29 538 Zorg en maatschappelijke ondersteuning

Nr. 326 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 april 2021

Uw vaste commissie VWS heeft op 9 september 2020 besloten graag een reactie van mij te ontvangen op de brief van de gemeente Peel en Maas, Stichting Kernkracht Peel en Maas en Platform Belangenbehartigers. Met deze brief voldoe ik aan uw verzoek mede namens de Staatssecretaris van Financiën (Fiscaliteit en Belastingdienst).

Beschrijving burgerinitiatief en motivering verzoek Peel en Maas

In de aan u gerichte brief is uiteengezet dat in Peel en Maas naar aanleiding van een burgerinitiatief bij wijze van pilot van mei 2016 tot 31 december 2021 huishoudelijke hulp wordt verstrekt als algemene voorziening op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (hierna: Wmo 2015). De gemeente en de betreffende dorpskernen overwegen na afloop van de pilot de hulp bij het huishouden over te hevelen naar een dorpsvoorziening, die voorliggend is aan de Wmo 2015. Vanaf dat moment zouden de dorpsgemeenschappen de regie en verantwoordelijkheid nemen voor de organisatie van de hulp bij het huishouden en het afsluiten van contracten met aanbieders. Deze diensten worden dan niet geleverd op grond van de Wmo 2015 en zijn niet vrijgesteld van btw, hetgeen als belemmerend wordt ervaren bij de verdere ontwikkeling van dit initiatief. In de brief wordt daarom verzocht deze btw-vrijstelling te verlenen voor de beoogde dorpsvoorziening.

Ter verduidelijking van de in Peel en Maas beoogde werkwijze hebben op 29 oktober 2020, 24 november 2020 en 4 februari jl. gesprekken plaatsgevonden tussen de gemeente Peel en Maas, Stichting Kernkracht Peel en Maas en overige belangenbehartigers uit Peel en Maas, de Belastingdienst en ambtenaren van de Ministeries van VWS en Financiën.

De gemeente Peel en Maas heeft samengevat en aanvullend de volgende informatie verstrekt. Al geruime tijd zijn de dorpen in de gemeente Peel en Maas actief met zelfsturing. Voor Peel en Maas valt dit te onderscheiden van participatie, waarbij de regie bij de overheid ligt.

De ambitie van het merendeel van de betrokken dorpskernen is na het eindigen van de pilot de werkwijze verder te ontwikkelen naar een dorpsvoorziening die voorliggend is aan de Wmo 2015. Deze overgang kost tijd. Bij dit proces is een verschil in fiscale behandeling geconstateerd tussen onder de Wmo 2015 uitgevoerde hulp bij het huishouden en de beoogde dorpsvoorziening.

De wijze waarop de lokale gemeenschap en de gemeente Peel en Maas vorm willen geven aan ondersteunende voorzieningen, die dichter bij de inwoners zijn georganiseerd en voorliggend kunnen zijn aan (geïndiceerde) zorg, acht ik waardevol. Zo krijgen burgers in hun vertrouwende omgeving (en op informele wijze) hulp en ondersteuning.

Ratio Wmo 2015

De Wmo 2015 biedt vergaande mogelijkheden aan gemeenten, aanbieders en inwoners van gemeenten om hulp en ondersteuning dicht bij mensen in buurten en dorpen te organiseren. De genoemde pilot in de gemeente Peel en Maas is hier een voorbeeld van. Met de komst van de Wmo 2015 is een balans gezocht tussen waarborgen voor passende ondersteuning van goede kwaliteit en rechtszekerheid voor inwoners enerzijds en voldoende beleidsruimte voor gemeenten anderzijds.1 Daarbij is beoogd alle inwoners altijd toegang te bieden tot de wettelijk geregelde maatschappelijke hulp en ondersteuning. De Wmo 2015 bevat wel enkele kwaliteitseisen, waaraan de geboden maatschappelijke ondersteuning moet voldoen. De gemeente is verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de Wmo 2015, zodat de aan haar inwoners geleverde voorzieningen voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen. De kwaliteitseisen en het gemeentelijk toezicht gelden niet voor hulp en ondersteuning die niet op grond van de Wmo 2015 wordt geboden.

Beschrijving van de regelgeving m.b.t. de btw-heffing

Huishoudelijke hulp tegen vergoeding is in beginsel belast tegen het algemene btw-tarief van 21%, met uitzondering van huishoudelijke hulp in de vorm van schoonmaakwerkzaamheden binnen woningen. Deze is belast tegen het verlaagde btw-tarief van 9%.2 Het schoonhouden van de woonruimte en andere aangewezen thuiszorgdiensten, aangeboden aan personen die op grond van de Wmo 2015 ondersteund worden, zijn vrijgesteld van btw.3

De btw-vrijstelling voor Wmo-diensten is alleen van toepassing als: de diensten worden verleend op grond van de Wmo 2015 en aan personen van wie vaststaat dat zij op deze diensten zijn aangewezen. In het Belastingplan 2001 is de btw-vrijstelling, toen nog onder de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, gekoppeld aan thuiszorg voor personen die door medische en/of sociale omstandigheden niet in staat zijn zich zonder hulp thuis te handhaven. Besloten is om de beoordeling van dat criterium niet over te laten aan de Belastingdienst.4 Ter afbakening van de vrijstelling zoals die nu geldt, is ervoor gekozen aan te sluiten bij de Wmo 2015. Bij een maatwerkvoorziening blijkt uit de beschikking van de gemeente dat de ontvanger op de Wmo-diensten is aangewezen.

Bij een algemene voorziening wordt geen beschikking afgegeven door de gemeente. In die situatie is de btw-vrijstelling van toepassing als wordt aangesloten bij het «gemeentelijke beleidsplan maatschappelijke ondersteuning» en de hiervoor geldende verordening van de gemeente. De criteria aan wie de algemene voorziening kan worden verstrekt zijn in deze gemeentelijke verordening opgenomen.

Huishoudelijke hulp bestaande uit het schoonhouden van de woonruimte en andere aangewezen thuiszorgdiensten, zoals onder de dorpsvoorziening in de gemeente Peel en Maas, kunnen onder de btw-vrijstelling vallen, als deze in het kader van de Wmo 2015 worden uitgevoerd.

Afsluiting

Zoals beschreven bestaan er binnen de Wmo 2015 reeds mogelijkheden om op lokaal niveau burgerinitiatieven te initiëren en te financieren. De btw van voorzieningen die niet onder de Wmo 2015 vallen, kan bijvoorbeeld via een eigen bijdrage worden doorberekend aan de eindgebruikers of de gemeente kan dit op een andere wijze financieren (compenseren).

Het kabinet is niet voornemens de btw-vrijstelling uit te breiden naar diensten voor zorg en ondersteuning die niet worden verricht in het kader van de Wmo 2015. Dat zou er namelijk toe leiden dat de Belastingdienst de sociale en medische noodzaak van verleende diensten moet gaan beoordelen. Daartoe is de Belastingdienst niet geëquipeerd. Het leidt derhalve tot ongewenste uitvoeringsproblemen voor de Belastingdienst. Bovendien bestaat de kans dat er tal van (fiscaal gefaciliteerde) zorg- en ondersteuningsvoorzieningen ontstaan die geen kwaliteitseisen en toezichtkader kennen (zoals onder de Wmo 2015). De gemeente Peel en Maas is van dit kabinetsstandpunt op de hoogte gesteld.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge


X Noot
1

Zie Kamerstuk 33 841, nr. 3

X Noot
2

Post b 20 van Tabel I bij de Wet op de omzetbelasting 1968.

X Noot
3

Art. 11, eerste lid, onderdeel g, ten derde, Wet OB 1968 jo. art. 7a Uitvoeringsbesluit OB 1968.

X Noot
4

Zie Kamerstuk 27 431, nr. 3.

Naar boven