31 839 Jeugdzorg

Nr. 269 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 februari 2013

Met deze brief doen wij de toezegging gestand van de ambtsvoorganger van de staatssecretaris van VWS om uw Kamer te informeren over gezinshuis De Loot. Uw Kamer is toegezegd dat De Loot zou worden meegenomen in het dossieronderzoek van mevrouw Sorgdrager naar de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna: IGZ). Het onderzoek richt zich op de meldingen die de IGZ heeft ontvangen over De Loot en wat daarmee is gedaan.

De staatssecretaris van VenJ heeft toegezegd u de stand van zaken te doen toekomen betreffende het strafrechtelijk onderzoek naar De Loot. Hierover wordt uw Kamer met deze brief eveneens geïnformeerd.

Casus de Loot

Op 25 juni 20121 is uw Kamer geïnformeerd over mogelijke kindermishandeling in particuliere zorginstelling De Loot (Nieuwleusen), een woning die behoort tot Stichting De Terebint en uit PGB-middelen wordt gefinancierd. Overigens heeft Stichting de Terebint naast locatie De Loot, nog een locatie genaamd De Terebint (Punthorst). Stichting De Terebint is aangesloten bij de overkoepelende zorgaanbieder Saron Zorg & Dienstverlening (Almelo). De William Schrikker Groep (hierna WSG) heeft regelmatig kinderen doorgeplaatst naar instellingen die vallen onder Saron Zorg & Dienstverlening, waaronder locatie De Loot.

In het eerste deel van de brief wordt ingaan op het toezicht dat de IGZ houdt op de zorg voor de kinderen die binnen De Loot zijn geplaatst met PGB-middelen. In het tweede deel van de brief wordt ingegaan op het toezicht dat de IJZ houdt op instellingen voor jeugdzorg (zoals de WSG) die kinderen doorplaatsen naar instellingen zoals De Loot.

PGB-plaatsingen bij De Loot/De Terebint onder toezicht van de IGZ

In de brief van 25 juni 2012 bent u geïnformeerd over een melding die de IGZ eind 2008 heeft ontvangen van oud-bewoners van locaties De Loot en De Terebint over een situatie in 2002. Zij meldden dat de medewerkers van De Loot en De Terebint over onvoldoende pedagogische kwaliteiten zouden beschikken.

In het algemeen overleg van 27 juni 2012 (Kamerstuk 31 839, nr. 239) over «Toezicht pleegzorg en wachtlijsten» is toegezegd dat de IGZ wordt verzocht om na te gaan of er nog andere meldingen bekend zijn over De Loot en wat daarmee is gedaan. Dit verzoek is meegenomen in het dossieronderzoek van mevrouw Sorgdrager naar de IGZ zoals op 19 november jongstleden aan uw Kamer aangeboden2. Uit het onderzoek van mevrouw Sorgdrager zijn geen andere meldingen over locatie De Loot gebleken dan de melding uit 2008 waarover uw Kamer eerder is geïnformeerd. Wel is een tweetal meldingen aangetroffen over de overkoepelende zorgaanbieder Saron Zorg & Dienstverlening met betrekking tot het ontbreken van een adequate klachtenregeling.

Naar aanleiding van de meldingen over De Loot, De Terebint en Saron Zorg & Dienstverlening uit 2008, heeft de IGZ onderzocht of Stichting Saron Zorg & Dienstverlening zich hield aan de Kwaliteitswet Zorginstellingen. Daartoe heeft de IGZ in 2008 contact gezocht met Saron Zorg & Dienstverlening en zowel voornoemde melding als de twee andere meldingen over Saron Zorg & Dienstverlening besproken. De IGZ heeft Saron Zorg & Dienstverlening vervolgens in 2009 bezocht. Na dit bezoek heeft de IGZ aanvullende kwaliteitseisen aan Saron Zorg & Dienstverlening en de bij haar aangesloten zorgaanbieders opgelegd, bijvoorbeeld ten aanzien van intervisie en scholing van medewerkers. Overigens hebben de bevindingen van de IGZ in 2009 niet geleid tot een bevestiging van de gemelde misstanden. Daarnaast bleek dat de klacht over De Loot en De Terebint niet was ingediend bij de klachtencommissie en dat de klagers herhaaldelijk waren uitgenodigd voor een gesprek. De IGZ heeft de klagers op de hoogte gesteld van de onderzoeksbevindingen en de klagers aangegeven op welke wijze zij een klacht bij de klachtencommissie konden indienen.

Eind 2012 heeft de IGZ nog een tweetal meldingen gekregen over de situatie bij De Loot en De Terebint, waarin mogelijke misstanden uit het verleden nogmaals werden gemeld. Hierbij werd aangegeven dat nog geen verandering zou zijn opgetreden. De IGZ heeft vanwege deze signalen op 17 december 2012 een onaangekondigd bezoek afgelegd bij locatie De Loot en aan locatie De Terebint. Daarbij bleek dat locatie De Loot leeg staat en dat op het terrein van De Terebint geen kinderen als cliënt (meer) verblijven. De IGZ heeft daarmee kunnen vaststellen dat van voortdurende misstanden (onvoldoende pedagogische kwaliteiten) bij Stichting de Terebint geen sprake is. Deze signalen uit de meldingen en vervolgens de bevindingen van het onaangekondigd bezoek zijn door de IGZ gedeeld met de IJZ.

Provinciaal gefinancierde pleegzorg in De Loot onder toezicht van Inspectie Jeugdzorg

Zoals aan uw Kamer gemeld heeft de WSG in het verleden verschillende pupillen bij de Loot geplaatst. Naar aanleiding van meldingen die de WSG begin 2012 kreeg over mishandeling van pupillen bij locatie De Loot heeft zij een onafhankelijk onderzoek laten uitvoeren naar haar eigen handelen ten aanzien van pupillen die van 1997–2012 in De Loot zijn geplaatst. Het onderzoeksrapport is op 22 november 2012 aan de Inspectie Jeugdzorg (hierna: IJZ) aangeboden. De IJZ is betrokken geweest bij de opzet ervan, om zeker te zijn dat de juiste vragen zouden worden gesteld en dat ook de betrokken ouders en kinderen in het onderzoek zouden worden meegenomen.

Het rapport is kritisch over het handelen van de WSG met name in de jaren vóór 2010. De IJZ vindt het een gedegen rapport en herkent de signalen die uit het rapport naar voren komen.

Naar aanleiding van eerdere signalen bij de IJZ dat de WSG de kinderen onder haar toezicht onvoldoende beschermt, heeft de IJZ onderzoek gedaan naar de WSG. Dit onderzoek heeft ertoe geleid dat de WSG in januari 2013 onder verscherpt toezicht is gesteld. Uw Kamer is hierover bij brief van 29 januari 20133 geïnformeerd.

Strafrechtelijk onderzoek naar De Loot

Tijdens het debat van 27 juni 2012 heeft de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie toegezegd uw Kamer te informeren over de stand van zaken betreffende het strafrechtelijk onderzoek naar De Loot. Het Openbaar Ministerie doet dit strafrechtelijk onderzoek naar aanleiding van de aangiften tegen een pleegouder. In het belang van het strafrechtelijk onderzoek dat nog gaande is, kunnen hierover geen mededelingen worden gedaan. Op dit moment is nog niet bekend wanneer het strafrechtelijk onderzoek is afgerond.

Conclusie

De veiligheid van kinderen moet voorop staan in de jeugdzorg. Adequaat handelen door betrokken partijen bij vermoedens van kindermishandeling is noodzakelijk. Naar de gebeurtenissen in De Loot, De Terebint en bij Saron in het verleden is onderzoek gedaan door de daarvoor verantwoordelijk instanties. Hieruit blijkt dat er met name vóór 2010 dingen zijn misgegaan. Het is goed dat dit op deze wijze naar boven is gekomen.

Het onafhankelijke onderzoek in opdracht van de WSG heeft concrete aanbevelingen voor verbetering van de organisatie opgeleverd. De IJZ zal er nauwlettend op toezien dat de aanbevelingen worden uitgevoerd.

De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

TK 2011–2012, 31 839, nr. 219

X Noot
2

TK 2012–2013, 33 149, nr. 15

X Noot
3

TK 2012–2013, 31 839, nr. 266

Naar boven