31 322 Kinderopvang

Nr. 275 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID EN STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 1 mei 2015

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft in haar procedurevergadering van 12 maart 2015 besloten een reactie te vragen op het op 5 maart gepresenteerde actieplan «Geef kinderen de ruimte» van sectororganisaties voor het primair onderwijs (PO-Raad), sociaal werk (MOgroep) en Brancheorganisatie kinderopvang. Deze brief bevat de gezamenlijke reactie van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap op dit actieplan.

Doel van het actieplan wordt gedeeld

Het doel van het actieplan is om «alle kinderen van 0 tot en met 12 jaar een doorgaande ontwikkeling te bieden in een goed afgestemd «ontwikkelingsarrangement». In het plan wordt aangegeven dat onderwijs, kinderopvang, welzijn en gemeenten een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben om kinderen een goede start in het leven te bieden. Deze uitgangspunten van het plan delen wij van harte.

Samenwerking mogelijk binnen de huidige kaders

In het actieplan stellen de initiatiefnemers dat samenwerkingsvormen, zoals (integrale) kindcentra, alleen mogelijk zijn met combinaties van wettelijke vrijstellingen. Deze stelling delen wij niet. Tal van initiatieven in het land laten zien dat de samenwerking tussen kinderopvang en onderwijs binnen de huidige wettelijke kaders heel goed mogelijk is. Bij de samenwerking is het van belang dat een gedeelde inhoudelijke visie op de ontwikkeling van kinderen het startpunt is. Samenwerken is mogelijk in verschillende vormen en in verschillende mate van intensiteit. Een veel gekozen manier is het sluiten van een samenwerkings-overeenkomst. Goede voorbeelden van intensieve inhoudelijke samenwerking zijn De School in Zandvoort, Laterna Magica in Amsterdam, de Bosmark in Dinxperlo, de Sterrenschool in Apeldoorn en De Wieken en Grootstal in Nijmegen. Scholen en kinderopvanginstellingen die intensief samen willen werken kunnen hierbij praktische ondersteuning krijgen van het Landelijk Steunpunt Brede Scholen1. Via het steunpunt zijn praktische handreikingen beschikbaar, is er een ambassadeursnetwerk van aansprekende voorbeelden en wordt kennis en ervaring verspreid via onder andere de website www.bredeschool.nl.

Kabinet zet in op harmonisatie en kwaliteitsverbetering

Elk kind heeft recht op een goede basis. Daarom zet het kabinet fors in op het versterken van de kwaliteit van zowel de voorschoolse voorzieningen als van het onderwijs. Scholen en kinderopvanginstellingen blijven echter verschillende voorzieningen. Om een doorlopende (pedagogische) leerlijn voor kinderen te realiseren is afstemming en samenwerking tussen voorschoolse voorzieningen en het onderwijs van belang. Waar nodig werkt het kabinet aan het vergemakkelijken van de onderlinge samenwerking.

Er worden daarom verschillende stappen gezet naar harmonisatie. Om te beginnen streven wij naar de volledige harmonisatie van peuterspeelzaalwerk en kinderopvang, in de vorm van één kwaliteitskader.2 Daarnaast wordt voor de hele kinderopvangsector de huidige, gedetailleerde regelgeving voor instellingen tegen het licht gehouden, waarbij wordt gekeken hoe de kwaliteitseisen voor basisonderwijs en kinderopvang beter op elkaar kunnen aansluiten. Voorzien is dat de herijkte kwaliteitseisen en het toezicht daarop in 2017 gefaseerd in werking zullen treden.3

Tevens loopt op dit moment in opdracht van de ministeries OCW en SZW een pilot bij de Inspectie van het Onderwijs en de GGD GHOR NL. De pilot heeft als doel om op «de werkvloer» te kijken hoe het toezicht op integrale voorzieningen vanuit de twee toezichthouders beter op elkaar kan aansluiten en hoe de samenwerking en afstemming tussen de beide inspectiediensten kan worden bevorderd.

In het bestuursakkoord PO zijn afspraken gemaakt over het verder versterken van de kwaliteit van het onderwijs, gekoppeld aan forse investeringen in het onderwijs. Eén van de afspraken in het akkoord is een gezamenlijke verkenning van OCW en de PO-Raad naar bestuurlijke verhoudingen, verantwoordelijkheden en ontschotting. De samenwerking tussen onderwijs en kinderopvang zal onderdeel uitmaken van deze verkenning.

Op een aantal thema’s lopen experimenten waarbij ervaring wordt opgedaan met het afwijken van specifieke wet- en regelgeving in het onderwijs. Dat is bijvoorbeeld het geval bij het experiment flexibele onderwijstijd, dat net is geëvalueerd (Kamerstuk 31 293, nr. 233). Binnenkort gaan experimenten voor regelluwe scholen van start (Kamerstuk 29 546, nr. 18).

Tot slot

Het kabinet zet in op een goede basis voor elk kind. De inhoudelijke samenwerking tussen kwalitatief goede voorschoolse voorzieningen en onderwijs is hierbij belangrijk. Deze samenwerking is mogelijk binnen de huidige kaders en wordt verder vergemakkelijkt door een aantal (stelsel)maatregelen die het kabinet de aankomende jaren neemt, zoals de harmonisatie van kwaliteitseisen in de kinderopvangsector. Wij gaan graag het gesprek aan met de initiatiefnemers van het actieplan over concrete knelpunten, om te bezien of lokaal maatwerk gemakkelijker kan worden gemaakt. Ook ondersteunen wij van harte de inhoudelijke samenwerking tussen onderwijs, kinderopvang, welzijn en gemeenten, die in het actieplan centraal staat.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, S. Dekker


X Noot
1

De subsidie van de Ministeries van OCW en SZW aan het Landelijk Steunpunt Brede Scholen loopt tot 1 oktober 2015. Op dit moment wordt verkend op welke manier de verworvenheden van het steunpunt duurzaam geborgd kunnen worden. De partijen uit het veld zijn hierbij aan zet.

X Noot
2

Voor- en vroegschoolse educatie (vve) wordt hier niet in betrokken. Het betreft hogere kwaliteitseisen die voortbouwen op de reguliere eisen in de kinderopvang en in peuterspeelzalen. Deze eisen zijn gericht op een specifieke doelgroep van kinderen met een risico op een (taal) achterstand. Voor vve zal het huidige aparte kwaliteitskader van kracht blijven.

X Noot
3

Dit wordt vorm gegeven binnen het traject Het Nieuwe Toezicht.

Naar boven