln.

2 Eurostars bevordert internationale samenwerking op gebied van onderzoek en ontwikkeling door met name het hightech mkb. Eurostars-2 geeft sinds 2014 vervolg aan het Eurostars-programma van de periode 2007–2013. Voor Eurostars stelt het Ministerie van EZ een bedrag beschikbaar van jaarlijks ongeveer € 13 miljoen. De EU verhoogt dat bedrag met een top-up van tot 33%.

3 ITEA3 en CATRENE/PENTA dragen bij aan de totstandkoming van strategische netwerken van industrie en kennisinfrastructuur over geheel Europa. CATRENE/PENTA betreft onderzoek op het gebied van de micro- en nano-elektronica; ITEA3 is gericht op software voor software-intensieve diensten en systemen. De programma’s zijn een belangrijk onderdeel van het innovatiecontract van de topsector Hightech Systemen en Materialen (HTSM).

4 Eureka is een netwerk van 40 landen, met participatie van de Europese Commissie, dat internationale samenwerking ondersteunt van innovatieve bedrijven om economische groei en werkgelegenheid te genereren in Europa. Eurostars, CATRENE/PENTA, ITEA3 en Eureka-innovatieprojecten zijn programma’s die worden uitgevoerd onder de vlag van Eureka.

5 Naast ITEA en CATRENE maken ook de Eureka-innovatieprojecten onderdeel uit van Titel 3.8 van de RNES. Het programma ondersteunt bedrijven die met een buitenlandse partner samenwerken aan marktgericht onderzoek en ontwikkeling, ongeacht bedrijfsomvang of economische sector. Sinds 2012 is hiervoor in Nederland geen budget meer beschikbaar. Naar aanleiding van de beleidsevaluatie van 2014 is echter besloten om de regeling nog niet te schrappen. Momenteel wordt door het Eureka-netwerk namelijk gewerkt aan een modernisering van het programma.

6 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.