29 665 Evaluatie Schipholbeleid

Nr. 197 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 februari 2014

Op grond van artikel 8.29 van de Wet luchtvaart en artikel 3.1 van de Regeling milieu-informatie luchthaven Schiphol moet de Inspecteur-Generaal Leefomgeving en Transport elk halfjaar verslag uitbrengen aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu. Dit verslag betreft de in de Wet Luchtvaart en het Luchthavenverkeerbesluit Schiphol vastgelegde veiligheids- en milieuaspecten over de periode van een (deel van een) gebruiksjaar. Hierbij bied ik u dit verslag ter kennisneming aan1.

Voor Schiphol beslaat het gebruiksjaar de periode 1 november tot en met 31 oktober. In de nu voorliggende rapportage wordt verslag gedaan over de periode 1 november 2012 tot en met 31 oktober 2013.

Bevindingen en acties

De belangrijkste bevindingen en acties van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) over het gebruiksjaar 2013 zijn, dat:

  • de grenswaarden voor het externe veiligheidsrisico, de geluidbelasting en de uitstoot van stoffen die lokale luchtverontreiniging veroorzaken niet overschreden zijn;

  • geen onrechtmatige afwijkingen van de regels voor het luchtruimgebruik veroorzaakt door gezagvoerders (vliegerfouten) zijn geconstateerd;

  • Lucht Verkeersleiding Nederland (LVNL) geen regels voor het luchtruimgebruik overtreden heeft;

  • zich geen situatie heeft voorgedaan waarbij als gevolg van het niet beschikbaar zijn van banen, onrechtmatig is afgeweken van de beperkingen die gelden voor het baangebruik;

  • zich geen overtredingen van de regels voor het baangebruik hebben voorgedaan;

  • het nalevingsniveau van de regel inzake het gebruik van de op het platform aanwezige vaste stroomaansluiting en voorziening voor PreConditioned Air (PCA), in plaats van de Auxiliary Power Unit (APU) of Ground Power Unit (GPU), hoger ligt dan in het gebruiksjaar 2012;

  • in één geval sprake was van een bouwkraan die moest worden gestreken omdat de ter plaatse geldende hoogtebeperking overschreden was en daarvoor geen ontheffing was aangevraagd;

  • zich geen situatie heeft voorgedaan waarbij luchtvaartmaatschappijen wegens «slotsmisbruik» door de inspectie moesten worden aangeschreven.

Grenswaarden voor de geluidbelasting in handhavingspunten

Op 23 oktober 2012 heb ik u gemeld dat ik de wens van de Alderstafel om ook in het gebruiksjaar 2013, conform de regels van het experiment met het nieuwe normen – en handhavingstelsel, te vliegen ondersteun (Kamerstuk 29 665, nr. 179).

In verband hiermee heb ik u op 22 maart 2013 gemeld dat ik heb besloten om de overschrijdingen die zich in het gebruiksjaar 2012 hebben voorgedaan ter stond op te vangen met een regeling ex artikel 8.23a Wet Luchtvaart. De regeling (Kamerstuk 29 665, nr. 188) is op 12 juli 2013 gepubliceerd in de Staatscourant. In deze regeling staan de vervangende grenswaarden voor de geluidbelasting in de handhavingspunten Lden en Lnight zoals die tot en met 31 oktober 2013 van kracht zijn geweest.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven