29 665 Evaluatie Schipholbeleid

Nr. 515 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juli 2024

Eerder is de Kamer geïnformeerd over het kort geding dat KLM c.s. en IATA e.a. op 6 maart 2023 hebben aangespannen tegen de Staat en Schiphol en de naderende uitspraak in het cassatieberoep.1 2 In de kern draait het in deze procedure om de vraag of de Staat het anticiperend handhaven mag beëindigen en de experimenteerregeling strikt preferentieel baangebruik Schiphol mag vaststellen, zonder daarvoor de Europese balanced approach-procedure te hebben doorlopen. In eerste instantie stelde de voorzieningenrechter op 5 april 2023 KLM c.s./IATA e.a. in het gelijk. In hoger beroep stelde het gerechtshof Amsterdam op 7 juli 2023 de Staat in het gelijk. Vervolgens is door IATA e.a. cassatieberoep ingesteld.

Uitspraak Hoge Raad

Op 12 juli 2024 heeft de Hoge Raad uitspraak gedaan in de cassatieprocedure in deze zaak. De Hoge Raad oordeelt dat het cassatieberoep van IATA e.a. slaagt en vernietigt het arrest van het gerechtshof Amsterdam van 7 juli 2023.

De Hoge Raad is er bij de beoordeling van de klachten van IATA e.a. van uitgegaan dat de voorgenomen beëindiging van het anticiperend handhaven en de invoering van de voorgenomen experimenteerregeling samenhangen. De Hoge Raad oordeelt dat de voorgenomen maatregelen gevolgen hebben voor de operationele capaciteit op Schiphol en leiden tot een exploitatiebeperking in de zin van de Geluidsverordening. Volgens de Hoge Raad kan de Staat het stoppen met anticiperend handhaven in combinatie met de experimenteerregeling slechts invoeren nadat een balanced approach-procedure is doorlopen.

Vervolg

Op dit moment wordt het arrest nader bestudeerd en in kaart gebracht hoe de vervolgstappen worden ingevuld. Ondertussen wordt – mede gelet op het vonnis van de rechtbank Den Haag in de bodemprocedure stichting RBV tegen de Staat waarover de Kamer recentelijk op verschillende momenten is geïnformeerd3 – gewerkt aan een nieuw Luchthavenverkeerbesluit (LVB) Schiphol, om de rechtspositie van omwonenden te herstellen.

De verwachting is dat de Kamer uiterlijk in september 2024 nader wordt geïnformeerd.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, B. Madlener


X Noot
1

Kamerstukken II 2022/23 29 665, nr. 478

X Noot
2

Kamerstukken II 2023/24 29 665, nr. 496

X Noot
3

Kamerstukken II 2023/24 29 665, nrs. 495, 498 en 499

Naar boven