29 628 Politie

Nr. 354 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 januari 2013

In antwoord op bovenvermeld verzoek van het lid Bontes (PVV) van uw Kamer bericht ik u als volgt.

Wat de gestelde vragen over het functioneren van de strafrechtsketen en meer in het bijzonder de pakkans voor misdrijven betreft verwijs ik u naar mijn recente antwoorden op de schriftelijke vragen over ditzelfde onderwerp van het lid van uw Kamer Helder (PVV)1, die ik op 21 december 2012 aan uw Kamer zond.

Wat de vraag over de sterkteverdeling van de Nationale Politie betreft: de minister verdeelt de operationele sterkte over de eenheden van de politie cf. artikel 36 Politiewet 2012. Binnen de regionale eenheden verdelen de burgemeesters en de hoofdofficier in het beleidsplan van die regionale eenheid de sterkte over de onderdelen van die eenheid cf artikel 39 eerste lid Politiewet 2012. In het Inrichtingsplan dat ik 7 december 2012 aan uw Kamer (Kamerstuk 29 628, nr. 346) zond is opgenomen hoe deze verdeling er uit ziet voor alle eenheden.

Ik vertrouw erop uw Kamer hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen II 2012/13, nr. 885

Naar boven