29 911 Bestrijding georganiseerde criminaliteit

Nr. 98 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 februari 2015

Met deze brief reageer ik op uw verzoek d.d. 17 december jl. om een reactie op de liquidaties in Amsterdam en omstreken en de aanhoudende berichten dat er bij de politie-eenheden in het noorden en zuiden van Nederland onvoldoende recherchecapaciteit zou zijn om criminele netwerken op te rollen. Uw Kamer heeft mij tevens verzocht te reageren op het gegeven dat er geen budget meer zou zijn om de overuren bij de recherche uit te betalen.

Liquidaties Amsterdam

In de afgelopen maanden hebben de verschillende liquidaties in en om Amsterdam, maar ook afrekeningen in het criminele circuit elders in binnen- en buitenland, voor veel onrust gezorgd, met name vanwege het ernstige gevaar dat niet-rechtstreeks betrokkenen of toevallige omstanders liepen. Waar georganiseerde criminaliteit over het algemeen onzichtbaar blijft en heimelijk te werk gaat, vormen liquidaties een openlijke inbreuk op de autoriteit van de overheid. Dit raakt direct aan het veiligheidsgevoel van burgers en moet daarom met hoge prioriteit worden bestreden.

Ik heb goed overleg met de Amsterdamse driehoek over de ontwikkelingen aldaar. Vooropgesteld zetten Openbaar Ministerie en politie hard in op de strafrechtelijke aanpak van liquidaties. Tegelijk geven de gemeente Amsterdam, het Openbaar Ministerie en de politie gezamenlijk vorm aan een integrale aanpak van de – deels gerelateerde – incidenten in Amsterdam en omstreken, waarbij vanzelfsprekend afstemming op landelijk niveau plaatsvindt. De strategie is gericht op het tegenhouden en verstoren van activiteiten van verdachten en van betrokkenen uit hun netwerk. Doel hiervan is het voorkomen van excessief geweld in de openbare ruimte. Op basis van lopende onderzoeken wordt een persoonsgerichte aanpak opgezet, waarmee verdachten, faciliteerders en mogelijke slachtoffers uit de anonimiteit gehaald worden. Ook sleutelplaatsen worden aan regelmatige controles onderworpen.

Ik heb vertrouwen in deze aanpak, die reeds heeft geleid tot een aantal aanhoudingen en veroordelingen. De nodige maatregelen worden getroffen om deze gewelddadige afrekeningen verder aan te pakken, waar nodig in samenwerking met andere regio's en de landelijke diensten. Daarmee wordt geborgd dat de lokale aanpak van de incidenten en onderliggende netwerken in verbinding staat met de inzet op landelijk en/of internationaal opererende criminele samenwerkingsverbanden.

Liquidaties kunnen niet enkel als afzonderlijke incidenten worden beschouwd. Zij moeten worden aangepakt in relatie tot de onderliggende problematiek, zoals niet zelden de grootschalige drugscriminaliteit. Dit vergt een vaak langdurige aanpak waarbij criminele verbanden worden onderzocht en (faciliterende) netwerken worden blootgelegd. Complicerende factoren daarbij zijn de wisselende samenstellingen van de criminele groeperingen en het feit dat subjecten vaak niet willen verklaren over achterliggende netwerken. Informatiecoördinatie bij de opsporing en zicht op faciliteerders van wapens en geld die nodig zijn voor de liquidaties, zijn daarom cruciaal. De aanpak van georganiseerde criminaliteit is één van de prioriteiten in de Veiligheidsagenda 2015 – 2018 (Kamerstuk 28 684, nr. 412). Hierbij wordt ingezet op de benodigde kwalitatieve versterking van de aanpak, waarbij kopstukken en sleutelfiguren worden aangepakt en het criminele proces wordt ontwricht.

Illegale wapens

Binnen de brede aanpak van georganiseerde criminaliteit vergt de beschikbaarheid van wapens een bijzonder aandachtspunt. Er lijkt sprake te zijn van een toenemend gebruik van zware automatische wapens binnen het criminele circuit – zo ook recentelijk is aangegeven door de burgemeester van Amsterdam en de Hoofdcommissaris van politie Amsterdam.

De aanpak van illegale wapenhandel wordt vanuit verschillende invalshoeken vormgegeven. De strafmaat voor illegaal wapenbezit is in maart 2012 nog verhoogd en het Openbaar Ministerie geeft extra aandacht aan illegaal wapenbezit. Intensivering van informatiedeling, opsporing en inlichtingenverwerving inzake het verkrijgen van (illegale) vuurwapens geeft de politie meer zicht op criminele netwerken. Daarnaast vindt verbetering van de expertise en automatisering bij de forensische opsporing plaats, en heeft het tegengaan van illegale handel in vuurwapens op internet bijzondere aandacht. Dat deze aanpak vruchten afwerpt, blijkt onder andere uit het feit dat door de Nationale Politie onlangs een grote wapensmokkel naar Nederland vanuit Kroatië werd verhinderd.

Zoals gemeld in mijn brief aan uw Kamer d.d. 27 januari jl. (Kamerstuk 28 684, nr. 431) heeft de illegale wapenhandel ook op Europees niveau de volle aandacht. Op Frans initiatief is onlangs afgesproken grenscontroles, binnen het bestaande wetgevingskader, te intensiveren en tot een betere uitwisseling van inlichtingen te komen. Ook is eind vorig jaar het actieplan over illegale wapenhandel tussen de EU en de Zuid-Oost Europese regio aangenomen. Tijdens de informele JBZ-raad van 29-30 januari jl. is gesproken over verbetering van de operationele samenwerking en structurele langetermijn-aanpak van dit probleem.

Recherchecapaciteit Noord- en Zuid-Nederland

Op de vraag van uw Kamer of de recherchecapaciteit in Noord- en Zuid-Nederland voldoende is om criminele netwerken op te rollen, deel ik u mede dat ik van mening ben dat dat in beginsel het geval is. Dit wordt onderschreven door de korpschef van de nationale politie. De recherchecapaciteit in Nederland is gestegen van 8.500 fte in 2002 naar 14.000 fte op dit moment. Ook is er de afgelopen jaren fors geïnvesteerd in de kwaliteit van de opsporing. De vraag naar politiecapaciteit en politie-expertise is echter divers en groot. Daarom moeten zaken aan de hand van de beschikbare capaciteit en expertise door het bevoegde gezag worden geprioriteerd. Dat gebeurt bijvoorbeeld op basis van criteria als de aard en ernst van de zaak door de weeg- en stuurgroepen van OM en politie. Aangiftes van zware zaken zoals overvallen met fors geweld en zware mishandelingen worden door de politie altijd opgepakt. Daarnaast is het niet de vraag óf een zaak kan worden opgepakt binnen de huidige capaciteit, maar vooral op welke wijze en vanuit welke expertise binnen de politieorganisatie. Ter bestrijding van incidentele problemen, waarbij naar het inzicht van de gezagsdragers de eigen politie-eenheid niet kan voorzien in de noodzakelijke inzet, kan capaciteit ingezet worden vanuit andere eenheden. Een goed voorbeeld hiervan is de extra inzet van 125 politiemedewerkers vanuit de eenheden in Zuid-Nederland en de landelijke eenheid voor de aanpak van ondermijnende criminaliteit in Zuid-Nederland. In geval van incidenteel onvoldoende recherchecapaciteit kan vanuit andere eenheden van de nationale politie flexibel worden ingesprongen.

Budget overuren politie

De politie is een organisatie die 24x7 moet kunnen inspelen op zich voordoende situaties. Dit vraagt om een tijdige afstemming van de inzet van personeel en vraag naar politiediensten en om de nodige flexibiliteit. Binnen de nationale politie kan gemakkelijker dan voorheen worden geschoven met capaciteit (tussen verschillende eenheden). Daarnaast kunnen overuren bijdragen aan de gewenste flexibiliteit. Overuren zijn echter niet bedoeld om structureel extra capaciteit voor de organisatie te realiseren. Binnen de daarvoor geldende rechtspositionele regels worden overuren naar keuze van het bevoegd gezag gecompenseerd in tijd dan wel in geld, waarbij het principe tijd-voor-tijd leidend is. Bij deze keuze wordt zo veel mogelijk rekening gehouden met de wensen van de medewerker. Het budget voor de vergoeding van overuren staat er niet aan in de weg om voldoende capaciteit beschikbaar te hebben voor belangrijke rechercheonderzoeken.

De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

Naar boven