30 825 Ecologische hoofdstructuur

29 717 Plattelandsontwikkelingsprogramma

Nr. 63 VERSLAG VAN DE RAPPORTEURS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 november 2010

De vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft in het kader van het groot project Ecologische Hoofdstructuur (EHS) de leden Snijder-Hazelhoff en van Veldhoven-van der Meer benoemd tot rapporteur.

De rapporteurs hebben een analyse uitgebracht van de derde Voortgangsrapportage EHS (Kamerstuknummer 30 825, nr. 59), de Midterm review ILG en het eerste verslag van het Comité van Toezicht ILG (Kamerstuknummer 29 717, nr. 17).

De leden van de Kamer kunnen van deze analyse gebruik maken of ernaar verwijzen, om welke reden de commissie in haar procedurevergadering van 30 november 2010 besloten heeft het hierbij openbaar te maken.

De voorzitter van de commissie,

Van der Ham

De adjunct-griffier van de commissie,

Peen

Eerste analyse rapporteurs groot project EHS

Midterm Review ILG en eerste verslag Comité van Toezicht

Op de agenda voor het WGO Natuur staat ook de Landelijke rapportage Midterm review (MTR) ILG en het eerste verslag van het Comité van Toezicht ILG. Deze MTR is uiteraard van belang voor de EHS en voor het groot project EHS. Behandeling van de drie documenten is samenhang ligt dan ook voor de hand. Des te meer omdat de minister van LNV vorig jaar bij de behandeling van de 2e voortgangsrapportage EHS vaak voor nadere informatie over de voortgang van de EHS verwees naar informatie die opgenomen zou worden in de MTR. Het ligt dan ook voor de hand dat de rapporteurs ook in samenhang aandacht besteden aan de kwaliteit van de informatievoorziening in de 3e voortgangsrapportage én de MTR ILG.

Aanpak rapporteurs

De rapporteurs gaan in hun bijdrage in op de kwaliteit van de informatievoorziening in de 3e voortgangsrapportage met als (vaste) aandachtspunten de afspraken daarvoor die de Kamer heeft gemaakt bij de start van de groot projectstatus. Daarbij zal ook worden ingegaan op de toezeggingen dienaangaande die de minister vorig jaar bij de behandeling van de 2e voortgangsrapportage heeft gedaan. Daarbij komt de MTR ILG in beeld, omdat de minister daar vorig jaar veelvuldig naar heeft verwezen als het gaat om de door de Kamer gewenste informatie. Wij gaan dan ook in op de samenhangende kwaliteit van de informatievoorziening, waarbij ook gebruik wordt gemaakt van de opmerkingen van het Comité van Toezicht over de informatievoorziening.

I. 3e voortgangsrapportage EHS

Toegezegde accountantsverklaringen ILG-rapportages ontbreken nog steeds

Belangrijke toezegging van de minister vorig jaar aan de Kamer was dat bij de voortgangsrapportages ILG van de provincies over 2009 eindelijk de vereiste accountantsverklaringen zouden worden geleverd. In de bestuursakkoorden met de provincies is afgesproken dat de provincies hun ILG-rapportages voorzien van een accountantsverklaring, waarvoor in de bestuursakkoorden ook een protocol is opgenomen. Dat lijkt echter toch weer niet het geval. Iets wat het Comité van Toezicht in haar eerste verslag ook kritisch constateert. De betrouwbaarheid van de financiële en niet-financiële informatie in de ILG-rapportages en daarmee ook een groot deel van de informatie in de 3e voortgangsrapportage is daarmee niet gewaarborgd.

Voortgang prestaties over het jaar 2009 kan niet worden gemeld

In afwijking van de vorige jaarrapportages, worden in de 3e voortgangsrapportage niet de realisaties over het afgelopen jaar (2009) gepresenteerd. Dit doet afbreuk aan de informatieve waarde van de voortgangsrapportage, die immers over het uitvoeringsjaar 2009 gaat. De enige uitleg in de rapportage hiervoor is: «Voor de voortgang van de EHS in 2009 wordt gebruik gemaakt van de cumulatieve realisatie over de periode 2007 t/m 2009, net als in de MTR ILG». Het is voor ons onduidelijk waarom de jaarlijkse realisatiecijfers 2009 voor verwerving, inrichting en beheer niet kunnen worden gegeven. Dit lijkt immers een kwestie van de cumulatieve gegevens t/m 2008 af te trekken van de cumulatieve gegevens t/m 2009 en deze informatie is beschikbaar. Op deze manier is het voor de Kamer niet mogelijk de in 2009 gerealiseerde hectares verwerving, inrichting en in beheer te overzien en te beoordelen.

Voortgang bestedingen in het jaar 2009 wordt niet weergegeven

Wat geldt voor de afwezigheid van informatie over de gerealiseerd prestaties voor 2009, geldt ook voor de financiële informatie voor het jaar 2009: ook hier wordt cumulatieve informatie gegeven voor de periode 2007 t/m 2009 en niet zoals voorgaande jaren specifiek voor 2009. Ook hiervan is onduidelijk waarom de financiële realisatie voor 2009 niet kan worden gegeven. Dit lijkt immers een kwestie van de cumulatieve gegevens t/m 2008 af te trekken van de cumulatieve gegevens t/m 2009 en deze informatie is beschikbaar. Op deze manier is het voor de Kamer niet mogelijk de in 2009 gerealiseerde besteding van financiële middelen te overzien en te beoordelen.

Overigens zijn de uitgaven aan de robuuste verbindingen niet apart zichtbaar, mede omdat deze informatie ook ontbreekt in de ILG voortgangsrapportages van de provincies. Deze informatie lijkt ons echter wel wenselijk voor de Kamer.

Informatiesysteem voortgang kwaliteit EHS voor jaar 2010 gereed

De commissie heeft vanaf de start van de groot projectstatus gewezen op het belang van goede informatie over de gerealiseerde kwaliteit van de EHS. In de 3e voortgangsrapportage wordt aangegeven dat met de Natuurmeting op Kaart 2010 (NOK 2010) het mogelijk zal zijn om in de 4e voortgangsrapportage de voortgang in de kwaliteit van de EHS weer te geven. Hiermee worden de toezeggingen op dat terrein qua timing gehaald.

In de 3e voortgangsrapportage wordt ook aangegeven dat inmiddels het bij de MTR ILG toegezegde kwaliteitsborgsysteem van de EHS operationeel is. Onduidelijk is op welke wijze de resultaten van de ook voorziene monitoring, rapportage en evaluatie van dit systeem terug te vinden zijn de voortgangsrapportages voor het groot project EHS. De vraag is of dit kwaliteitsborgsysteem informatie op gaat leveren over de gerealiseerde milieucondities binnen de EHS. Informatie hierover ontbreekt vooralsnog in de voortgangsrapportage.

Planologische bescherming EHS: onderzoek bestemmingsplannen nog dit jaar gereed

De minister geeft in de 3e voortgangsrapportage aan dat het onderzoek naar de doorwerking van de EHS in de bestemmingsplan, het niveau van juridische bescherming, volgens plan nog dit jaar gereed zal zijn.

II. Midterm Review ILG

Betrouwbaarheid gegevens onduidelijk

Onduidelijk is wat de betrouwbaarheid is van de gegevens waarop de MTR steunt. Er wordt in de verantwoording niet meer gezegd dan dat de gebruikte informatie afkomstig is van de provincies en dat de provincies verantwoordelijkheid zijn voor de juistheid er van (p.20). Mede in het licht van de opmerkingen van het Comité van Toezicht hierover stelt dat weinig gerust.

Single Audit rapportageverplichting

In de MRT wordt de rapportageverplichting vanuit provincies naar Rijk en Tweede Kamer gehekeld, waarbij gepleit wordt om aan te sluiten bij het SISA uitgangspunt (single information, single audit). De Kamer heeft bij de start van de groot projectstatus dit SISA uitgangspunt onderschreven. Het is ons op dit moment onduidelijk waar die single audit op de betrouwbaarheid van de geleverde informatie plaats vindt. Immers, zoals hiervoor al werd opgemerkt, ontbreken accountantsverklaringen vooralsnog bij de provinciale rapportages.

Nakoming toezeggingen informatie in MTR ILG

In de 2e voortgangsrapportage EHS is de volgende informatie aangekondigd die in de MTR aan de orde zou moeten komen:

  • probleem van gestegen grondprijzen

  • voortgang uitbreiding EHS-netwerk in vergelijking met 2007

  • invulling aan kwaliteitsborgingsysteem

  • verbetering milieucondities

  • is bijsturing van de aanpak noodzakelijk

  • kritische blik op behaalde resultaten

  • nader kijken naar normbedragen voor inrichting en beheer.

Er wordt in de MTR wel ingegaan op de grondprijzen, maar harde toezeggingen worden op dit punt niet gedaan. Onderkend wordt dat de grondprijzen gestegen zijn en dat er problemen zijn met het budget. Tegelijkertijd wordt voorspeld dat mogelijk afgestapt moet worden van het maximum van 10% onteigenen. Onbekend is hoe hier in de toekomst mee omgegaan zal worden (zie ook p. 39).

Op p. 6 staat vermeld dat er afspraken tussen Rijk en Provincies zijn om tot een eenvoudiger rapportage format te komen. Van voorgaande rapportages was al bekend dat dit een probleem is.

Er zijn geen gegevens over de voortgang van de verdrogingsbestrijding (p. 23). Hier wordt geen duidelijke verklaring voor gegeven.

Wat betreft noodzakelijke bijsturing wordt gesteld dat de Provincies de mogelijkheden verkennen om te komen tot een versnelling van de inrichting. Dit wordt niet verder uitgewerkt (p. 39). Echter op p. 47 staat: «De afspraak is om bij de MTR tot aanvullende afspraken te komen over de financiering of bijstelling van doelen». Onduidelijk is waar in de MTR dit is opgenomen.

De financiële knelpunten worden in een afzonderlijk overleg besproken (pp. 97). Onduidelijk is op welke wijze de Kamer hiervan op de hoogte wordt gehouden en wat de planning is.

III. Eerste verslag Comité van Toezicht ILG

Het CvT plaatst een aantal kritische kanttekeningen bij informatievoorziening over de uitvoering van het ILG. Samenvattend:

«Het systeem van een stelselmatige en gecontroleerde opzet en werking van de gekozen informatievoorziening ILG voldoet nog niet. Het is niet eenvoudig om de prestaties in geld en kwantiteiten te relateren aan gebieden en projecten. Tevens zijn de verbanden met onder andere biodiversiteit, natuurontwikkeling e.d. niet direct zichtbaar. Ook is het in deze fase niet mogelijk om vast te stellen in hoeverre de gerealiseerde prestaties samenhangen met de bestede middelen.

Met betrekking tot de bestedingen moet worden opgemerkt dat nog niet alle provincies de overeengekomen accountantsverklaringen bij de voortgangsrapportages, met name bij de voortgangsrapportages 2009, hebben verstrekt. Het CvT ILG vindt dat het niet tijdig inzenden van de accountantsverklaring, gevolgen moet hebben voor de bevoorschotting. Het CVT ILG zal de voortgangsrapportages van de provincies nader analyseren. Het CvT ILG is van mening dat in deze fase de cijfers nog niet stabiel en nog niet voldoende betrouwbaar zijn.»

Naar boven