30 545 Uitvoering Wet Werk en Bijstand

Nr. 141 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 november 2014

Aanleiding

In het algemeen overleg van 26 juni 2014 (Kamerstuk 30 545, nr. 139) heb ik toegezegd de Kamer te informeren over de middelen die de gemeenten in Noordoost-Groningen ontvangen uit het Participatiebudget.

Middelen Participatiewet

Zoals in de brief van 15 mei 2014 aan uw Kamer (Kamerstuk 30 545 nr. 137) en in de memorie van antwoord op 5 juni 2014 aan de Eerste Kamer is gemeld, hecht de regering er groot belang aan dat financiële risico’s voor gemeenten beheersbaar zijn. De regering wijst op het macrobudget voor het inkomensdeel dat ook in de toekomst toereikend wordt vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met conjunctuur en effecten van rijksbeleid.

Het verdeelmodel voor het Participatiebudget, waarin de middelen voor het zittend bestand Wsw en voor de re-integratie van de doelgroep van de Participatiewet zijn gebundeld, doet mede recht aan de positie van de gemeenten in zwakke regio’s, zoals Oost-Groningen. Dit wordt bereikt doordat het grootste deel van de totaal beschikbare middelen wordt verdeeld op basis van het verwacht aantal arbeidsplaatsen voor mensen met een arbeidsbeperking, te weten de mensen in de Wsw.

Verder worden de aan het Participatiebudget toegevoegde middelen voor de nieuwe doelgroep verdeeld op basis van de instroom in de wachtlijst Wsw en in de werkregeling Wajong in het verleden. Daarmee is aangesloten bij de verwachting dat ook in de toekomst relatief veel mensen met een arbeidsbeperking zich in deze gemeenten zullen aanmelden voor ondersteuning. Deze wijze van verdelen is gunstig voor gemeenten met veel instroom in deze regelingen in het recente verleden.

Daarnaast wordt de verdeelmaatstaf bereikbare banen opgenomen in het verdeelmodel. Dit is een goede indicator voor de kwaliteit van de economische structuur in de betreffende regio. Het gebundeld Participatiebudget zal per 2015 als integratie-uitkering sociaal domein onderdeel vormen van het gemeentefonds, waardoor de financiële flexibiliteit voor gemeenten verder wordt vergroot. Gemeenten hebben met de integratie-uitkering de maximale vrijheid, om binnen de kaders van de wetgeving, eigen afwegingen te maken, bijvoorbeeld over het betrekken van andere (bestaande) middelen in het Gemeentefonds.

Situatie Oost-Groningen

Op 16 september 2014 zijn de geactualiseerde budgetten voor de Wsw en re-integratie voor 2015 gepubliceerd. In deze budgetten is rekening gehouden met de overheveling van Wsw-plekken tussen gemeenten.

Ten opzichte van 2014 dalen de Wsw-middelen. Deze daling wordt veroorzaakt door de verwachte daling van het Wsw-volume op basis van autonome uitstroom uit de Wsw en door de efficiencykorting uit hoofde van het regeerakkoord op de Wsw-middelen. Ten opzichte van de indicatieve budgetten die in juni jl. bekend zijn gemaakt ontvangen de gemeenten in Oost Groningen voor de Wsw ca. 700.000 euro meer. Uit berekeningen van mijn ministerie blijkt dat de daling van de Wsw-middelen redelijk in de pas loopt met de verwachte daling van het Wsw-volume in de regio in 2015. Per saldo bedraagt de efficiencykorting circa 0,5%. De regering is zich ervan bewust dat efficiencykorting effect zal hebben op de uitvoering van de Wsw. In overleg met de VNG wordt een «thermometer» ontwikkeld om zo jaarlijks de ontwikkelingen te volgen met de vraag of de onderliggende aannames voor de berekening van de financiële middelen voor het Wsw zittend bestand houdbaar blijven. Daarbij wordt ook gekeken naar de ontwikkelingen binnen de verschillende regio’s, zoals Oost-Groningen.

Op 30 september jl. zijn ook de gemeentelijke budgetten 2015 voor het I-deel (WWB-uitkeringen) bekend gemaakt. Zoals in mijn brief van 15 mei is uiteengezet wordt met ingang van 2015 ook een nieuw verdeelmodel voor het I-deel gebruikt. De gemeenten in Oost-Groningen gaan er als gevolg daarvan op vooruit (met name Stadskanaal en Oldambt), ondanks de daling van het macrobudget. Per saldo gaan de gemeenten er ca. 1 miljoen euro op vooruit, terwijl er landelijk een daling is van het macrobudget met 4%.

Het bovenstaande laat onverlet dat de gemeenten in de regio voor een zware opgave staan. Het aantal werknemers in de Wsw is aanzienlijk hoger dan gemiddeld in Nederland en er is sprake van een zwakke arbeidsmarkt. Het kabinet neemt deze problematiek serieus en ik heb hierover frequent contact met de bestuurders in de regio. De laatste keer was op 3 oktober. Bij deze gelegenheid is bekend gemaakt dat een commissie onder leiding van de heer Van Zijl (voorzitter MBO-raad) in opdracht van de provincie Groningen een aanpak gaat ontwikkelen om de arbeidsparticipatie in Oost-Groningen te verhogen. De commissie werkt langs twee sporen. In spoor 1 buigt de commissie zich over de Wsw-problematiek in de regio en beziet welke mogelijkheden er zijn om te komen tot een kostenefficiëntere uitvoering, met behoud van werkgelegenheid. Het is de bedoeling dat de commissie hierover in februari 2015 rapporteert. In het tweede spoor kijkt de commissie naar de situatie op de arbeidsmarkt in de regio in den brede en beziet de mogelijkheden om de werkgelegenheid in de regio te vergroten. De commissie zal hierover (uiterlijk) in september 2015 rapporteren. Conform de motie Samsom, Slob, Van der Staaij (Kamerstuk 34 000, nr. 10) zal de regering binnen de bestaande kaders de commissie maximaal ondersteunen.

Bij haar werkzaamheden betrekt de commissie de middelen die beschikbaar komen bij reeds lopende of te starten initiatieven.

Ondersteunende maatregelen

Het Rijk en de provincie stellen op verschillende manieren geld beschikbaar dat de werkgelegenheid in het gebied kan bevorderen.

  • In de periode 2014–2020 komen ESF-middelen beschikbaar, 507 miljoen euro, die voor een groot deel (70%) bestemd zijn voor de 35 arbeidsmarktregio’s voor de ondersteuning aan mensen met een (grote) afstand tot de arbeidsmarkt. Deze middelen worden verdeeld op basis van het verdeelmodel van het Participatiebudget, wat gunstig is voor de betreffende zwakkere regio’s. Vooralsnog is het aandeel van Groningse gemeenten daarin voor een periode van twee jaar ruim 7 miljoen euro. Op dit moment bereidt de centrumgemeente Groningen een ESF aanvraag voor. De verwachting is dat de aanvraag in oktober ingediend wordt. Deze subsidie geeft de gemeenten de kans om, ondanks dalende budgetten, werkzoekenden een helpende hand te bieden. Niet alleen werkzoekenden met een grote kans op de arbeidsmarkt, maar juist ook de meer kwetsbare doelgroepen worden ondersteund met scholing en werkervaring. Het bieden van perspectief aan deze mensen is daarin van het grootste belang.

  • Sociale partners en de provincie Groningen hebben in mei jl. een Regionaal intersectoraal sectorplan Groningen ingediend, waarvoor cofinanciering wordt gevraagd. Met dit regionale plan hebben partijen de ambitie om jongeren, ouderen en mensen met afstand tot de arbeidsmarkt nieuw aan te trekken en te scholen en zittende werknemers (door middel van mobiliteitstrajecten en /of toekomstgerichte scholing) kansen te bieden op behoud van werk in kansrijke sectoren in de regio zoals Chemie, Energie en Bouw (herstelwerkzaamheden). Het ministerie onderhoudt contact over de aanvraag met de provincie en heeft de aanvraag voor cofinanciering van het sectorplan nog in beoordeling.

  • Voor een regionaal sectorplan Zorg is 7 miljoen euro toegekend.

  • Naar aanleiding van het rapport van de Werkgroep Rein Willems over versterking van het chemiecluster Eemsdelta hebben het Ministerie van Economische Zaken en de Provincie Groningen in totaal max. € 40 mln. ter beschikking gesteld ten behoeve van een investerings- en acquisitiefaciliteit. Deze faciliteit is de zogenoemde Regionale Investeringssteun Groningen en is 15 oktober jl. opengesteld.

  • In het bestuurlijk Akkoord tussen het Ministerie van Economische Zaken, de provincie Groningen, negen gemeenten en de Nederlandse Aardolie Maatschapopij (NAM) is een maatregelenpakket afgesproken dat in de periode 2014 tot en met 2018 een waarde van 1,2 miljard euro vertegenwoordigt. In dit akkoord is afgesproken dat bij schadeherstel, schadepreventie en waardevermeerderingswerkzaamheden zoveel mogelijk gebruik zal worden gemaakt van lokale werkgelegenheid. De verwachting is dat deze maatregelen een impuls geven aan de lokale bedrijvigheid en de werkgelegenheid.

  • Daarnaast is een Economic Board opgericht. Het doel van deze Economic Board is de economische structuur van de regio te versterken. De Board heeft hiervoor € 97,5 mln ter beschikking gekregen (€ 32,5 mln van de provincie Groningen en € 65 mln van de NAM (Kamerstuk 33 529 nr. 28).

  • Het kabinet heeft op 7 juli jl. in een brief aan de Tweede Kamer aangekondigd om in zowel 2015 als in 2016 € 75 miljoen per jaar extra beschikbaar te stellen voor een huishoudelijke hulp toelage (HHT). De extra middelen worden aan gemeenten beschikbaar gesteld voor het stimuleren van de vraag naar huishoudelijke hulp, teneinde zoveel mogelijk volwaardige werkgelegenheid te behouden. De middelen worden verdeeld over gemeenten conform de systematiek van het huidige objectieve verdeelmodel van de integratie-uitkering Wmo/huishoudelijke verzorging. Ook gemeenten in Oost-Groningen kunnen van deze middelen gebruik maken.

Met bovenstaande maatregelen ben ik van mening dat de regio voldoende kansen wordt geboden om te komen tot verbetering van de sociaaleconomische situatie. Ik blijf nauw contact onderhouden met de regio.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. Klijnsma

Naar boven