Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 oktober 2022
Bij deze bied ik uw Kamer het werkplan van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding
(NCAB) aan. Dit werkplan bevat zowel een beschrijving van de doorlopende verantwoordelijkheden
van de NCAB, alsook een programmatisch deel waarin de aandachtsgebieden van de NCAB
uiteen zijn gezet naar drie pijlers:
Het werkplan geeft inhoud aan de taakopvatting van de NCAB en vormt het uitgangspunt
voor concrete acties in de strijd tegen antisemitisme. Het werkplan komt in een tijd
waarin antisemitisme wederom opkomt in Nederland. Antisemitisme gedijt bij en vormt
zich naar thema’s die maatschappelijke onrust veroorzaken. Rondom COVID-19 en de Russische
oorlog in Oekraïne steken antisemitische samenzweringstheorieën de kop op, vaak gebaseerd
op klassieke en veelvuldig ontmaskerde mythen over Joden. Daarnaast vindt antisemitisme
een brede voedingsbodem in rechts-, links- en religieus extremisme. Het kan zich richten
op het jodendom als religie en op Joden als volk. Zelfs daar waar geen Joden zijn,
doet het zich voor.
Antisemitisme ondermijnt het grondwettelijke gelijkheidsbeginsel en kan leiden tot
vormen van discriminatie, marginalisatie en radicalisering. Antisemitismebestrijding
is hiermee dus, naast de bescherming van de Joodse minderheid, ook onderdeel van de
bescherming van de democratische rechtsstaat zelf. Beide gevallen zijn de verantwoordelijkheid
van de samenleving als geheel.
Het Joodse leven kent een lange geschiedenis in Nederland en is een onlosmakelijk
deel van de Nederlandse samenleving. Met de ruim 102.000 Nederlandse Joden die in
de Holocaust zijn vermoord, is een gat geslagen in het Joodse leven in Nederland.
Vanuit dat besef en de in 2020 gemaakte excuses voor de houding van de Nederlandse
overheid ten aanzien van de Jodenvervolging, draagt de rijksoverheid een historische
verantwoordelijkheid om antisemitisme te bestrijden.
Het toegenomen antisemitisme, het gevaar van antisemitisme voor de democratische rechtsstaat
en onze historische verantwoordelijkheid tegenover de Joodse gemeenschap maken het
de opdracht van de rijksoverheid om antisemitisme te bestrijden.
Onderdeel van die strijd is de aanstelling van de NCAB sinds 1 april 2021. De NCAB
bekleedt een onafhankelijk positie en is ondergebracht bij het Ministerie van Justitie
en Veiligheid. Hij brengt expertise op het gebied van antisemitisme(bestrijding) binnen
de overheid samen, verbindt overheid en maatschappij in deze strijd en ondersteunt
initiatieven op dit vlak in Nederland en Europa. In zijn werkrelatie met de NCDR zet
de NCAB zich in voor wederzijdse versterking met ruimte voor ieders specifieke opdracht.
In het Besluit1 van de Minister van Justitie en Veiligheid over de instelling van de NCAB zijn enkele
doorlopende verantwoordelijkheden en taken vastgelegd. Hieronder valt onder meer de
signaleringsfunctie van de NCAB voor de Joodse gemeenschap, het opzetten van gesprekscycli
met onder andere gemeenten, ministeries en maatschappelijke organisaties en het monitoren
van beveiligingsmaatregelen voor Joodse gemeenschappen.
Tijdens de begrotingsbehandeling Justitie en Veiligheid voor 2022 deed Minister Grapperhaus
de toezegging de NCAB structureel te maken. In het Coalitieakkoord «Omzien naar elkaar,
vooruitkijken naar de toekomst» uit 2021 (Bijlage bij Kamerstuk 35 788, nr. 77) is dit bekrachtigd in de vorm van een half miljoen euro structureel budget voor
de NCAB. Dit budget voorziet in de NCAB en een kleine ondersteunende staf.
Dit document is het eerste werkplan van de NCAB. In het vervolg zal de NCAB het werkplan
jaarlijks aanpassen om in lijn te blijven met actuele ontwikkelingen.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius