32 605 Beleid ten aanzien van ontwikkelingssamenwerking

Nr. 154 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 november 2014

In de brief van 25 februari 2014 (Kamerstuk 32 605, nr. 138) werd de opschorting aangekondigd van de Nederlandse steun aan de Ugandese overheid in de justitiële sector. Dit gebeurde naar aanleiding van de ondertekening door President Museveni van de anti-homowet. Nederland schortte de hulp op aan organisaties die de anti-homowet openlijk steunen en de hulp aan de Ugandese overheid via het SWAp fonds voor de Justice, Law and Order Sector (JLOS). Dit besluit is door de Nederlandse ambassade in Kampala aan de Ugandese autoriteiten overgebracht. Daarmee gaf Nederland een krachtig signaal dat deze wet onacceptabel is en ingaat tegen internationale mensenrechtenverdragen.

Met deze brief wordt uw Kamer geïnformeerd dat de steun via het SWAp fonds voor de JLOS definitief is stopgezet. Het bestuur van de mede door Nederland gefinancierde Democratic Governance Facility (DGF) in Uganda heeft besloten de hulprelatie met de Interreligious Council definitief te beëindigen. Dit besluit is op 1 juli 2014 geëffectueerd. Zoals toegezegd aan de Kamer is eveneens besloten geen Nederlandse financiële bijdragen meer in te zetten ter ondersteuning van de door DGF gefinancierde activiteiten van de Ugandese Parlementscommissie. Het kabinet heeft bovendien besloten om de JLOS-steun via het NICHE/Nuffic programma definitief te beëindigen.

Conform de wensen van uw Kamer, heeft het kabinet besloten een gedeelte van het niet uitgegeven budget van de JLOS-steun in te zetten ter intensivering van de steun aan de rechtsorde, mensenrechten (LHBT) en het maatschappelijk middenveld. Dit besluit heeft geleid tot de volgende nieuwe initiatieven:

  • Een driejarig programma dat zich richt op de bescherming van mensenrechtenverdedigers en beveiliging van mensenrechtenorganisaties in Uganda. De aanvangsdatum is 1 december en het jaarlijkse budget bedraagt zo’n € 300.000. Het project biedt bescherming en opvang aan mensenrechtenverdedigers in nood die zich inzetten voor de LHBT gemeenschap, vrouwenrechten, corruptie en landrechten. De bescherming van de belangen van de lokale bevolking in het kader van exploratie en exploitatie van grondstoffen en mineralen valt hier ook onder.

  • In overleg met de andere JLOS-donoren zoals Zweden, Denemarken en Ierland, worden door de Nederlandse ambassade verschillende mogelijkheden verkend om in onderling samenhangende steun op maat overeen te komen. Overheidsinstellingen die verantwoordelijk zijn voor implementatie en naleving van wetgeving worden buiten beschouwing gelaten. Ondersteuning van «transitional justice», van controlerende instellingen zoals de Rekenkamer, de Ombudsman, de nationale Mensenrechtencommissie wordt verkend. Kennis- en opleidingsinstellingen behoren daar ook toe.

  • Het Bestuur van de Democratic Governace Facility (DGF) heeft ingestemd met het voorstel (door Nederland en Noorwegen) tot intensivering en uitbreiding van de door DGF ondersteunde projecten en programma’s op het gebied van «access to justice», mensenrechten en «oil governance». Nederland heeft voor dit jaar € 1 miljoen extra ter beschikking gesteld en voor volgend jaar is een additionele € 500.000 voor DGF gebudgetteerd.

  • De resterende Nuffic/NICHE middelen zullen worden ingezet om een nieuw programma «op maat» op te zetten waarbij nadrukkelijk aansluiting wordt gezocht bij het regionale Grote Meren programma, bijvoorbeeld op het gebied van transitional justice.

De politieke ontwikkelingen in Uganda hebben intussen niet stil gestaan. Het Ugandese Constitutioneel Hof heeft afgelopen augustus de anti-homowet nietig verklaard. Toch besloot het kabinet de opgeschorte hulp aan de JLOS definitief te beëindigen, omdat niet kan worden uitgesloten dat een dergelijk wetsvoorstel opnieuw op de politieke agenda komt te staan. Er zijn namelijk direct na de nietigverklaring initiatieven genomen door parlementariërs, gesteund door een aantal religieuze leiders, om de wet opnieuw in behandeling te nemen. Zeer recentelijk is gebleken dat een dergelijk initiatief weliswaar heeft geleid tot een concept wetsontwerp maar vooralsnog blijft onduidelijk of en wanneer dit ontwerp in het parlement zal worden besproken. De kans blijft dus bestaan dat een dergelijk wetsvoorstel opnieuw wordt geagendeerd in de aanloop naar de verkiezingen van 2016. De verklaring van president Museveni dat een dergelijke wet het land veel schade berokkent en derhalve niet meer aan de orde zou mogen komen, doet daar niet aan af. Het besluit tot agendering ligt immers bij de voorzitter van het parlement. Mocht in de toekomst blijken dat een nieuw wetsvoorstel inderdaad niet meer aan de orde is, zou Nederlandse steun aan JLOS opnieuw kunnen worden overwogen.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen

Naar boven