29 754 Terrorismebestrijding

Nr. 653 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 november 2022

In Nederland leven we in vrijheid en veiligheid met elkaar. Dit is echter geen vanzelfsprekendheid. We mogen niet voor lief nemen dat we leven in een land vrij van onderdrukking en oorlog; we moeten onze vrijheid en veiligheid actief blijven beschermen. Terrorisme en extremisme vormen een bedreiging voor onze democratische rechtsorde en open samenleving. Dat vraagt om een stevige aanpak vanuit het kabinet in samenwerking met alle partners. Het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland (DTN) is daar een leidraad voor.

Bijgaand bied ik u het DTN 57 aan, opgesteld door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV). Het DTN geeft inzicht in het actuele dreigingsbeeld en de factoren die daarvoor bepalend zijn. Voor de totstandkoming van het DTN is, in afwachting van de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel verwerking persoonsgegevens coördinatie en analyse terrorismebestrijding en nationale veiligheid, geen gebruik gemaakt van internetmonitoring.

Het dreigingsniveau blijft – op een schaal van 5 – gehandhaafd op niveau 3. Dat betekent dat een terroristische aanslag in Nederland voorstelbaar is, maar dat er momenteel geen concrete aanwijzingen voor een aanslag zijn. De Nederlandse jihadistische beweging blijft vanwege de relatief grote omvang en organisatiegraad de voornaamste bron van terroristische dreiging voor ons land. Repressief overheidsoptreden en het ontbreken van mobiliserende thema’s zorgen echter voor stagnatie en relatieve inactiviteit van de beweging.

Gezien het dreigingsbeeld blijft alertheid echter geboden en daarom werken alle partners, bijvoorbeeld in het kader van de persoonsgerichte aanpak, samen om in de eerste plaats terroristisch geweld te voorkomen. Zij kunnen daarbij gebruikmaken van een breed scala aan maatregelen. Een voorbeeld hiervan is het opleggen van een gebiedsverbod op basis van de Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding. Daarnaast wordt, zoals aangekondigd in de Nationale Contraterrorisme Strategie 2022–20261, ingezet op het tegengaan van verspreiding van gewelddadig extremistische en terroristische content online. In dit kader is op Europees niveau wetgeving aangenomen die verspreiding van deze content op het open internet tegen gaat. De behandeling van de Uitvoeringswet ter implementatie van deze verordening zal naar verwachting binnenkort in de Kamer plaatsvinden. Ook wordt maximaal ingezet om te zorgen dat daders van terroristische misdrijven worden opgespoord, vervolgd en bestraft. Bovendien wordt op dit moment een wetsvoorstel voorbereid dat voorziet in het verhogen van het strafmaximum voor deelname aan een terroristische organisatie naar 20 jaar.

Waar mogelijk wordt bij uitreizigers en personen die onherroepelijk veroordeeld zijn voor een terroristisch misdrijf ook het Nederlanderschap ingetrokken. Daarnaast blijf ik samen met de betrokken partners werken aan veilige re-integratie na detentie, bijvoorbeeld door het verbeteren van het zicht tijdens en na detentie bij terrorismeveroordeelden, opdat er een completer beeld ontstaat ten behoeve van duiding van de problematiek, risicotaxatie en re-integratie.

Het DTN 57 wijst naast de dreiging voor de nationale veiligheid vanuit het jihadisme ook op de terroristische dreiging die uitgaat van rechts-extremisme en anti-overheidsextremisme. Anti-overheidsextremisten richten zich vanuit een fundamenteel wantrouwen, woede en onrechtvaardigheidsgevoel tegen de overheid en andere instituties. Deze vorm van extremisme ontstond als radicale onderstroom van het coronaprotest en richt zich steeds vaker op andere onderwerpen, zoals het stikstofvraagstuk.

De accelerationistische stroming binnen het rechts-extremisme propageert terroristisch geweld als legitiem middel om het ideaal van een witte etnostaat te bereiken. Hoewel accelerationistische aanslagen in Europa tot dusver weinig voorkomen en accelerationisten zich vooral online uiten, maakt het inherent gewelddadige gedachtegoed een aanslag voorstelbaar. Specifiek wordt in het DTN aandacht besteed aan de ontwikkelingen omtrent de omvolkingstheorie. Hiermee geef ik opvolging aan het verzoek van het lid Sjoerdsma (D66) om nader in te gaan op deze theorie.2

Het geschetste dreigingsbeeld in het voorliggende DTN toont wederom aan dat de terroristische dreiging in en tegen Nederland veelzijdig en veranderlijk is, maar zoals hierboven geschetst, is er een brede aanpak waarmee flexibel kan worden ingespeeld op de ontwikkelingen. Een solide infrastructuur van wetgeving, samenwerkende organisaties en bevoegdheden maakt dit mogelijk. De rapportage integrale aanpak terrorisme van juli 20223 laat dit ook zien. Daarnaast wordt doorlopend gekeken of het huidige contraterrorismebeleid volstaat of dat aanscherpingen nodig zijn.

U wordt separaat geïnformeerd per brief over de aanpak van rechts-extremisme en -terrorisme en andere vormen van extremisme in Nederland die ik u gelijktijdig met het DTN vandaag aanbied.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius


X Noot
1

Kamerstuk 29 754, nr. 641.

X Noot
2

In het tweeminutendebat Hoofdlijnenbrief Media 2022 van 6 oktober 2022 (Handelingen II 2022/23, nr. 9, item 4) heeft de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap toegezegd dit verzoek door te geleiden en mij te vragen om een schriftelijke reactie.

X Noot
3

Kamerstuk 29 754, nr. 645.

Naar boven