32 372 Wijziging van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden in verband met de implementatie van Europese regelgeving op het gebied van het op de markt brengen en het duurzame gebruik van gewasbeschermingsmiddelen

Nr. 61 MOTIE VAN HET LID OUWEHAND

Voorgesteld 13 september 2011

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat de Kamer heeft gevraagd (32 372, nr. 19) om een volledige herbeoordeling van reeds toegelaten neonicotinoïden op de effecten ervan op de gezondheid van bijen;

constaterende, dat het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (CTGB) een zeer beperkte literatuurstudie heeft gedaan ter uitvoering van deze motie, waarbij de meest recente wetenschappelijke inzichten buiten beschouwing zijn gelaten;

van mening dat, de huidige toelatingen van neonicotinoïden hiermee nog steeds een gevaar vormen voor het optreden van verhoogde bijensterfte;

verzoekt de regering de herbeoordeling van neonicotinoïden van het CTGB voor toetsing voor te leggen aan onafhankelijke onderzoekers,

en gaat over tot de orde van de dag.

Ouwehand

Naar boven