31 305 Mobiliteitsbeleid

30 196 Duurzame ontwikkeling en beleid

Nr. 241 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 april 2018

Tijdens het AO Duurzaam Vervoer van 19 april jl. heb ik aan uw Kamer toegezegd de resterende vragen schriftelijk te beantwoorden. Met deze brief ga ik in op de onderwerpen die nog niet aan bod zijn gekomen tijdens het AO.

Ik heb uw Kamer reeds geïnformeerd over de wijze waarop ik werk aan het verduurzamen van de mobiliteitssector. Daarbij ben ik al specifiek ingegaan op de onderwerpen milieuzones, brandstoffen en (het grootste deel van) elektrisch rijden. De beantwoording van de overige vragen is naar onderwerp gestructureerd.

Roetfilters

Het lid Kröger (GroenLinks) vroeg wat er is gebeurd om het verwijderen van roetfilters door een groot verhuurbedrijf aan te pakken en of er mogelijkheden zijn in het strafrecht. Vanaf 20 mei 2018 wordt er bij de APK visueel gecontroleerd of het roetfilter aanwezig en niet duidelijk defect is. Anders worden de voertuigen afgekeurd. De voertuigen van het verhuurbedrijf mogen niet meer de weg op als ze niet aan de eisen voldoen.

Ik wil echter niet wachten totdat de voertuigen worden aangeboden voor de APK. Ik breng de komende weken in kaart hoe en door wie handhavend kan worden opgetreden; daarbij is ook het strafrechtelijk spoor in beeld. Het is belangrijk dat het verhuurbedrijf zo snel mogelijk doeltreffend wordt aangepakt.

Daarbij is het goed om te beseffen dat er situaties zijn dat het verwijderen van een roetfilter is toegestaan. Dat geldt voor oudere voertuigen die al vooruitlopend op de Europese normen waren uitgevoerd met een roetfilter. Die geven soms problemen. Het betreffende verhuurbedrijf heeft afgelopen vrijdag voor 285 kentekens van bestelauto’s tussen 2010 en 2011 bij de RDW een verzoek gedaan om het roetfilter te mogen verwijderen. Deze mogelijkheid is bedoeld voor oudere dieselvoertuigen, waarbij de roetfilters soms problemen geven. De voertuigen moeten dan aan de Europese typekeuringseisen blijven voldoen. Het verhuurbedrijf lijkt de roetfilters preventief te verwijderen als er nog geen problemen zijn. Ik ga binnenkort in gesprek met een aantal grote verhuurbedrijven om dit onderwerp te bespreken.

Elektrisch rijden

De leden Remco Dijkstra (VVD), Van Brenk (50Plus), Von Martels (CDA), Laçin (SP), Sienot (D66) en Stoffer (SGP) hebben vragen gesteld over het in Nederland houden van elektrische auto’s; het vervolg op de Green Deal elektrisch rijden; de inkomenseffecten van maatregelen; de monitoring van gedifferentieerde parkeertarieven; de verplichtingen voor het plaatsen van laadpalen; de mogelijkheden voor een revolverend fonds voor laadpalen in de gebouwde omgeving en het gebruik van de elektrische auto door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat.

Momenteel vindt in het kader van het Klimaatakkoord een verkenning plaats op welke manier effecten van maatregelen, zoals export naar het buitenland en inkomenseffecten, kunnen worden meegenomen in de beoordeling. In de zomer wordt u nader geïnformeerd over de afspraken uit de tafel elektrisch rijden. Daarbij komt ook het vervolg op de Green Deal elektrisch rijden aan de orde.

In het aangekondigde voorstel over de vormgeving van gedifferentieerde parkeertarieven zal ik ook de monitoring en evaluatie meenemen.

De EU-verplichting om laadpunten te plaatsen bij gebouwen geldt alleen bij nieuwbouw en ingrijpende verbouw. Dit komt relatief weinig voor ten opzichte van de totale gebouwde omgeving. De normen gaan in de meeste gevallen niet verder dan het aanleggen van lege kabelgoten. Bij utiliteitsgebouwen met meer dan tien parkeerplaatsen die nieuw worden gebouwd of ingrijpend worden gerenoveerd, dient na omzetting van de EU-regelgeving slechts één oplaadpunt voor het gehele parkeerterrein te worden aangelegd.1

Voor de zomer kunt u een brief verwachten over de laadinfrastructuur in de gebouwde omgeving. Daarin wordt de mogelijke inzet van een revolverend fonds meegenomen in relatie tot de relatief hoge kosten voor de aanleg van een laadpunt op gedeelde parkeerterreinen bij appartementencomplexen.

In december 2017 is met de Benelux-landen en brancheverenigingen van marktpartijen afgesproken om laadnetwerken meer met elkaar te verbinden. Daarmee wordt de elektrische dienstauto van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat ook bruikbaar voor internationale ritten naar bijvoorbeeld Brussel.

Brom- en snorfietsen

Het lid Dik-Faber (ChristenUnie) vroeg mij wanneer er geen brommers met benzinemotor meer worden verkocht, en of de snorfiets niet al eerder uitgefaseerd kan worden. Ik ben nu bezig met een onderzoek naar de mogelijkheid om nationaal de snorfiets met verbrandingsmotor uit te faseren. Ik zal u vóór de zomer informeren over de uitkomsten van dit onderzoek.

Daarnaast onderzoek ik samen met de RAI en ook de BOVAG de mogelijkheden om de transitie naar zero emissie bromfietsen te versnellen. Ik streef naar een zo snel mogelijke overstap naar zero emissie modellen.

Banden

De keuze voor de beste band, en deze vervolgens op spanning houden, kan een bijdrage leveren aan de klimaatambities van het kabinet. Bovendien is het voor de automobilist een eenvoudige manier om geld te besparen. Het lid Von Martels (CDA) vroeg welke bijdrage hiervan kan worden verwacht en welke eisen aan banden gesteld gaan worden. En samen met het lid Remco Dijkstra (VVD) was de vraag of we met de branche niet af kunnen spreken dat het oppompen van banden gratis is.

Voor banden denk ik aan een breed palet van maatregelen. Het gaat om het vergroten van de bewustwording van de automobilist, goede voorlichting door garages en afspraken maken met fleetowners en leasebedrijven. Daarbij juich ik het ook toe wanneer de sector met initiatieven komt om het oppompen van banden gemakkelijker en goedkoper of zelfs gratis te maken.

Daarnaast heb ik ook Europees bronbeleid in het vizier. In mei 2018 verwacht ik een voorstel tot wijziging van de General Safety Regulation. Dit is onderdeel van het derde mobiliteitspakket. In deze regelgeving staan ook de Europese eisen voor rolweerstand van banden. Het is nog niet duidelijk of de Europese Commissie met een aanscherping komt. Daarvoor heb ik in Brussel wel gepleit. Zoals gebruikelijk ontvangt u hierover te zijner tijd het BNC-fiche.

Pas nadat we alle maatregelen scherp in beeld hebben, kunnen we de balans opmaken hoeveel dit gaat opleveren.

Fiets

De leden Von Martels (CDA), Laçin (SP), Stoffer (SGP), Sienot (D66) en Kröger (GroenLinks) hebben vragen gesteld over snelfietsroutes; de fiets in relatie tot het MIRT; fiscale maatregelen voor de fiets; en de kosten voor exploitatie en beheer van fietsparkeren bij stations. D66 heeft mij daarnaast een fietsplan aangeboden.

Het lid Von Martels (CDA) refereerde aan de vélo à grande vitesse en waar schakels missen. Voor snelfietsroutes hebben provincies en regio’s concrete plannen liggen. Dit kabinet heeft daar extra geld voor uitgetrokken. Vóór de zomer kom ik met een brief over de inzet van deze extra middelen en licht ik ook mijn ambities op het terrein van fietsbeleid toe.

De fiets krijgt in de toekomst een volwaardige plek bij het oplossen van NMCA-knelpunten en daarmee ook in het MIRT-proces. De eerste stap hierin is al gezet. In recente MIRT-verkenningen worden fietsmaatregelen genoemd als onderdeel van een maatregelenpakket om een knelpunt op te lossen. De overgang van Infrafonds naar Mobiliteitsfonds waar dit kabinet aan werkt, maakt straks bij een knelpunt op het hoofdwegennet ook fietsmaatregelen mogelijk in een pakket aan oplossingen.

De fiscale regels voor het leasen van een fiets via de werkgever worden met ingang van 1 januari 2020 vereenvoudigd. Voor de leasefiets komt er een forfait, net als voor de leaseauto. Op dit moment werkt het Ministerie van Financiën aan de implementatie van deze maatregel. Verder spreek ik met werkgevers aan de Mobiliteitstafel in het kader van het Klimaatakkoord over fietsstimuleringsmaatregelen, waaronder de 19 ct kilometervergoeding die nu al door werkgevers mag worden ingezet.

Met gemeenten en provincies bespreek ik ook investeringen in fietsenstallingen en de kosten voor beheer en exploitatie. Daarbij teken ik aan dat ook de NS daarin op dit moment reeds een derde deel bijdraagt.

Ik ben blij met het aangeboden fietsplan. Ik zie raakvlakken met mijn ambities waarover ik u vóór de zomer informeer. Voor een aantal punten uit het plan zijn gemeenten en provincies aan zet. Ik ondersteun ze hierbij en ik ga binnen «Tour de Force» zeker aandacht vragen voor de ideeën uit het actieplan.

Overig

De leden Van Aalst (PVV) en Van Brenk (50Plus) stelden mij vragen over verkeerde informatie op bussen bij Schiphol en de trein als alternatief voor vliegen.

Ik begrijp de verwarring rond de informatie op bussen die kan ontstaan door de situatie zoals geschetst. Het busvervoer van en naar Schiphol is een aangelegenheid van de regionale concessieverleners en vervoerders. Het is aan de regionale concessieverlener om de busvervoerder aan te spreken op eventueel foutieve informatievoorziening op de bussen.

Ten aanzien van de trein als alternatief voor vliegen, heb ik toegezegd uw Kamer nog voor de zomer een brief te sturen. Daarbij zal ik ook ingaan op de maatregelen en initiatieven die genomen worden of die overwogen kunnen worden om dit te bevorderen.

Overigens verduurzamen we ook het vliegen en de scheepvaart. Dat gaat primair via de mondiale aanpak, maar ook in EU-verband en nationaal werken we aan het verminderen van de uitstoot van vliegverkeer. Nationaal wordt bijvoorbeeld bezien hoe Nederland een voortrekkersrol kan vervullen in het stimuleren van het gebruik van biokerosine. De Minister van Infrastructuur en Waterstaat informeert u in de loop van het jaar nader per brief.

Het lid Stoffer (SGP) stelde een vraag over waterstof in de scheepvaart en over regelgeving. Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat werkt mee aan het scheppen van experimenteerruimte, omdat aanpassing van bestaande Europese regelgeving langdurig is. In de binnenvaart en de zeevaart wordt gekeken naar mogelijkheden van energie-efficiëntie, LNG en op termijn ook naar waterstof.

Als laatste is gesproken over toekomstige concepten, zoals de hyperloop en zelfrijdende auto’s. Het lid Van Brenk (50Plus) vroeg naar de stand van zaken rond de hyperloop. Op 29 november 2017 is de motie Jetten c.s. ingediend2 die Kamerbreed gesteund is. Op basis van contacten met private partijen verwacht ik uw Kamer nog voor de zomer nader te informeren over mijn reactie op die motie.

Het lid Van Aalst (PVV) vroeg wat ik doe aan de aansprakelijkheid wanneer zelfrijdende auto’s bij een ongeluk betrokken zijn. De zelfrijdende auto zit nog in de experimentele fase. Vooralsnog volstaat het huidige aansprakelijkheidsrecht. Ik blijf in gesprek met mijn collega van Justitie en Veiligheid en het Verbond van Verzekeraars om ervoor te zorgen dat dit in de toekomst ook goed is geregeld.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer


X Noot
1

Kamerstuk 34 636, nr. 3

X Noot
2

Kamerstuk 34 775 XII, nr. 38

Naar boven