Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 mei 2018
Deze week heeft de Korpschef van de politie de inkomensgegevens in het kader van de
Wet Normering Topinkomens (WNT) over het jaar 2017 bekend gemaakt. In deze brief geef
ik een toelichting op deze publicatie.
Op 1 januari 2015 is de Wet verlaging bezoldigingsmaximum WNT (WNT-2) in werking getreden.
Voor 2017 is de norm vastgesteld op € 181.000. Voor de topfunctionarissen geldt dat
de bezoldiging op de WNT-norm wordt genormeerd, tenzij er sprake is van overgangsrecht.
Over het jaar 2017 zijn er in totaal 22 overschrijdingen binnen de politie. Dat betekent
een daling ten opzichte van 2016.
Het betreft vijf topfunctionarissen, waarvan drie topfunctionarissen onder het WNT-overgangsrecht
vallen. Bij één topfunctionaris wordt de overschrijding veroorzaakt door de bezoldiging
in de voorgaande functie als politiechef. Dit heeft onder meer te maken met de opbouw
van de vakantie-uitkering die grotendeels is opgebouwd voor de benoeming tot topfunctionaris
en na de benoeming is uitbetaald. Daarnaast is sprake van een overschrijding bij één
gewezen topfunctionaris. Dit is conform wetgeving.
Daarnaast worden ook de overschrijdingen van de overige functionarissen gepubliceerd
wanneer zij boven de WNT-norm uitkomen. Voor deze functionarissen geldt conform de
wet een openbaarmakingsverplichting alleen op functie en niet op naam. Er zijn 17
overige functionarissen waarbij sprake is van een overschrijding. In twee gevallen
gaat het om een bruto schade uitkering naar aanleiding van aansprakelijkheidsstelling.
Naast bovenstaande daling van het aantal overschrijdingen kan worden medegedeeld dat
met een groep overige functionarissen die overschrijden overeenstemming is bereikt
om vanaf 2019 te gaan afbouwen. Hierdoor zullen de WNT-overschrijdingen van deze groep
de komende jaren aanzienlijk gaan dalen, zoals al eerder aan de Kamer is vermeld.1
In de bijlage treft u het overzicht van de inkomensgegevens in het kader van de WNT
dat door de politie is verstrekt2.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus