31 793 Internationale klimaatafspraken

Nr. 47 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 september 2010

Op 13 september jl. bereikte mij het verzoek van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (31 793-46/2010D34279) om het in mijn brief van 14 juli 2010 (kamerstuk 31 793, nr. 46) aangekondigde onderzoek tijdig voorafgaand aan de volgende procedurevergadering van de vaste commissie van 29 september aanstaande aan de Kamer te doen toekomen en totdat bespreking van dit onderwerp in de commissie heeft plaatsgevonden geen onomkeerbare stappen te nemen.

Het onderzoek is in de tweede week van augustus in het Methodology Panel besproken waarbij de onderzoeksopdracht nader is geformuleerd.

Naar verwachting zullen de resultaten van dit onderzoek worden voorgelegd aan de Executive Board die eind november bijeenkomt, vlak voor de klimaatconferentie in Cancún. Dat houdt in dat op zijn vroegst de resultaten van het onderzoek begin december beschikbaar zijn.

Pas wanneer deze onderzoeksresultaten beschikbaar zijn kan de minister van VROM zich beraden over de mogelijke consequenties ervan.

Zoals op 10 september jl. in de beantwoording van de Kamervragen van het lid Neppérus (VVD) (Aanhangsel der Handelingen, vergaderjaar 2009–2010, nr. 3300) is toegezegd zal de Kamer daarover nader worden geïnformeerd. Tot die tijd zullen geen onomkeerbare stappen worden genomen.

De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. C. Huizinga-Heringa

Naar boven