30 080 Planologische kernbeslissing Ruimte voor de rivier

Nr. 69 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 maart 2014

Conform de Regeling Grote Projecten bied ik u hierbij, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken, de drieëntwintigste voortgangsrapportage aan over het programma Ruimte voor de Rivier1. De rapportage bestrijkt de periode van 1 juli tot en met 31 december 2013.

Voortgang in de verslagperiode

Uitvoeringsfase

De afgelopen verslagperiode is de SNIP-2A-beslissing genomen voor de dijkverbetering op het traject Schoonhoven/Langerak (Dijkring 16). De projectbeslissing is genomen voor de Dijkverbetering Oude Maas/Voorne Putten. Deze maatregel wordt door het Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP2) uitgevoerd.

Bereiken van het waterveiligheidsniveau

Zoals gemeld in de VGR22 zal bij zeven maatregelen de beoogde waterveiligheid eind 2015 waarschijnlijk nog niet gerealiseerd zijn. Het betreft Ruimte voor de Rivier IJsseldelta (het Reevediep in combinatie met de zomerbedverdieping Beneden-IJssel), de hoogwatergeul Veessen-Wapenveld, de twee dijkverleggingen Cortenoever en Voorsterklei, de dijkverbetering Nederrijn/Betuwer/Tieler- en Culemborgerwaard en de twee dijkverbeteringen bij de Lek (Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden en Betuwe/Tieler- en Culemborgerwaard).

De doelstelling van de PKB is om de afvoercapaciteit van het rivierengebied rond de Rijntakken te verhogen naar de maatgevende Rijnafvoer van 16.000m3/s bij Lobith. Hiermee wordt de waterveiligheid in het rivierengebied vergroot. Lange termijn maatregelen in het kader van het Deltaprogramma richten zich op een afvoer van 18.000m3/s bij Lobith in 2100. Deze maatregelen maken geen onderdeel uit van de PKB doelstelling.

Hoewel NURG-projecten geen onderdeel zijn van het PKB-basispakket (met uitzondering van de maatregel Millingerwaard), zijn zij wel noodzakelijk voor het realiseren van de in de PKB opgenomen veiligheidsdoelstelling. Zoals eerder gemeld onderzoek ik of de oplevering van de NURG-maatregel Afferdensche en Deestsche waarden naar voren gehaald kan worden. Op dit moment worden hiervoor verschillende scenario’s uitgewerkt, waarbij de financiële- en planningsconsequenties in beeld gebracht worden. Ik zal u hierover in de volgende VGR berichten. Daarnaast is de NURG-maatregel Uiterwaardvergraving Rijnwaardense uiterwaarden (met o.a. de volgende deelprojecten: Oevergeul Bovenrijn, Bylandse waard en Lobberdense waard) vertraagd.

Het deelproject Oevergeul Bovenrijn is vertraagd omdat het maken van een vergunbaar ontwerp (vanwege een complexe ligging van het project) meer tijd heeft gevraagd dan voorzien. Ik onderzoek in de komende verslagperiode of er maatregelen te nemen zijn die het mogelijk maken om de volledige taakstelling voor waterveiligheid toch eind 2015 te realiseren. Het streven is het Natura 2000-aanwijzingsbesluit Rijntakken op korte termijn vast te stellen, waarmee realisatie van de projecten Bylandse waard en Lobberdense waard voor eind 2015 nog haalbaar is.

Door inzet van het Volkerak-Zoommeer als waterberging, ontstaan er hogere waterstanden in het regionale watersysteem. Een aantal regionale keringen moet daarom mogelijk verhoogd en/of extra worden versterkt, teneinde de waterberging veilig te laten verlopen. Het waterschap heeft na de verslagperiode aangegeven dat er aanzienlijk meer werkzaamheden aan de regionale keringen verricht dienen te worden dan in een eerdere fase verwacht was. Ik voer gesprekken met het waterschap over de uitwerking hiervan.

In navolging van de aanbevelingen in de ¾ evaluatie Ruimte voor de Rivier door adviesbureau Andersson Elffers Felix heb ik in de vorige VGR aangegeven dat ik zal onderzoeken hoe de waterveiligheid en ruimtelijke kwaliteit per riviertak weergegeven kunnen worden. Dit heeft geresulteerd in het opnemen van een infographic in de VGR. Deze infographic geeft zowel de planning en de te behalen centimeters waterstanddaling als de te realiseren projecten in de komende jaren weer.

Budget

Het programmabudget bedraagt per 31 december 2013 € 2.370,3 miljoen. De raming bedraagt € 2.346,7 miljoen met een bandbreedte van 7,4%.

Stroomlijn

Het onderhoud van de vegetatie in de uiterwaarden is van belang voor voldoende afvoercapaciteit van de rivieren. Met het project Stroomlijn wordt de vegetatietoestand op orde gebracht. Stroomlijn draagt, net als NURG, bij aan het bereiken van de waterveiligheidsdoelstellingen van de PKB. Voor Stroomlijn moeten veel (natuur)vergunningen worden aangevraagd met lange doorlooptijden. Op 20 december 2013 heb ik met instemming van de Ministerraad het besluit genomen om de rijkscoördinatieregeling toe te passen. Dit zorgt voor regie op de vergunningentrajecten en verkleint de kans op vertraging.

Op 25 februari heeft u de beantwoording ontvangen op uw schriftelijke vragen (Kamerstuk 31 710, nr. 31 en Kamerstuk 31 710, nr. 29). In de komende tijd zal het Besluit gepubliceerd worden in de Staatscourant.

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven