Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 31 mei 2013
Op 15 april j.l. heb ik u geïnformeerd over de relatie tussen de wetsvoorstellen 33 243, 33 253 en 32 402. U heeft in de vergadering van de commissie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
van 23 april j.l. besloten om, gelet op de onderlinge samenhang, met de behandeling
van de beide laatstgenoemde wetsvoorstellen te wachten tot het moment dat de Wet kwaliteit,
klachten en geschillen zorg aan uw Kamer ter behandeling wordt aangeboden.
Graag wil ik met deze brief uw aandacht vragen voor de urgentie van de genoemde wetsvoorstellen
33 243 en 33 253 en wil ik ingaan op de door u veronderstelde samenhang met het wetsvoorstel 32 402. Er is geen sprake van een samenhang met het wetsvoorstel 32 402 die ertoe zou moeten leiden dat deze wetsvoorstellen alleen in onderlinge samenhang
door uw Kamer kunnen worden behandeld. Het gaat namelijk om zelfstandige wetsvoorstellen
met een eigenstandige betekenis, die weliswaar een zekere onderlinge relatie vertonen,
maar die ook los van elkaar, eventueel op verschillende tijdstippen, in werking kunnen
treden. De wetsvoorstellen regelen elk een afzonderlijke materie.
Bovendien is het volgende van belang. Het wetsvoorstel Kwaliteitsinstituut past de
Zorgverzekeringswet en de Kwaliteitswet zorginstellingen aan; het wetsvoorstel Continuїteit
van zorg, zorgspecifieke fusietoets en opsplitsingbevoegdheid past de Wet marktordening
gezondheidszorg en de Kwaliteitswet aan. Indien en zodra de Wet kwaliteit, klachten
en geschillen zorg (Wkggz) in werking treedt zal de Kwaliteitswet opgaan in deze wet,
inclusief de wijzigingen die in de Kwaliteitswet worden aangebracht bij inwerkingtreding
van de wetten Kwaliteitsinstituut en Continuїteit van zorg, zorgspecifieke fusietoets
en opsplitsingbevoegdheid.
Daarenboven is een spoedige behandeling van het wetsvoorstel Kwaliteitsinstituut en
het wetsvoorstel waarmee de zorgspecifieke fusietoets wordt geregeld, urgent. Voor
het Kwaliteitsinstituut is deze urgentie gelegen in het feit dat zonder dat het wetsvoorstel
33243 kracht van wet heeft het Kwaliteitsinstituut geen doorzettingsmacht heeft en
de medewerkers van het ministerie van VWS die werkzaamheden verrichtten op het terrein
van het Kwaliteitsinstituut niet formeel overgeplaatst kunnen worden naar het Kwaliteitsinstituut.
Ten aanzien van het wetsvoorstel waarmee de zorgspecifieke fusietoets een feit wordt
is de spoed gelegen in de ontwikkelingen op het gebied van fusies in de sector en
de verantwoordelijkheid van de overheid ten aanzien van de publieke belangen kwaliteit
en bereikbaarheid. Om die reden heb ik destijds op aandringen van de Tweede Kamer
zelfs een spoedadvies van de Raad van State op het wetsvoorstel gevraagd.
Zoals blijkt uit het voorgaande hecht ik sterk aan een spoedige behandeling van de
wetsvoorstellen Kwaliteitsinstituut en Continuїteit van zorg, zorgspecifieke fusietoets
en opsplitsingbevoegdheid.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.I. Schippers