29 628 Politie

25 424 Geestelijke gezondheidszorg

Nr. 932 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2019

Op 15 november 2019 heb ik in mijn brief aan uw Kamer aangegeven dat mijn besluit om het stroomstootwapen in te voeren in de basispolitiezorg, onder voorbehoud was van de aanvulling op een reeds bestaand convenant tussen politie en de GGZ.1 Deze aanvulling betreft een handreiking tot samenwerking tussen politie en de GGZ bij (gewelds)incidenten bij behandelsituaties. Deze handreiking is na mijn brief van 15 november 2019 door beide partijen ondertekend. Bijgaand treft u de handreiking aan2.

In de handreiking zijn afspraken tussen politie en de GGZ opgenomen over informatiedeling en de inzet van politie in noodsituaties of bij een vermoeden van een strafbaar feit in GGZ-instellingen en ambulante behandelsituaties. Een van de afspraken die de politie met de GGZ heeft gemaakt, houdt in dat de politie op basis van het handelingskader van de ambtsinstructie en afhankelijk van de situatie, zelf bepaalt welke geweldsmiddelen, waaronder ook het stroomstootwapen, worden ingezet.

Gezien het decentrale GGZ-stelsel zullen op basis van de handreiking de komende maanden op decentraal niveau nadere afspraken worden gemaakt tussen GGZ-instellingen en de politie. Het uitgangspunt is dat de GGZ een inspanningsverplichting heeft om eerst zelf een acute noodsituatie beheersbaar te maken. De GGZ-instelling kan pas een beroep op de politie doen indien zij daar zelf niet in slaagt. Om de juiste aanpak te kunnen bepalen is de inzet verder dat een door de GGZ-instelling aangewezen functionaris de politie van relevante informatie voorziet, waaronder eventuele medische risico’s of gezondheidsrisico’s waar de politie in die specifieke (nood)situatie rekening mee moet houden. De agent weegt deze informatie mee bij het maken van zijn keuze voor het meest proportionele middel om de noodsituatie te beëindigen.

Waar deze lokale afspraken zijn gemaakt, is de inzet van het stroomstootwapen door de basispolitiezorg weer toegestaan in GGZ-instellingen.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus


X Noot
1

Kamerstuk 29 628, nr. 916.

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven