32 011 Tabaksbeleid

Nr. 48 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 december 2015

Met deze brief wil ik u informeren over de stand van zaken met betrekking tot de motie van de leden Volp en Dik-Faber over een displayban voor tabaksproducten in supermarkten (Kamerstuk 32 011, nr. 41); de motie van de leden Volp en Pia Dijkstra over nadere afspraken met Koninklijke Horeca Nederland (Kamerstuk 32 011, nr. 42); en de motie van het lid Volp over een publiekscampagne met rolmodellen en een voorlichtingshulplijn (Kamerstuk 32 011, nr. 43). Tot slot informeer ik u met deze brief over mijn toezegging om met de Staatssecretaris van OCW te spreken over sancties met betrekking tot de rookvrije schoolterreinen.

Displayban voor tabaksproducten in supermarkten

Tabaksdisplays op verkooppunten vormen een belangrijk reclamemiddel voor tabaksproducenten. Hoewel er nog te weinig onderzoeksgegevens beschikbaar zijn om een conclusie te kunnen trekken over het effect van een displayban op rookprevalentie, zijn er aanwijzingen dat blootstelling aan tabaksdisplays de kans verhoogt dat jongeren beginnen met roken.1 Naar aanleiding van uw motie heb ik brancheorganisatie Centraal Bureau Levensmiddelenhandel (CBL) verzocht met haar leden in gesprek te gaan over het sluiten van een convenant waarin wordt toegewerkt naar een displayban voor tabaksproducten.

Het is goed om te horen dat de bij het CBL aangesloten supermarktketens de intentie hebben uitgesproken om voor 1 juli 2016 invulling te geven aan een convenant waarin wordt toegewerkt naar een display ban voor tabaksproducten. Momenteel vinden pilots plaats waarin verschillende varianten van de display ban voor tabaksproducten worden getest. Deze pilots worden begin volgend jaar uitgebreid en zullen als basis dienen voor het convenant. Een belangrijke voorwaarde voor de supermarkten is echter de betrokkenheid van overige verkooppunten van tabaksproducten bij het convenant. Ik zal bezien op welke wijze hier invulling aan kan worden gegeven en uw Kamer over de uitkomsten hiervan informeren.

Naleving van de leeftijdsgrens voor tabaksautomaten

Gebleken is dat de naleving van de leeftijdsgrens bij tabaksautomaten slechts 9,1% is.2 Dat percentage is teleurstellend. Een goede handhaving en naleving bij tabaksautomaten is essentieel om minderjarigen te beschermen tegen de verleiding om tabaksproducten te kopen. Ik heb de NVWA daarom gevraagd om in het kader van de extra controles op leeftijdsgrenzen, een deel ervan te richten op de naleving van automaten.

Om de naleving van de leeftijdsgrens voor tabaksautomaten verder te verbeteren, heb ik naar aanleiding van uw motie gesproken met Koninklijke Horeca Nederland (KHN) en met de brancheorganisatie van tabaksautomaten: Tabak en Zoetwaren groothandel Nederland (TZN).

KHN wil terugkerende communicatie richting haar 20.000 leden inzetten om de naleving te bevorderen. Via het blad Horeca Nederland Magazine en via online mogelijkheden zullen zij onder meer goede voorbeelden uitdiepen van ondernemers die werk maken van goede naleving. Daarnaast zal ik op 21 januari 2016 met horecaondernemers in gesprek gaan over de naleving. Een verslag van deze bijeenkomst wordt verspreid via de kanalen van KHN. Via andere horecabladen zullen ook horecalocaties worden bereikt die niet zijn aangesloten bij KHN.

TZN heeft aangegeven dat de firma Lekkerland haar 10.000 automaten (goed voor tweederde van de Nederlandse markt) gaat voorzien van een ID-swiper. Daarnaast is TZN betrokken bij het plan voor verbetering van de naleving in de Taskforce naleving leeftijdgrens tabak.

TZN en KHN werken daarnaast gezamenlijk aan een factsheet, waarin zij hun leden informeren over de regels rondom de verkoop van tabaksproducten. De brancheorganisaties zullen deze factsheet ieder onder hun eigen naam communiceren aan hun achterban.

Het is een goed signaal dat de horecabranche en de tabaksautomatenbranche zich hardmaken voor het verbeteren van de naleving van de leeftijdsgrens voor tabaksautomaten. Ik heb u eerder geïnformeerd over gesprekken die ik in dat kader met verstrekkers heb gevoerd. Tevens heb ik kennisgenomen van het plan voor verbetering van de naleving van de Taskforce naleving leeftijdsgrens tabak, dat zich zowel richt op de verbetering van de naleving bij alle verkooppunten als de naleving bij de tabaksautomaten. De branche is gestart met een test waarbij in drie steden in totaal 500 automaten zijn omgewisseld voor automaten met een id-scanner. Als deze test slaagt dan zullen alle automaten worden voorzien van een id-scan. Aan de hand van nalevingsonderzoek in juni 2016 zal ik bezien of de inspanningen van de branche ook het gewenste effect hebben. Mocht medio 2016 blijken dat de naleving onvoldoende blijft, dan zal ik verdergaande maatregelen treffen.

Communicatietraject tabaksontmoediging

Uit internationaal onderzoek blijkt dat de kennis over de schadelijkheid van roken en meeroken onder Nederlanders nog tekortschiet in vergelijking met andere landen.3 Om het gebruik van tabak verder te ontmoedigen ga ik dit kennistekort aanpakken en de discussie over tabaksontmoediging stimuleren. In dat kader onderschrijf ik ook de campagne «Samen op weg naar een rookvrije generatie» die de Alliantie Nederland Rookvrij! is gestart.

In aanvulling daarop start ik in 2016 een tweejarig communicatietraject gericht op de volgende drie sporen:

  • het vergroten van de kennis van het brede publiek over de schadelijke gevolgen van roken en meeroken;

  • voorlichting over de implementatie van de Tabaksproductenrichtlijn;

  • en het verder ontmoedigen van roken onder jongeren.

Ter voorbereiding op het communicatietraject heb ik een drietal rondetafelgesprekken georganiseerd met verschillende onderzoekers, communicatie-experts, zorgprofessionals en andere partijen uit het veld. Het belang van een positieve benadering in de communicatie en het voorkomen van stigmatisering van rokers werd door verschillende partijen benadrukt. Ook bleek dat met name onder lageropgeleide doelgroepen soms nog onjuiste ideeën bestaan over de gevolgen van roken. Pre-testen van communicatie onder deze doelgroepen is daarom cruciaal. Veel aanwezigen hebben aangegeven ook later in het traject een rol te willen spelen. Het verheugt mij dat zoveel partijen zich betrokken voelen bij tabaksontmoediging.

De implementatie van de Tabaksproductenrichtlijn (TPD) in 2016 brengt voor het brede publiek zichtbare veranderingen teweeg in de verpakkingen van tabaksproducten en daarmee de tabaksdisplays. Verpakkingen van tabaksproducten worden met een overgangsperiode van een jaar voorzien van afschrikwekkende foto’s, waarschuwingen en verwijzingen naar hulp bij het stoppen met roken. Aansluitend op deze zichtbare veranderingen zal ik vanaf medio 2016 pr-matige acties starten over waarom de pakjes veranderen, gekoppeld aan informatie over de schadelijkheid van roken en meeroken. Daarin neem ik ook voorlichting over de leeftijdsgrens, rookverboden en rookruimtes en informatie over stoppen met roken mee. Daarnaast investeer ik in het verbeteren van de bestaande publieksinformatie over de schadelijkheid van (mee)roken. In dit traject wordt de aandacht van het lid Bruins-Slot voor rokende, zwangere vrouwen meegenomen. Over de concrete invulling van dit traject informeer ik uw Kamer in het eerste kwartaal van 2016.

Naast de afschrikwekkende foto’s zal ook een gratis stoppen met rokenlijn (0800–1995) worden vermeld op de verpakkingen van tabaksproducten. Daarmee vormt deze hulplijn – ook voor groepen die zich in een lagere sociaal economische situatie bevinden – een laagdrempelig aanspreekpunt voor vragen, hulp en advies over stoppen met roken

Voor producenten, distributeurs en verstrekkers van tabaksproducten en e-sigaretten gaan andere en aanvullende regels gelden. Zij worden daarom, zodra de wetswijziging is vastgesteld, zakelijk geïnformeerd over de wijzigingen van de Tabakswet en de consequenties daarvan voor hen.

Jongeren hebben in dit communicatietraject mijn bijzondere aandacht. Het aantal jongeren dat rookt is de afgelopen jaren gedaald. Tegelijkertijd blijkt de kans dat een vmbo-leerling rookt bijna tien keer zo hoog als de kans dat een vwo-leerling rookt.4 Ik onderneem daarom de volgende acties:

  • Om goed te kunnen aansluiten op de belevingswereld van jongeren, heb ik YoungWorks opdracht gegeven onderzoek te doen naar het social media gedrag en rolmoddelen van jongeren op het vmbo en het mbo.

  • Begin 2016 start onder de vlag van NIX18 een deelcampagne gericht op jongeren. Dankzij de meerjarige campagne NIX18 maken steeds meer ouders al afspraken met hun kinderen over niet roken en niet drinken onder de 18. De inzet van de deelcampagne is dat jongeren, met name op het vmbo en mbo, afspraken met elkaar gaan maken over niet roken. Omdat jongeren vooral gevoelig zijn voor de invloed van hun peers, worden jongeren daarbij bereikt via hun leeftijdsgenoten.

  • Om het maken van onderlinge afspraken over roken onder jongeren verder te stimuleren, zal de effectieve interventie Actie Tegengif in 2016 worden geactualiseerd en opnieuw worden ingezet. Door het maken van een klassikale niet-roken afspraak wordt de sociale druk om niet te beginnen met roken via deze interventie vergroot.5

Rookvrije schoolterreinen

Recente cijfers van de Onderwijsagenda Sport, Bewegen en Gezonde Leefstijl laten zien dat de trend in het aantal rookvrije schoolterreinen nog steeds positief is. In het primair onderwijs is 79% van de scholen rookvrij, in het voortgezet onderwijs is dat 53% en in het middelbaar beroepsonderwijs is dat 6% van de scholen. Ik streef ernaar dat schoolterreinen op termijn 100% rookvrij zijn.

Ik heb met de Staatssecretaris van OCW gesproken over het belang van rookvrije scholen en scholen met een gezonde schoolkantine en over alternatieven om scholen op meer dwingende wijze met deze thema’s aan de gang te laten gaan.

In januari ga ik hierover in gesprek met de onderwijsraden. Afhankelijk van de uitkomsten van dat overleg zullen de Staatssecretaris van OCW en ik in 2016 een brief sturen aan alle scholen die achterblijven op deze thema’s. We zullen scholen ook wijzen, rechtstreeks of via de onderwijsraden, op het ondersteuningsaanbod en de extra ondersteuning die ik beschikbaar stel voor rookvrije scholen. Ik verwacht dat het aantal scholen met een rookvrij schoolterrein met deze maatregelen verder zal toenemen.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Factsheet Display Ban Verkooppunten Tabak, Trimbos-instituut, 2015

X Noot
2

Bureau Nuchter, 2015.

X Noot
3

ITC Project, September 2015

X Noot
4

HBSC, 2014

Naar boven