Besluit van de Minister van Justitie en Veiligheid van 18 juni 2021 (kenmerk 3314219/21/DP&O), houdende wijziging van het Organisatiebesluit Ministerie van Justitie en Veiligheid in verband met de instelling van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding

De Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op artikel 3, tweede lid, van het Coördinatiebesluit organisatie, bedrijfsvoering en informatiesystemen rijksdienst;

Besluit:

ARTIKEL I

Het Organisatiebesluit Ministerie van Justitie en Veiligheid wordt gewijzigd als volgt:

A

Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel i door ';' wordt aan artikel 4, tweede lid, een nieuw onderdeel j toegevoegd, luidende:

  • j. de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB).

B

Na artikel 13 wordt een nieuw artikel 13a ingevoegd dat als volgt komt te luiden:

Artikel 13a

  • 1. De Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB) adviseert de Minister van Justitie en Veiligheid over de volgende onderwerpen:

    • a. bestrijding van antisemitisme;

    • b. knelpunten in de verschillende ketens bij de afhandeling van antisemitismezaken en in de gehele keten van antisemitisme bestrijding;

    • c. het vervolg dat gegeven kan worden aan de projecten die in het kader van de besteding van de gelden antisemitisme zijn uitgevoerd, op basis van de uitkomsten van de evaluaties die onder ambtelijke verantwoordelijkheid worden uitgevoerd.

  • 2. In aanvulling op het bepaalde in het eerste lid, bestaat het takenpakket van de NCAB nog uit de volgende taken:

    • a. signaleringsfunctie voor de Joodse gemeenschap en het informeren van de Minister van Justitie en Veiligheid over de ontvangen signalen;

    • b. Het opzetten van een gesprekscyclus met gemeenten met een Joodse gemeenschap en monitoren welke maatregelen de beveiliging van Joodse gemeenschappen effectief borgen;

    • c. het onderhouden van contacten met collega’s in het internationale werkveld om ervaringen uit te wisselen en waar mogelijk goede ervaringen over te nemen en in Nederland in de praktijk te brengen;

    • d. evaluatie van de eigen werkzaamheden.

  • 3. Bij de uitvoering van zijn taak kan de NCAB zich onder meer voor het inwinnen van inlichtingen rechtstreeks wenden tot alle instanties en personen die aan het uitvoeren van zijn taak kunnen bijdragen, hieronder begrepen de leden van de Staten-Generaal.

  • 4. De NCAB wordt ingesteld voor een periode van 14 maanden, te rekenen vanaf 1 april 2021.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 2021.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

TOELICHTING

De Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB) vindt zijn oorsprong in de Initiatiefnota (Kamerstukken II, 2018-2019, 35 164, nr. 2) van de Kamerleden Yesilgöz-Zegerius (VVD) en Segers (CU), waarin – naar het voorbeeld van andere landen – om een coördinator wordt gevraagd. Het Kamerlid Van der Graaf (CU) heeft in haar motie (Kamerstukken II, 2019–2020, 35 164, nr. 10) gevraagd de NCAB bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid onder te brengen.

De Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding adviseert de Minister van Justitie en Veiligheid gevraagd en ongevraagd over de in artikel I B genoemde onderwerpen, voor zover dat binnen het beleidsterrein van de Minister van Justitie en Veiligheid past. Het takenpakket van de NCAB voert terug op de aan de Minister van Justitie en Veiligheid toebedeelde beslispunten uit de Initiatiefnota. De NCAB wordt in beginsel voor een periode van 14 maanden in het leven geroepen, waarbij de laatste twee maanden gereserveerd zijn voor het uitvoeren van een evaluatie. De beperking in de tijd van de aanstelling van de NCAB is ingegeven door het gegeven dat de antisemitismegelden, waaruit de NCAB betaald zal worden, alleen nog voor het jaar 2021 beschikbaar zijn. Na deze termijn wordt gekeken hoe aan deze functie een gevolg kan worden gegeven.

In overeenstemming met de motie Van der Graaf en in afstemming met de beoogd NCAB is de keus gemaakt om de NCAB als Rijksambtenaar bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid, direct ressorterend onder de secretaris-generaal, onder te brengen. De NCAB krijgt expliciet de bevoegdheid om met leden van de Staten-Generaal en alle andere voor zijn taak relevante interne en externe partijen te mogen spreken, voor zover dit verband houdt met de uitoefening van zijn werkzaamheden. Ook is de NCAB vrij om met de media te spreken. Medewerking van OM en politie kan voor de NCAB eveneens van belang zijn bij de uitvoering van zijn werkzaamheden. Op ambtelijk niveau wordt contact gelegd met die organisaties teneinde die medewerking te bevorderen.

Aan de NCAB wordt een kleine staf gekoppeld van een inhoudelijk medewerker en secretariële ondersteuning, die beiden, evenals de NCAB zelf, betaald worden uit de bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid ondergebrachte antisemitismegelden. Hetzelfde geldt voor het beleidsbudget dat bij de NCAB gealloceerd wordt.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

Naar boven